• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Etymologica: Polkadot en polkahaar

14 november 2022 door Nicoline van der Sijs Reageer

Afbeelding van PublicDomainPictures via Pixabay

Jurkjes, rokken, truien, pumps en zelfs nagellak met polkadots zijn in de Lage Landen zeer geliefd, en dat is, ondanks de jaarlijks veranderende modegrillen, al lang het geval: al in 1947 verschenen er advertenties voor ‘jurken met polkadot’, ‘strikdasje met polka-dot’ en ‘polkadot pyjama’s’. De naam voor het vrolijke stippelpatroon komt, gezien het tweede deel dot ‘stippel’, uit het Engels. In het Nederlands spreken we ook wel van bolletjesjurk – die naam komt zelfs al in 1929 voor, maar polkadotjurkje is veel gebruikelijker. Ook kennen we de bolletjestrui, maar die is vanaf 1975 vooral gereserveerd voor de leider van het bergklassement in de Tour de France of andere wielerwedstrijden.

Polkadot is dus een van oorsprong Engels woord, maar waar komt polka in de naam van het stippeltjespatroon vandaan?

Polka

Polka was de naam voor een dans en een muzieksoort die omstreeks 1840 stormenderwijs Europa veroverden. Al in 1844 bogen Nederlandse kranten zich over de oorsprong van de naam polka. Ze noteerden dat de dans in de jaren 1830 in de Tsjechische plaats Elbekosteletz (Tsjechisch Kostelec nad Labem) voor het eerst was uitgevoerd door een boerenmeisje. Dansleraar Josef Neruda was zo onder de indruk van het optreden dat hij de dans op muziek zou hebben gezet. Hoewel er etymologen zijn die deze herkomst tegenwoordig afdoen als een romantisch verhaal, zijn er een aantal redenen om het verhaal serieus te nemen. Ten eerste is deze herkomst snel na het ontstaan van de dans door tijdgenoten op papier gezet, op een moment dat er nog oog- en oorgetuigen waren. En ten tweede bevestigen Tsjechische bronnen het verhaal met heel specifieke details: zij identificeren het boerenmeisje als Anna Chadimová (na haar huwelijk Anna Slezáková), die leefde van 1805 tot 1884, en zij zou de polkadans hebben uitgevoerd op het bekende Tsjechische volksliedje Strejček nimra koupil šimla ‘Oom Nimra kocht een schimmel’.

Omstreeks 1835 raakte de dans bekend in Praag en kreeg daar de naam půlka, ofwel ‘halfje, helft’, vanwege het korte tussenhupje. Die naam werd al snel veranderd in het bijna gelijkluidende polka, letterlijk ‘Poolse (vrouw)’, waarschijnlijk uit sympathie voor de Poolse nationalisten die in 1830-1831 vergeefs in opstand waren gekomen tegen de Russische overheersing. Er wordt ook wel beweerd dat de naam veranderde ter ere van een toen beroemde Poolse zangeres Esmeralda, maar over haar valt geen informatie te vinden. Zij heeft ook niets te maken met de polka Esmeralda, de allereerste gedrukte polka, van de internationaal befaamde Tsjechische componist František Matěj Hilmar; die naam verwees namelijk naar de heldin uit de roman van Victor Hugo’s De Klokkenluider van de Notre Dame (1831).

Vanuit Praag verbreidden dans en muziek zich naar Wenen, Parijs, Londen en New York, en bereikten in 1841 Nederland. In dat jaar werden in de Lage Landen concerten uitgevoerd met ‘Walzen, Galoppen en Polka Militaire’ of ‘Mazurka, Polonaise en Nieuwe Polka’, en al snel zagen dansmeesters kansen en adverteerden: ‘Om aan den thans heerschenden smaak te voldoen, hebben de Ondergeteekenden de eer het geacht Publiek te berigten dat zij reeds sedert eenigen tijd eenen aanvang gemaakt hebben met het Onderwijs in de POLKA.’

Polkamania

Over de hele wereld ontstond een ware polkamania, en fabrikanten sprongen daar gretig op in: allerlei nieuwe producten kregen het voorvoegsel polka-. Het begon met polka als stofnaam. In Engeland vlogen de polka hat, polka pelisse en polka jacket over de toonbank. Ondertussen hulden Franse modebewuste dames zich in een robe (à la) polka en een chapeau polka. In Duitsland zong men in 1860 een spotlied met de regels:

Alles soll sich Polka nennen
Alles muß jetzt Polka sein
Hier sind Polka-Pferderennen
Dort ein Polka-Hutverein […]

Polka, O du tolle Mode
Polka-Jacke, Polka-Hut
Ach, schon büßte mit dem Tode
Mancher seine Polka-Wut

Fehlt der Frau der Polka-Vetter
Ist er polka-ärgerlich
Und ein Polka-Donnerwetter
Zeigt am Polka-Himmel sich

Doch der Mann im Polka-Glanze
Sich zu helfen wissen muß
Führt die Frau zum Polka-Tanze
Gibt ihr einen Polka-Kuß

Fabrikanten en modewinkels in de Lage Landen volgden het buitenlandse voorbeeld op de voet en adverteerden vanaf 1844 met ‘Tissus Polka’, ‘paleto’s-Polka’, ‘cols à la Polka’, ‘de modernste mantelets Polka’, ‘crèpe Polka’, ‘dames kleedjes in Etoffe Polka Victorines’, ‘damestasschen en beurzen à la Polka’ en ‘Polka laken’.

Ook lekkernijen kregen de naam polka: men verkocht polkataarten, polkaduimpjes (een soort koekjes), polkaboter (margarine) en polkabrokken: die laatste – lichtbruine snoepjes met een zoete karamelsmaak – zijn nog steeds in de handel. In Frankrijk kende men de gebaksnaam pain polka en in de VS bestond de polka cake. Het polka-assortiment ging een keur aan producten bevatten: van polkazeep (gekristalliseerde soda), polkamuts, polkalikeur en polka-olie tot polkapijp.

Een aardappelziekte werd in Vlaamse dialecten polkaziekte genoemd, volgens het WNT omdat men de ziekte ‘beschouwde als een straf des Hemels voor het dansen van de polka’ – een verklaring die niet heel waarschijnlijk is, omdat alle samenstellingen met polka in deze periode een positieve betekenis hebben en als aanprijzing gelden. Een waarschijnlijkere verklaring lijkt me dat het eerste deel polk is: de algemene betekenis van polk was ‘rond, hol of bol voorwerp’, vandaar werd het gebruikt voor ‘kuil, nest’ en ‘hoeveelheid’, met name een polk aardappelen. Van daaruit kan de betekenis van polk in het Vlaams gemakkelijk zijn toegespitst tot ‘aardappel’. De verandering van polk in het modieuze polka vond in deze periode vaker plaats; zo constateert het WNT dat polka (polleka) in de Zaanstreek bekend was als ‘witte (niet marmeren) knikker met blauwe of roode strepen’, en voegt toe: ‘maakt den indruk van Polk (I) gevormd te wezen met een soort van achtervoegsel, wellicht onder invloed van het modewoord polka’. En polkabloem als gewestelijke naam voor de margriet is volgens het WNT ‘een populaire vervorming van Polkoogen, een anderen naam voor die plant; zie daarvoor POLKEN (III)’; het gaat om polken ‘puilen’, eigenlijk: ‘een polk of bol vormen’.

Polkahaar

Op polkabrokken na zijn al deze polkaproducten in de vergetelheid geraakt, maar één woord is lange tijd zeer succesvol geweest, namelijk polkahaar. Die naam werd in de negentiende eeuw gebruikt als benaming voor een lange haardracht van mannen – een eeuw later zou men dit beatlehaar noemen. In 1855 schrijft de krant over een man ‘met zoogenaamd polka-haar, hebbende platte gouden ringetjes in de ooren’, en wat later gaat het over ‘polkahaar en een uitgeschoren nek’, ‘polka-haar, dat onder den bloempot geknipt lijkt’, en ‘polka-haar met “spuug-lokken”’.

Ik vermoed dat de naam is geïnspireerd door afbeeldingen van polkadansers van rond 1850, waarop mannen en vrouwen vaak zijn afgebeeld met halflang haar, zoals blijkt uit de bijgevoegde afbeelding uit 1844.

‘The celebrated polka dances’, 1844, NY (Wikimedia Commons)

In de Roaring Twenties werd polkahaar mode werd onder jongedames – flappers of bakvissen genaamd. Zij knipten hun haar recht af op één lengte, overeenkomend met het eerdere mannelijke polkakapsel, en legden er vaak een slag in. Dat polkahaar combineerden ze met een flapperjurk en een kek klokhoedje. De haardracht namen ze over uit het buitenland, met name Engeland en de VS, waar de bob, bobbed hair of page boy in deze tijd in de mode raakten. In het Nederlands noemde men deze haardracht ook wel pagekopje of bobbed haar en minder deftig rattenkopje, maar de normale benaming in deze periode was polkahaar, zo blijkt uit vele krantenvermeldingen, die de bewering van het WNT tegenspreken dat polkahaar ‘sedert ± 1920 […] in zwang gekomen [is] als haardracht voor vrouwen, doch slechts zelden aldus genoemd; veeleer pagehaar of ook, hoewel dit begrip ruimer is, kort haar geheeten.’

Een krantenfoto uit de krant Het nieuws van den dag van 1924 (zie hieronder) illustreert de halflange, op één lengte geknipte haardracht, met slagen of golven erin. Twee jaar later drukte een krant een humoristisch stukje af onder de titel ‘Uit het opstellenschrift van Jan’, met een beschrijving van de ‘kantoorjuffrouw’: ‘De type-hitjes zitten den geheelen kantoortijd te rikketikken. Ze dragen meestal polka en zijn gauw verliefd, wat van het gerikketik komt, zegt mijn pa.’

De courant Het nieuws van den dag 13-06-1924 (via Delpher)

Polkadots

Maar terug naar de polkadots, waarmee dit stuk begon. Een Engels modeblad noemde het woord in 1857 voor het eerst in een beschrijving van een sjaal ‘embroidered in rows of round polka dots’. De spikkels vielen niet direct in goede aarde, want in 1881 beoordeelde Harper’s Magazin de stofnaam ‘polka dot’ als een ‘bizarre fashion’. Dankzij twee muzieknummers kreeg het imago van de gestippelde stof internationaal een enorme boost: het jazznummer ‘Polka Dots and Moonbeams’, in 1940 gecomponeerd door Jimmy Van Heusen en bekend geworden dankzij Frank Sinatra, en het pikante ‘Itsy Bitsy Teenie Weenie Yellow Polka Dot Bikini’ van Paul Vance en Lee Pockriss uit 1960 over een verlegen meisje in een nietsverhullende polkadot-bikini.

Vanaf dat moment waren de polkadots niet meer weg te denken uit het moderepertoire. Kunstenaars, strips, televisieseries en zanggroepen laten zich inspireren door de spikkels en ontlenen er hun naam aan: zo is de Polka-Dot Man een boef uit een Amerikaanse strip en de Polka Dot Door is a Canadese televisieserie voor kinderen. De meest recente vernoeming is Polkadot Network voor een blockchain-platform en cryptocurrency, die DOT wordt genoemd. Het logo bestaat uit een cirkel van rode stippels, die de ketting van de blockchainblokken verbeelden.

Het moge duidelijk zijn, the polkadots are here to stay. De bedenker van de naam en het patroon kon niet voorzien dat van alle negentiende-eeuwse polka-namen juist de polkadot een blijverdje zou zijn: had hij zich dat gerealiseerd, dan had hij de naam ongetwijfeld geregistreerd als merknaam – en dan hadden we geweten wie de bedenker was van het succesvolle stippeltjespatroon. Nu is zijn naam helaas in de vergetelheid geraakt.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel, Uitgelicht Tags: Etymologica

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Frans Budé • Parkscènes

Hij begroet de bomen, zwaait naar de eenden
in de vijver, de blinkende kiezels op de bodem.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
5 december 2025: Intreerede Jolyn Philips

5 december 2025: Intreerede Jolyn Philips

28 november 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d