Door Marc van Oostendorp
Het achtervoegsel –isme is geloof ik zijn betekenisgebied aan het uitbreiden. Er is weer een nieuwe nuance aan het ontstaan: die van de discriminatie.
Het Taalportaal somt al een aantal mogelijke betekenissen op: het achtervoegsel kan verwijzen naar ‘pathologische condities’, zoals in botulisme en alcoholisme, of naar taaleigenaardigheden, zoals in syllogisme of germanisme. In een enkel woord verwijst het naar de bouw of structuur: mechanisme, organisme. Maar de twee belangrijkste betekenisvelden hebben betrekking op ideologieën (marxisme, calvinisme, purisme) of op manieren van zijn (snobisme, analfabetisme).
Racisme is geloof ik onder andere zo’n lastig woord omdat het die laatste twee betekenissen bevat. Het racisme is een bepaalde ideologie – de gedachte dat sommige rassen beter zijn dan anderen, en dat de maatschappij op die gedachte moet worden ingericht – en tegelijk wordt het gezien als een soort persoonskenmerk. Iemand kan racist zijn zonder ditzelf te weten; dat is geloof ik niet mogelijk bij pakweg het calvinisme. Bovendien word je wanneer je zo onbewust racistisch bent vaak als wat minderwaardig beschouwd.
Discriminatie
Er is natuurlijk steeds meer aandacht voor allerlei soorten discriminatie, en woorden als seksisme of ageism hebben geloof ik eenzelfde connotatie. Ze kunnen eventueel verwijzen naar een ideologie – de gedachte dat vrouwen en bejaarden minderwaardig zijn –, maar ze verwijzen toch vooral naar een soort houding, die eventueel ook onbewust kan zijn – een houding van discriminatie.
Sinds vorig jaar is daar kennelijk een nieuw woord bijgekomen: flexisme, volgens de financiële website Sprout ‘het verschijnsel waarbij flexibele krachten niet als volwaardige medewerkers worden behandeld.’. Dat lijkt me geen ideologie – ik geloof niet dat er veel mensen zijn die expliciet de gedachte zouden onderschrijven dat flexwerkers mindere mensen zijn –, en Sprout beschrijft het dus als een verschijnsel, iets dat zich kennelijk nu eenmaal voordoet, een vorm van menselijk gedrag dat geen nadere verklaring behoeft. Maar je weet door dat –isme wel meteen dat het geen neutraal verschijnsel is, dat het afkeurenswaardig is, discriminatie. Dat lijkt me een nieuwe nuance in de betekenis van dat achtervoegsel: –isme betekent óók ‘discriminatie’.
Taalgevoel
In de Telegraaf van begin vorig jaar lezen we eigenaardig genoeg over ‘doorgeschoten flexisme’. Dat suggereert dat er ook een redelijke vorm van flexisme zou zijn, en dat zou dan weer een heel andere betekenis aan -isme geven, zoiets als ‘onderscheid maken’.
Die nuance kan ik wel reconstrueren, maar ik voel hem niet aan. Hoewel ik geen duidelijke opinies heb over wat voor verschillen er eventueel op de werkvloer gemaakt moeten worden tussen flexwerkers en vaste medewerkers, druist dat inmiddels eigenlijk in tegen mijn taalgevoel, op dezelfde manier waarop doorgeschoten alcoholisme of doorgeschoten racisme dat doet.
Andre Engels zegt
Ik denk dat Sprout hier toch echt fout zit. In het artikel in de Telegraaf heeft het woord Flexisme volgensmij een heel andere betekenis, een die hoort bij het veld ‘ideologieën’: Flexisme is het idee dat een verdergaande flexibilisering een gewenste of zelfs noodzakelijke ontwikkeling is. Als zodanig past ook het woord ‘doorgeschoten’ een stuk beter.
Ook taalkundig is overigens de (dus foutieve) betekenis van Sprout niet in de haak. Het discriminatoire -isme wordt in het algemeen niet aangeduid met de groep die wordt achtergesteld, maar met de eigenschap die verschilt – we spreken over ‘racisme’ niet ‘negroïsme’, ‘ageïsme’ niet ‘gerontisme’. Sterker nog: als we wel een specifieke groep aanduiden is dat in het algemeen de groep die als beter wordt gezien: nativisme, populisme (en het tegenovergestelde, elitisme).
Wouter van der Land zegt
‘Flexisme’ lijkt mij een woordspeling die is afgeleid van seksisme, dus met de discriminatiebetekenis. Zo is het woord blijkbaar viraal gegaan. Maar blijkbaar interpreteren sommigen het nu concurrerend als ideologie. Dat wijst erop dat de eerste betekenis niet heel sterk wortel schiet. De meeste flexwerkers noemen zichzelf ook geen ‘flexwerker’.
Ik denk niet dat woorden op -isme in de zin van discriminatie gemakkelijk huishoudwoorden worden. Doven zouden tijdens een demonstratie kunnen spreken van ‘dovisme’ en jongeren van ‘jongerisme’, maar het blijft dan net als -gate beperkt tot bepaalde contexten. Het werkt ook niet. Het woord ‘slachtofferisme’ (tienduizenden googleresultaten) kan nu blijkbaar zowel het cultiveren van slachtofferschap als slachtofferdiscriminatie betekenen.
Maggy zegt
Ik wil van dit artikel even misbruik maken voor een oproep aan neerlandici zich te mengen in een discussie op Wikipedia rond het lemma “lesbianisme”. Aub niet op dit blog, maar op de overlegpagina van dit lemma op Wikipedia antwoorden.
Uiteraard mag hier wel gesproken worden over het woord zelf, het past binnen het bovenstaande, maar de toepassing als titel van genoemd Wikipedia lemma lijkt me hier off topic.