Geld is een wonder ding, daar op een ieder wacht,
Geld heeft aan menig man den adel toegebracht.
Geld maakt de kleine groot, geld geeft geduchte krachten,
Geld maakt de droeven blij, en doet de prinsen achten.
Geld oefent hoog gebied, waaruit dan adel wast,
Geld is aan alle kant een aangename gast.
Geld op een ander tijd doet torens, hoge wallen,
Ja steile rotsen zelfs in haasten nedervallen.
Geld weder, als het wilt, maakt rouwe kamers net,
En lege stallen vol, en schrale keukens vet.
Geld maakt van vierkant rond, geld kan paleizen bouwen,
Geld is in hogen prijs ook bij de schone vrouwen,
Geld schildert, geld blanket, geld maakt van lelijk schoon,
En waarom meer gezeid? Het geld dat spant de kroon.
Jacob Cats (1577-1660)
uit: Trouringh (1637)
———————————–
- Jacob Cats: wikipedia • dbnl • KB • letterkundig museum
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter