Een reactie uit de praktijk op ‘Hoe minder je leest, hoe minder je weet’ van Yra van Dijk en Marie-José Klaver
‘De gemiddelde student aan de pabo of op het hbo is zelf geen lezer meer […]. De pabo-docenten maken zich dan ook zorgen over hun afstudeerders. […] Een pabo-docent gaf aan dat ze zelfs moeite hebben met een kinderboek als Lampje van Annet Schaap.’ Deze droevig stemmende boodschap is te lezen in het recent verschenen artikel ‘Hoe minder je leest, hoe minder je weet‘ van Yra van Dijk en Marie-José Klaver in De Groene Amsterdammer.
Ik als lerarenopleider herken wat zij hier schrijven. Een voorbeeld: onze docent Drama en Dans begon haar les onlangs met het in groepjes lezen van de vijf verhalen uit het prentenboek Wat dansen we heerlijk van Toon Tellegen en Annemarie van Haeringen. Daarna vroeg ze de studenten de verhalen mondeling samen te vatten en de kern van het verhaal te verwoorden. De reactie van de studenten: het zijn erg lange zinnen die vragen om voorbereiding, wil je dit goed kunnen voorlezen in de klas. De boodschap haalden ze er slechts oppervlakkig uit.
Een ander voorbeeld: met onze leesclub bespraken we afgelopen jaar De meisjes. Zeven sprookjes, ook van Annet Schaap. Dit boek werd het minst gewaardeerd van alle zes de boeken die we dit jaar lazen. Studenten begonnen met bepaalde verwachtingen over sprookjes te lezen en waren teleurgesteld toen de zeven verhalen heel anders in elkaar bleken te zitten dan ze gewend zijn (literairder, droefgeestiger). Ze vonden het boek bovendien ongeschikt om voor te lezen in groep 8.
Deze week schreef Aleid Truijens in de Volkskrant een column met de titel ‘Het onderwijs zou één groot leesbevorderingsproject moeten zijn‘. Daarin zegt ze: ‘Op pabo’s en kinderopvangopleidingen moet doordringen dat lezen het allerbelangrijkste vak is, de basis van ál het leren. […] De vrijblijvendheid moet eraf in de leesbevordering. Zo’n leesoffensief, op alle niveaus, helpt echt.’ Dat vind en hoop ik ook.
Hierbij een greep uit de vele activiteiten die wij in het kader van het leesoffensief op onze pabo, Hogeschool de Kempel in Helmond, uitvoeren, en waarvan wij ook hopen dat ze écht werken, zodat onze studenten straks Toon Tellegen en Annet Schaap ook weten te omarmen.
- Het lezen van kinderboeken wordt gestimuleerd in alle modules Nederlands binnen de opleiding en in elke module voeren studenten hier (stage)opdrachten mee uit.
- Kinderboeken worden verbonden aan vakinhouden van bijvoorbeeld Geschiedenis, Aardrijkskunde, Pedagogiek en Drama.
- De hele Kempel-leeromgeving straalt uit dat lezen leuk en belangrijk is. Denk aan thematafels met boeken, een zwerfboekenkast en een Bookflixwand.
- Jaarlijks vindt er een voorleeswedstrijd en een schrijversbezoek plaats.
- Er is een bloeiende leesclub die zes keer per jaar een kinderboek bespreekt. Elke deelnemer krijgt de boeken cadeau.
- We posten wekelijks kinderboekentips en lesinspiratie op het Instagram-account @kempelleest
- Er is een bibliotheek met een prachtige collectie recente kinderboeken en er vindt intensieve samenwerking plaats met Bibliotheek Helmond-Peel om het concept Bibliotheek op school onder de aandacht te brengen van studenten.
- Volgend jaar starten we met een pilot ‘Vrij lezen op de pabo’, waarbij wekelijks 45 minuten vrije leestijd wordt ingeroosterd en studenten in een prettige leesomgeving en onder begeleiding kunnen lezen in een zelfgekozen boek.
- Er is een professionele leergemeenschap die onderzoekt hoe we van (aanstaande) leraren lezende leraren kunnen maken en het effect van bovenstaande interventies bestudeert.
Meer weten over leesonderwijs op De Kempel? Lees het artikel in MeerTaal van Helga van de Ven en mij: Twee vliegen in één klap – MeerTaal (alleen toegankelijk voor abonnees).
Anne van Buul is neerlandicus, literatuurwetenschapper en lerarenopleider Nederlands aan Hogeschool De Kempel.
Michaël Steehouder zegt
Zou het voor de eigen persoonlijke ontwikkeling van de studenten niet goed zijn ook volwassenen-literatuur (uit heden en verleden) te lezen en te bespreken?
Anne van Buul zegt
Dat denk ik ook Michaël. Tijdens het vrijleesmoment dat we vanaf volgend jaar gaan inroosteren mogen studenten alles lezen wat ze willen en op dit moment staan op onze Bookflixwand en boekentafel allerlei Young Adult titels aanbevolen. Het samen lezen en bespreken van volwassenenliteratuur staat ook nog op het verlanglijstje.
Casper Markesteijn zegt
Allemaal leuk en aardig, maar hoeveel kinderboeken (alle genres: sprookjes, klassiekers, prentenboeken, poëzie, informatief, verhalend) lezen die studenten werkelijk per studiejaar en gedurende de hele opleiding? Anders zijn al die goede bedoelingen vrij zinloos.
annevanbuul zegt
Hoeveel boeken de studenten daadwerkelijk lezen, is moeilijk precies te tellen. Maar feit is dat ze steeds kinderboeken (van allerlei genres) nodig hebben om hun lesontwerpen aan te koppelen, dus als het goed is wordt het lezen en gebruiken van kinderboeken daarmee wel een gewoonte. Voor de niet gemotiveerde lezers kan samen lezen en erover praten volgens de theorie helpen. Die mogelijkheid proberen we in het vrijleesmoment in te bouwen. Mocht je ideeën hebben om het lezen nog meer te stimuleren, horen we het graag!
Marloes zegt
Dank voor het inkijkje in jullie leesoffensief! In de gesprekken die ik dit jaar met eerstejaars pabostudenten voerde over leesmotivatie, noemden zij steeds dat hun motivatie de grond in is geboord door het leesonderwijs op de middelbare school. Het zou natuurlijk ook prettig zijn als onze collega’s op het VO dat kunnen voorkomen.
Marie-José Klaver zegt
Aan de literatuurdidactiek op vmbo, havo en vwo kan veel verbeterd worden. Er is nog een ander probleem. 80% van de scholen voor voortgezet onderwijs gebruikt Lezen voor de lijst. Ik denk dat veel leerlingen geen idee hebben hoeveel keuze Lezen voor de lijst biedt. (Dat is ook een kwestie van lezen.) Een van de problemen bij de leeslijst is dat veel leerlingen te laat beginnen met lezen. Op de havo hebben leerlingen twee jaar om acht boeken te lezen. Als je op tijd begint, is dat geen probleem. Als je pas in je laatste jaar begint en ook je eerste schoolexamens hebt, je profielwerkstuk moet schrijven en open dagen moet bezoeken is acht boeken lezen veel. Dan kan het lezen als pure verplichting ervaren worden, vooral als de leerling niet voldoende tijd gestoken heeft in het kiezen van boeken die hij/zij interessant vindt, en tegen gaan staan.