Door Marc van Oostendorp
Een te weinig beoefende vorm van literatuuronderzoek is volgens mij: de literatuur gebruiken als een thermometer van de obsessies van een tijd. Waarover schrijven de schrijvers nu? En wat zegt dat over de tijd waarin ze leven? Waarom verschijnen er in Frankrijk zoveel boeken over mensen die volkomen vereenzamen én doordraaien in hun appartementje in Parijs? Waarom verliezen zoveel personages in Britse boeken alles wat ze hebben opgebouwd? Waarom gaan Duitse boeken vaak over migratie?
Tegen de schenen is een verzameling artikelen over recente Nederlandse boeken (tien romans en een verhalenbundel) die besproken zijn in de serie lezingen die mijn Nijmeegse collega Jos Muijres ieder jaar over die boeken organiseert. Zoals het boek zegt, gaat het meestal over boeken die op de een of andere manier een taboe willen doorbreken.
Verstikkend
Je kunt dan met recht zeggen dat het geen representatieve steekproef is, je zou eigenlijk tientallen romans op het onderwerp moeten bestuderen, maar mij lijkt dat er wel wat inzit. Nederlandse en Vlaamse schrijvers zijn geobsedeerd met het aan de orde stellen van van alles en nog wat waar over gezwegen wordt. Vooral kindermisbruik is om de een of andere reden een centraal thema. Alleen al in deze 11 boeken komt zowel hypocrisie rondom pedofilie (Ted van Lieshout, Anton Dautzenberg) als het misbruik in de katholieke kerk aan de orde (Jeroen Brouwers), en het is niet lastig om er nog andere boeken bij te bedenken (Muidhond!)
Je zou kunnen denken dat het een moderne uitwerking is van de aloude trek om het binnenskamers te zoeken in de Nederlandse letteren – het altijd maar verstikkende familieband.
Vrij specifiek
Het is natuurlijk ook al decennia een kwestie in de literatuurkritiek: dat er meer straatrumoer en actuele kwesties moeten en zo. Dat het niet altijd maar over mensen hun jeugd mag gaan, want dat de echte wereldliteratuur over de échte grote kwesties gaat. Het thema van deze boeken valt daarin en zet toch geen stap buiten de deur. Twee andere romans die aan de orde komen zijn Moedervlekken van Arnon Grunberg en Sprakeloos van Tom Lanoye, die allebei over moeders en minstens evenveel over vaders gaan, terwijl ook daar grotere thema’s worden aangeraakt.
Ik heb het idee dat dit vrij specifiek is voor de hedendaagse Nederlandse literatuur – dat dit soort onderwerpen elders minder leven. Het is een Nederlands thema. Dat moet iets over ons zeggen.
Jos Muijres en Marieke Winkler (red.) Tegen de schenen. Opstellen over recente Nederlandse en Vlaamse literatuur. Nijmegen: Vantilt, 2018. Bestelinformatie bij de uitgever.
msvandermeulen zegt
Je kunt het denk ik ook omdraaien: het zou natuurlijk ook kunnen dat dit onderwerp juist een trend laat zien onder literatuurwetenschappers. Dat lijkt me te controleren door, inderdaad, meer romans te bekijken.
Gerard van der Leeuw zegt
Terwijl hij (illustraite0 op de hielen Wera gezeten, werd hij pijnlijk tegen zijn schenen getrapt…..
Maar inderdaad, er zit denk ik wel wat in. Ook al omdat we in onze (mooie) landjes minder graag aan de rest van de wereld denken……
Gerard van der Leeuw zegt
Ik word een beetje stapel van de computer