In een week als deze wordt Karel van het Reve node gemist: de week waarin Vladimir Kara-Moerza voor 25 jaar in een Russische cel verdwijnt vanwege kritiek op Poetin in het algemeen en de oorlog in Oekraïne in het bijzonder. Dat is de langste gevangenisstraf die iemand ooit in Rusland heeft gekregen voor dissidentie. Van het Reves grootste daad was: zich inzetten voor de Russische dissidenten van zijn tijd. Iemand als Andrej Amalrik had enorm veel te danken aan Van het Reve en het is in het algemeen echt niet overdreven om te zeggen dat Van het Reve zich als correspondent van Het Parool in Rusland met grote moed zich heeft ingezet voor de wereldwijde bekendheid van de dissidenten.
Eerlijk gezegd viel het boek dat Willem Melching schreef over deze door en door fatsoenlijke man, De zelfdenker, me tegen. Het is feitelijk vooral in het lange deel na de jeugd van Van het Reve – en die jeugd is al vrij uitvoerig gedocumenteerd, ook omdat hij deze natuurlijk deelde met een al even beroemde broer – vooral een lange samenvatting van de geschriften van Van het Reve. Aan het begin van zijn Geschiedenis van de Russische literatuur verklaarde die zelf dat literatuurgeschiedenissen anders dan gewone geschiedenisboeken natuurlijk overbodig zijn – de Slag bij Nieuwpoort kun je alleen meemaken in een geschiedenisboek, maar Oorlog en Vrede kun je ook zelf lezen, daar heb je geen Geschiedenis van de Literatuur voor nodig.
Maar dit geldt a forteriori voor De zelfdenker. Het werk van Van het Reve is uitgegeven in een Verzameld Werk, dat misschien niet van de hoogste standaard is, maar toch beter dan wat er bestaat voor bijvoorbeeld zijn broer. Je kunt de Geschiedenis van de Russische literatuur ook zelf lezen, daar heb je niet Melchings samenvatting voor nodig. Die Geschiedenis is bovendien geestiger geschreven dan dit boek dat alleen af en toe opveert als Van het Reve zelf aan het woord komt.
Kwast
Biografisch gebeurt er om te beginnen bijna niets. Over Van het Reves relatie met zijn vrouw Tini komen we bijna niets te weten – ja, dat ze samen op vakantie gingen, en samen een cursus Russisch maakten voor de Teleac. Het enige deel van Van het Reves leven waarover Melching echt nieuwe dingen heeft te melden is het jaar in Amerika dat het gezin Van het Reve op kosten van de Rockefeller-stichting heeft doorgebracht. Maar dat was een jaar waarin het gezin een beetje reisde, Van het Reve stukjes schreef voor de krant en bibliotheken bezocht om Russische literatuur te lezen. Je moet wel een heel grote fan zijn om heel blij te zijn met die onthullingen.
Ook de relatie met Gerard wordt niet echt uitgediept. Het is duidelijk dat die relatie heel ingewikkeld was en bestond uit stekeligheden over en weer, maar verder wordt uit De zelfdenker vooral duidelijk dat Melching in dezen op de hand van Karel is, omdat hij Gerard maar een onbetrouwbare kwast vindt. Wat was nu precies de verwantschap tussen de twee in persoon en in het werk? Hoe kunnen we verklaren dat uit dezelfde marxistische oorsprong een aanhanger van de Roomse Kerk én een al even devote aanhanger van de Kerk van de Rede voortkwam? Het zou aardig zijn als iemand eens een vergelijkende analyse maakt van beide oeuvres om die in elkaars perspectief te plaatsen.
Misgunnen
Nu was Van het Reve ook vast niet gecharmeerd geweest van allerlei onthullingen over zijn privé-leven, maar ook op ander vlak ontbreekt er context of verdieping. Een van de opvallende aspecten van het essayistisch oeuvre is hoeveel raakvlakken er zijn met Popper. Niet alleen wordt diens wetenschapsopvatting in grote lijnen al verdedigd in Het geloof der kamaraden, toen Van het Reve naar eigen zeggen nog nooit iets van Popper gelezen had, ook op politiek vlak waren er grote raakvlakken, in de afkeer van Grote Ideologieën en de liefde voor de redelijkheid en de kleine stapjes. Hoe valt dat nu precies te verklaren? Hing het in de lucht? Had de ‘zelfdenker’ stiekem toch eerder Popper gelezen dan hij toe wilde geven? Stootten beide mannen bij toeval op dezelfde waarheid? En wat zou Popper hebben gevonden van Van het Reves malle aanval op de evolutietheorie, door Melching verdedigd als een aanval op de ‘populair-wetenschappelijke visie op de evolutietheorie’.
Een nadeel van het boek is ook dat Melching wil dat Van het Reve in alles gelijk had. Dat is ook een bezwaar van deze biografie: hij is wel erg weinig kritisch. Ik wil best geloven dat Van het Reve in wezen een door en door fatsoenlijke man was, maar dat hij tegen schrijverssubsidies was omdat je best ‘in de avonduren kon schrijven’ terwijl hij zelf een baan had waarin hij vermoedelijk alle tijd nam om te schrijven. Je had bij Slavische talen indertijd zo weinig studenten dat decanen de opleiding nu vanwege gebrek aan macrodoelmatigheid zouden sluiten, en tijdens zijn hele carrière heeft Van het Reve maar twee promovendi gehad. Was dat niet ook een vorm van, vrij royale, schrijverssubsidie? Waarom dat dan aan anderen misgunnen?
Melchings boek is niet de eerste biografie – zelf laat hij zich nogal laatdunkend uit over die van Ger Verrips. Maar het is hopelijk ook niet de laatste.
Willem Melching. De zelfdenker. Karel van het Reve 1921-1999. Amsterdam: Prometheus, 2023. Bestelinformatie bij de uitgever.
Lieneke Frerichs zegt
De nieuwe biografie van Karel van het Reve heb ik nog niet onder ogen gehad en Marc van Oostendorps oordeel laat ik dus aan hem. Maar als verantwoordelijk hoofdredacteur wil ik wel protesteren tegen de merkwaardige en suggestieve formulering, dat de zeven delen met zijn ‘Verzameld werk’ misschien niet aan de hoogste standaard voldoen, maar toch beter zijn dan gemiddeld. Waar slaat dit op? En wat mag die ‘hoogste standaard’ dan wel zijn?
Marc van Oostendorp zegt
De wetenschappelijke.