Door Ronny Boogaart
Euh, ja, ik heb de app van RTL Boulevard op mijn telefoon. Als je die opent, kleurt je hele scherm fel oranje, dus je moet daar in gezelschap een beetje mee oppassen. Ik zou er ook niet over begonnen zijn als ze daar niet regelmatig zo onhandig formuleerden. Neem nou dit bericht van 9 februari jl.
Natasja Froger (54) kan haar geluk niet op. Dit weekend waren al haar kleinkinderen logeren bij opa en oma Froger.
Iedereen begrijpt wat hier staat, maar toch wringt er iets. Of eigenlijk twee dingen.
In de eerste plaats wordt Natasja Froger ineens oma Froger, en je denkt toch even dat het dan over iemand anders gaat. Gezien de inhoud is dat niet waarschijnlijk, maar de formulering stuurt wel in die richting. Dat komt ook doordat opa en oma Froger aan het eind van de zin staan waar je nieuwe informatie verwacht. Als je de zin voor moet lezen, gaat dat de eerste keer gegarandeerd fout, want je legt dan automatisch de nadruk op opa en oma Froger, maar dan lijkt het net alsof we het nog niet over oma Froger hebben gehad en alsof de kleinkinderen dus niet bij Natasja logeren.
Die indruk wordt versterkt doordat in de tweede zin de formulering haar kleinkinderen waren logeren wordt gebruikt. Dat is een wonderlijke constructie, met een heel eenvoudige vorm (bestaande uit het werkwoord zijn en een infinitief), maar een nogal specifieke betekenis, die ooit door Casper de Groot heel treffend ‘absentief’ is gedoopt. René is boodschappen doen betekent: René is er niet, en wel omdat hij boodschappen is gaan doen. Als je zegt
Natasja kan haar geluk niet op. René is vissen
dan weet je zeker dat René niet thuis is en dat Natasja niet mee is gaan vissen. Net zo betekent Haar kleinkinderen zijn logeren dat die kleinkinderen er niet zijn, dat ze ‘uit logeren’ zijn. Lekker rustig, zo zonder de kleinkinderen. Fijn voor je, Natasja, dat ze bij opa en oma Froger logeren zijn. O nee, sorry.
Het bericht combineert dus twee verschillende perspectieven. Na de eerste zin, en door het gebruik van ‘haar kleinkinderen’, kijken we met Natasja mee. Maar die kleinkinderen zijn, getuige een begeleidende foto van Instagram, gewoon bij Natasja dus om het gebruik van de afwezigheidsconstructie te begrijpen moeten we vanuit de thuissituatie van de kleinkinderen kijken, of vanuit het perspectief van hun ouders. En dat geldt eigenlijk ook al voor die benaming opa en oma Froger, die niet zo makkelijk van Natasja zelf afkomstig kan zijn.
Onhandig, maar wel interessant: als een interpretatie wordt opgeroepen die duidelijk niet de bedoeling van de schrijver van het bericht is, dan weet je vrij zeker dat je te maken hebt met een betekenisaspect van de formulering.
Een paar weken geleden hadden ze er nog zo eentje toen ze in de app meldden dat de zanger van Rowwen Hèze met een solo-album ‘op de proppen’ komt. Ik realiseerde me toen dat de uitdrukking ‘op de proppen komen’ hier niet alleen iets onverwachts uitdrukt, maar ook iets ongewensts. De formulering wekt in elk geval niet de indruk dat de zanger veel tijd en aandacht aan zijn album heeft besteed. Dat wil RTL-Boulevard vast niet zeggen, dus dat zou dan deel zijn van de betekenis van ‘op de proppen komen’. Met deze formulering zit volgens mij echt niemand op dat solo-album te wachten. Een beetje zoals op Instagram met je kleinkinderen op de proppen komen.
Dit stuk staat ook in het nieuwe nummer van Vaktaal
van Os zegt
Wat jammer zo’n verminkte tekst: “Als je de zin voor moet lezen”. Houd het nou gewoon op: “Als je de zin moet voorlezen”.
Scharroo zegt
Dit fenomeen komt heel vaak voor. Men zou dit eens onder moeten zoeken.
Mignon zegt
Hahaha! U bent een kluitje! Dat ver gaat, ried/t dat wat?
M. Helder zegt
Ik lees zojuist iets soortgelijks in een overlijdensadvertentie:
” Liesbeth heeft zich jarenlang ingezet voor de stichting Hoofdzaak om […] mogelijk te maken. Wij zijn haar zeer erkentelijk voor de integere wijze waarop Liesbeth onze stichting een gezicht heeft gegeven.”
Ook hier wringt het wat, in de laatste zin. Gebruikelijk zou zijn “Wij zijn haar/Liesbeth […] wijze waarop zij […]”.
Het kan wel, eerst het pers. vnw. en dan de naam, maar in andere zinsconstructies. Bij eerste beschouwing heb ik de indruk dat het pers. vnw. dan onderdeel van een bijzin moet zijn.”Toen hij gedwongen thuis zat, ging Jan schrijven” bijvoorbeeld.
M. Helder zegt
En warempel nog eentje, uit dezelfde krant:
“[…] sonate van Giuseppe Tartini. Volgens de componist had in een droom de duivel Giuseppes viool geleend en […]”.
Mignon zegt
Ik begrijp waar u op doelt: het gaat om wat hoort: goegemeentedoel, naar ik denk. Niet mensen die hoogstaand met taal omgaan: u, ja, want ik meen dat taal mag als het virtuoos is, en niet zoals u meent!
Marie-Antoinette Wassenaar zegt
In een droom had de duivel Giuseppe’s viool geleend / de duivel had in een droom van Giuseppes zijn viool geleend.
Mignon zegt
Ik denk dat mensen zogezegd niets kunnen van taal die denken dat taal moet. Taal is virtuoos, maar wordt gebruikt om zich te bedienen van gemeen, plaatsen die niet hoeven, naar ik denk, als je beseft dat het gewoon is, wat ieder vindt, niks om te schrijven, huis en tuin!
Mignon zegt
O, sorry, ik zag wat laat hetgeen ik dacht te schrijven. De reactie was bedoeld voor ieder, niet degeen die Giuseppes chrijft…