Buitenstaanders zien soms dingen die je zelf niet ziet. Alle reden dus om DutchNews.nl te lezen als je geïnteresseerd bent in Nederland. De columniste Molly Quell bijvoorbeeld, die deze week een verschil observeerde tussen niet mogelijk en onmogelijk. Volgens Van Dale is mogelijk ‘kunnende gebeuren’ en onmogelijk ‘niet kunnende gebeuren’, dus je zou verwachten dat niet mogelijk en onmogelijk hetzelfde betekenen, maar volgens Quell is dat niet helemaal waar.
Quell geeft onder andere dit voorbeeld van de website van CetaBever:
1. CetaBever Natuurlijk Effect voor binnen is verrijkt met natuurlijke oliën. Betekent dit dat ik dit product aan kan brengen op hout dat eerder met olie is behandeld?
Nee, dat is niet mogelijk. CetaBever Natuurlijk Effect voor binnen is een lak, ook al heeft dit product wel het extreem matte uiterlijk van een olie. Dit betekent dat CetaBever Natuurlijk Effect voor binnen aangebracht kan worden op hout dat eerder met een beits of lak behandeld is.
“Nee, dat is onmogelijk” kun je hier niet zeggen. Je kunt natuurlijk best CetaBever Natuurlijk Effect aanbrengen op hout dat eerder met olie is behandeld, probeer maar. Het blijft dan alleen niet zitten. Maar dat is niet mogelijk lukt hier wel, het heeft hier dus de betekenis “je bereikt er het gewenste effect niet mee”.
Zwakker
Een ander interessant voorbeeld komt van de faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Leiden. Toevallig of niet betreft dit ook weer een vraag-antwoordsequentie:
Kan ik nog deelnemen aan een tentamen als ik de deadline voor registratie heb gemist?
Nee, dat is in principe niet mogelijk
Hier kunnen we erop wijzen dat in principe onmogelijk gekker is dan in principe niet mogelijk. Als het onmogelijk is, kan het eenvoudigweg niet. Maar in principe geeft aan dat er dus uitzonderingen zijn, en het Leidse document noemt dan ook ‘uitzonderlijke omstandigheden’. Niet mogelijk betekent hier dus zoveel als: de regels laten het (‘in principe’) niet toe.
De generalisatie lijkt me ongeveer dat niet mogelijk betekent: het kan niet binnen de wereld waarin we geïnteresseerd zijn (de wereld waarin we willen dat CetaBever Natuurlijk Effect blijft zitten, de wereld waarin de regels van de Sociale Faculteit strikt worden toegepast), terwijl onmogelijk betekent: het kan in het geheel niet, op geen enkele manier. In die zin is niet mogelijk wat zwakker dan onmogelijk.
Natuurlijk Effect
Overigens geeft Quell dan wel weer een voorbeeld, zelfs volgens haar hét voorbeeld waardoor ze opmerkzaam werd op het verschijnsel, dat ik een beetje vreemd vindt. Ze ging op een ochtend met een groep vrijwilligers ergens schoonmaken, en toen de andere vrijwilligers merkten dat er geen koffie was gezet, verklaarden ze dat het “niet mogelijk” was om schoon te maken voordat er koffie was. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat dit op een andere manier dan als grapje is gezegd. Quell hangt helaas vervolgens aan dat voorbeeld haar hele theorie op, en wel wat vermoedelijk de favoriete theorie van de meeste buitenlandse Nederlandologen: Calvinisme. Omdat mensen met arbeidsethos niet willen zeggen dat ze geen zin hebben, zeggen ze maar dat het niet mogelijk is.
Maar dat gaat voorbij aan Leiden en CetaBever Natuurlijk Effect, en het verklaart dus alleen het wat dubieuze voorbeeld, hoewel het dan nog steeds niet uitlegt waarom Calvinisten niet kunnen zeggen dat het onmogelijk is in die omstandigheden.
Mij lijkt een andere – misschien wat minder grootse – verklaring aannemelijker: dat we hier weer een voorbeeld zien van de synoniemenvrees van taal, de neiging om twee verschillende uitdrukkingen die oorspronkelijk hetzelfde betekenden, van elkaar te doen verschillen,
Robert Kruzdlo zegt
M.C. Escher, maakt bewust een fout in het perspectief. Voor een niet geoefend oog valt dit niet op. De tekening is en onmogelijke mogelijkheid. In taal gebeurd dit ook: de onbewogen beweging. Een taalwetenschapper die een onmogelijke taal moet bedenken is dus te vergelijken met een kunstenaar die een onmogelijk werk bedenkt. Taal is breinmuziek en voor een taalbestudeerder een mooie manier om uit te zoeken wat ons mens maakt.
Synoniemen-vrees ( in taal¿)
Ina Schermer zegt
Het verschil tussen ‘niet mogelijk’ en ‘onmogelijk’ past in een groter patroon: ‘ x is niet + adjectief’ laat open wat x dan wel was, ‘x is on+adjectief’ niet. Daardoor is de combinatie met ‘niet’ vager/zwakker dan die met ‘on’. Vergelijk: ‘Het voorgerecht was niet smakelijk’ en ‘Het voorgerecht was onsmakelijk”. In het eerste geval was het gerecht niet erg lekker, in het tweede geval uitgesproken vies. ‘Zijn shirt was niet fris’ wil zeggen dat het shirt er niet schoon uitzag, niet pas gewassen was, ‘Zijn shirt was onfris’ dat het shirt onder de vlekken zat of zelfs stonk. Dergelijke verschillen zijn er vooral bij gradeerbare adjectieven, zoals ‘aardig’, ‘hartelijk’, ‘interessant’, ‘zinnig’ etc.. In de combinatie met ‘niet’ wordt ook vaak een graadbepaling toegevoegd: ‘niet erg smakelijk’, ‘niet echt hartelijk’ e. d.. ‘Mogelijk’ is (vrijwel) niet gradeerbaar (‘goed mogelijk’ kan wel) en daardoor hebben de verschillen daarbij meer weg van connotaties.
Anneke Neijt zegt
In dat laatste voorbeeld (geen koffie, geen schoonmaak) kan voor mij allebei, met precies het verschil dat Ina zo duidelijk verwoordt.