De soldaat die Jezus kruisigde
Wij sloegen hem aan ’t kruis. Zijn vingers grepen
Wild om den spijker toen ‘k den hamer hief –
Maar hij zei zacht mijn naam en: ‘Heb mij lief –’
En ’t groot geheim had ik voorgoed begrepen.
Ik wrong een lach weg dat mijn tanden knarsten,
En werd een gek die bloed van liefde vroeg:
Ik had hem lief – en sloeg en sloeg en sloeg
Den spijker door zijn hand in ’t hout dat barstte.
Nu, als een dwaas, een spijker door mijn hand,
Trek ik een visch – zijn naam, zijn monogram –
In ied’ren muur, in ied’ren balk of stam,
Of in mijn borst of, hurkend, in het zand,
En antwoord als de menschen mij wat vragen:
‘Hij heeft een spijker door mijn hand geslagen.’
Martinus Nijhoff (1894-1953)
uit: Vormen (1924)
———————————–
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Anja zegt
Wat een ontroerend gedicht is dit toch: “De soldaat die Jezus kruisigde”. Het raakt mij nog steeds diep. Misschien doordat mijn lievelingsleraar Nederlands op de HBS mij vroeg, dit voor te dragen bij de jaarlijkse Paaswijding van de school?!