Plantnamen zijn vaak oud en de precieze herkomst is daardoor niet altijd even evident, zo blijkt uit de namen heemst en hondsdraf.
heemst zelfstandig naamwoord ‘plantengeslacht waarvan bij ons twee soorten voorkomen’
Vroegmiddelnederlands alleen als onderdeel van een veldnaam: (…) ende .ij ymete ende .Lxxiiij roeden. heten. die hems. ende vronemet ‘de Heemst, stuk land in Ettelgem (West-Vlaanderen)’ [1278; VMNW]; Middelnederlands heems, heemse ‘plantnaam (Althea Officinalis): Huemstwortelen [1401-1500; MNW], Een heemse, berwoert, wortele van briome, scerpe dorcken van terwenmele [1450-70; MNW]; Vroegnieuwnederlands Dit cruyt, dwelck witten hoemst … geheeten wort, heet in … latijn Althea [1543; WNT], Hemst, witten hemst. Althæa, ibiscus, bismalva, malvaviscum [1599; Kiliaen]; Nieuwnederlands De Althaea oft witte Maluwe, heet hier te lande oock … Witten Hemst, oft Witten Hoemst [1609; WNT], Gewone heemst, Althæa officinalis L.; ruige heemst, A. hirsuta [1854; WNT].
Het is de benaming van een plant uit het plantengeslacht Althæa (familie der Malvaceae) wilde malve; althaea officinalis, L. In het Middelnederlands verschijnen de vormen heemse, hemst, homste, huemst met dezelfde betekenis. Het woord is van onbekende oorsprong en heeft geen bekende verwanten in andere Germaanse talen. Het lijkt op basis van de oudste vindplaatsen erop, dat de -t aan het eind secundair is.
hondsdraf zelfstandig naamwoord ‘plantengeslacht (Glechoma hederacea L.)’.
Vroegmiddelnederlands nem cruud dat geheten is jn latin edera terrestris sijn dietsch deraf alsict wet es datmen goutdraue (l. gondraue) of dresen heet [1287; VMNW]; mnl. Edera terrestris, … es in dietsche …, datmen gandrave (var. gondrave) of alsene heet [1351-1375; MNW], Edera terrestris dats dresene of goudeware (verbasterd uit gonderave of zo te lezen) [1351; MNW]; Nieuwnederlands Brande-wijn met aerdtbesien, hondts-draf, ende diergelijcke [1642; WNT], Het koken of trekken van hondsdraf [1733], Hondjes-draf; Honde-draf, Aardveil; Onderhave [1769; WNT].
Verwant met Oudhoogduits gundereba, Middelhoogduits gunderëbe; Duits Gundelrebe. De oudere opvatting ging ervan uit dat de Nederlandse en Duitse namen van de plant verwant waren met Gotisch gunds, Oudhoogduits gunt ‘zweer, ettergezwel’, maar de plant werd nooit gebruikt om pus uit wonden te drijven; ook is het geen giftige plant. Eerder valt daarom aan te nemen, dat het eerste element oorspronkelijk grond isgeweest: *grundereva ‘plant die aan de grond klampt’, vergelijk de Latijnse naam hedera terrestris (zie attestatie uit 1287). Door dissimilatie viel de eerste /r/ weg, zodat gunde-/gondereva ontstond. Het tweede element is *reve, vergelijk Oudnederlands reva ‘wijnstok, wijnrank’ [1100] en Oudhoogduits reba ‘uitloper van een plant’. Omdat het oorspronkelijke verband niet meer werd gevoeld, trad er later volksetymologische associatie met de diernaam hond op. De benaming van de plant is dan in de volksmond allengs ontstaan uit vormen als ond(e)rave, een bijvorm van Middelnederlands gondrave.
Olivier van Renswoude zegt
Het vermelden waard is ook Middelnederduits Homes, witte Hümst, Hünst uit Pritzel en Jessen, Die deutschen Volksnamen der Pflanzen (Hannover, 1882). En ook Duits Hemisch uit Nemnich, Wörterbuch der Naturgeschichte (Hamburg, 1798).
Wat de duiding van hondsdraf aangaat, er is zowaar een Middelhoogduits grunderebe overgeleverd.
Toch is het wat bevreemdend dat grund- naar gund- verbasterd zou zijn bij deze kruidnaam. Het verband met de grond moet onverminderd voor de hand hebben gelegen. Aan de andere kant, een naam die oorspronkelijk naar de grond verwijst is hier bij voorbaat aannemelijk.
Overigens, volgens het Handwörterbuch des deutschen Aberglaubens werd hondsdraf wel eens tegen de pest gebruikt. “Die Wunde heilt, wenn man 77 Blättlein des Gundermanns darauflegt.”
Truus+Pinkster zegt
Een foto van de heemst had er wel bij gemogen.
Veel lezers zullen hondsdraf nog wel kennen ( van uiterlijk) maar heemst ? Die is zoveel zeldzamer !!