Door Marc van Oostendorp
Korte woorden zijn over het algemeen interessanter dan lange woorden. De betekenis van de laatste – hippopotamus. encyclopedie, belastingman – kun je over het algemeen opzoeken in een woordenboek, maar korte woorden hebben vaak allerlei veel moeilijker te vatten betekenisnuances.
Neem ook. Van Dale geeft acht verschillende betekenissen (‘bovendien, daarenboven’, ‘evenzo, evenzeer’, ‘zelfs’, ‘dienovereenkomstig’), maar de lezer van het woordenboek krijgt het idee dat er dan toch allerlei nuances worden gemist. Bijvoorbeeld de zaken die Marlijn Meijer en Sophie Repp beschrijven in een recent artikel over ook.
Ze bespreken daarin dialoogjes als de volgende:
- A: Peter ziet er slecht uit.
- B: Hij is dan ook lang ziek geweest.
Je kunt hier ook niet weglaten uit B’s antwoord (‘Hij is dan lang ziek geweest’ of eventueel ‘Hij is lang ziek geweest’) zonder iets subtiels aan de betekenis te veranderen. B zegt dat hij eigenlijk wel had kunnen weten wat A zegt, omdat de observatie dat Peter er zo slecht uitziet volkomen logisch is gegeven het feit dat hij pas ziek is geweest. A hoeft die conclusie niet per se te hebben getrokken. A wist misschien niet eens van Peters ziekte.
Er is nóg een intrigerend gebruik van ook, zoals je kunt zien als je de volgende twee dialoogjes met elkaar vergelijkt:
- A: Jan heeft kennelijk gisteren niet gewerkt.
- B: Dat zou ook raar zijn geweest.
- A: Jan heeft kennelijk gisteren niet gewerkt.
- B: Dat zou raar zijn.
De vraag is nu: wat vindt B raar? In het eerste dialoogje vindt hij het raar om wel te werken, maar in het tweede dialoogje kan hij het zich niet goed voorstellen dat Jan niet zou hebben gewerkt.
Je kunt dit soort ook eigenlijk alleen gebruiken als reactie op een negatieve bewering, één waar een ontkenning in zit. Het antwoord met ook neemt dan die bewering zonder die ontkenning.
Het curieuze is dat het voltooid deelwoord geweest dat effect ook nog eens versterkt. “Dat zou ook raar zijn”, dan gaat het nog steeds over het wel werken, maar het is toch iets minder duidelijk. Ook en het voltooid deelwoord geven op de een of andere manier aan dat je het wil hebben over een andere wereld dan de onze. Jan heeft gisteren niet gewerkt, maar wij gaan de wereld evalueren waarin hij dat wel heeft gedaan. En die wereld vindt dat raar.
Probeer daar maar een woordenboekdefinitie van te maken.
DirkJan zegt
A: Peter ziet er slecht uit.
B: Hij is dan ook lang ziek geweest.
In mijn Van Dale 14 zie ik onder 5a staan:
_
5a – om een gevolg aan te duiden meestal in verbinding met ‘dan’
de bewijzen waren overtuigend, hij is dan ook gestraft
_
Je zou daaraan kunnen toevoegen dat het niet alleen om een gevolg kan gaan, maar ook om een oorzaak zoals in het gegeven dialoogje.
_
Het tweede voorbeeld vind ik ergens wel heel cryptisch:
A: Jan heeft kennelijk gisteren niet gewerkt.
B: Dat zou ook raar zijn geweest.
Maar als je hier bij B ‘dan’ toevoegt, Dat zou dan ook raar zijn geweest, dan lijkt het weer
op de oorzaak- of gevolg-definitie. Er is een reden waarom het ‘dan ook’ raar is als hij wel had
gewerkt.
Marc van Oostendorp zegt
Ik denk niet dat het in het dialoogje dat ik aanhaal per se gaat om oorzaak en gevolg. Wel is er in het voorbeeld in 5a iets eigenaardigs aan de hand. Dat voorbeeld is:
OORZAAK, dan ook GEVOLG
Het eigenaardige is dat je oorzaak en gevolg ook kunt omdraaien:
Hij is gestraft, de bewijzen waren dan ook overtuigend. (GEVOLG, dan ook OORZAAK)
Normaal gesproken kan dit niet met dit soort verbindingswoorden. De volgende twee zinnen betekenen niet hetzelfde
Zijn de bewijzen overtuigend, dan word je gestraft.
Word je gestraft, dan zijn de bewijzen overtuigend.
DirkJan zegt
Ik had ook al bedacht dat je gevolg en oorzaak spiegelend aan elkaar kan koppelen. Van Dale weet dat misschien ook en hebben ze alleen gevolg genoemd en oorzaak weggelaten.
Het blijft allemaal cryptisch als je het moet omschrijven en ik snap wel het verschil tussen de laatste opgevoerde voorbeelden met bewijzen en straf (ook om andere redenen kan je gestraft worden), maar in de kern en binnen de ‘waarheid’ van de tweede zin kan er toch ook sprake zijn van een oorzakelijk verband: iemand wordt alleen maar gestraft als de bewijzen overtuigend zijn geweest, ook als is dat misschien niet zo. Maar nogmaals ik vind dit allemaal mistige materie en snap de bedoeling van het artikel wel.
DirkJan zegt
Word je gestraft, de bewijzen zijn dan ook overtuigend.
Hmm. Doet me nu denken aan die verwarrende raadsels met leugenaars en waarheidsprekers.
Mient Adema zegt
Naar mijn gevoel moet je bij “dan ook” twee zaken met elkaar vergelijken die een verklaring van elkaar geven. Het maakt niet uit of het om de oorzaak of het gevolg van dat andere element gaat, want je kunt “dan ook” in beide elementen kwijt.
A. Peter ziet er slecht uit.
B. Hij is dan ook lang ziek geweest
A. Peter is lang ziek geweest.
B. Hij ziet er dan ook slecht uit.
Daarbij slaat in beide zinsparen het “dan” voor het gestelde in wat A zegt en het “ook” voor wat in zin B nieuw is. Er slecht uitzien en lang ziek geweest zijn hebben een causaal verband dat aangegeven wordt met ons “dan ook’
Geparafraseerd zou het dan ook inhouden dat als iets onder bepaalde omstandigheden zo is het eveneens weleens zo kan zijn dat het op een bepaalde manier verklaard kan worden. Als mogelijkheid, niet als conditio sine qua non.
Maar die analyse voelen we niet meer zo als we iets gewoon aannemelijk willen maken.