Hedendaagse talige evolutie in de Tweede Kamer
Taal ontwikkelt zich,- is er een opener deur? Over het taalveranderingsgeval ommekomst schreef ik diverse malen op mijn eigen blog, bovendien maakte ik er in 2018 een lemma van in dat prachtige Binnenhofse woordenboek Dat gezegd hebbend en iets minder neutraal maar wel met mijn instemming werd ik er in Elseviers Weekblad in de zomer van 2022 door Liesbeth Wytzes over geciteerd. (Wie op mijn blog wil zoeken naar eerdere stukjes: 2016, 2020 en 2022.) Kortom, waarom nu nóg een keer over dat onderwerp dat Van Dale inmiddels nota bene gehonoreerd heeft via betekenis-aanpassing in de laatste druk? Daar is een simpel antwoord op en daarmee begon deze alinea: ommekomst ontwikkelt zich verder. Hoe?
- In de eerste plaats kunnen we vaststellen dat de kring van gebruikers lijkt te veranderen. Dit kalenderjaar heeft nog maar één bewindspersoon het volgens de Handelingen in de Tweede Kamer gebruikt (te weten minister De Jonge: “na ommekomst van de Voorjaarsnota”).
- Binnen de Kamer verschuift ommekomst: links bedient zich er momenteel evenmin van als rechts, de gebruikers bestaan uit de coalitiepartijen plus Pieter Omtzigt (ja, veel Omtzigt) plus de SGP (Roelof Bisschop, veel Bisschop). Tunahan Kuzu (DENK) is de enige en eenmalige uitzondering op dat beeld tot dusver (“Na ommekomst van dat onderzoek zou ik hierover graag een debat willen houden met de minister van Defensie.”) Vorig jaar scoorde Fleur Agema (PVV) nog eenmaal ommekomst, Jesse Klaver (GroenLinks) toen zelfs diverse keren.
- De opmerkelijkste persoon die ommekomst in de vergaderzaal in de mond neemt is Vera Bergkamp in haar rol als voorzitter. Vera is gek op ommekomst, coalitietaal of niet.*)
- De frequentie van ommekomst neemt toe. Het woord heeft kennelijk aantrekkingskracht op de vergaderaars, het klinkt ook wat deftig-zwaar en het betreft bijna altijd informatie krijgen van bovenaf, het kabinet. Ik weet, ik moet de gebruiksaantallen afzetten tegen het totaal aantal gebruikte woorden in een bepaalde periode, maar 12x in 2021, 57x in 2022 en in de eerste maanden van 2023 turf ik al 29 maal – dat is veel, meer, nóg meer.
- Vroeger kon een jurist zich nog wel eens onderscheiden door ommekomst te gebruiken in de oorspronkelijke en enige betekenis ‘verstrijking (van een termijn’). Ulysse Ellian (VVD) deed dat nog een keer in 2022 maar ook hij is om. Ommekomst betekent in de Tweede Kamer alleen nog ‘ontvangst (van informatie)’. Dit is het tegenwoordig gangbare Nederlands in ’s Lands Vergaderzaal, bij uitstek in officieel gebruik tussen de Kamerleden onderling.
Ik kan me (nog) niet voorstellen dat een brievenbesteller met aangetekende post thuis bij Vera Bergkamp aanbelt en dan tegen haar zegt: “Wel even tekenen voor ommekomst, ja!” Dit ommekomst is namelijk specifiek Nederlands dat zich beperkt tot B67, Bezuidenhoutseweg 67: - Een spoor van de oude betekenis is het vaste voorkomen van de combinatie van na+ommekomst. Van de 57 maal dat ommekomst dit kalenderjaar gebezigd is, gebeurde dat 55x direct na na: daarin klinkt dat verstrijken van de termijn van vroeger door.
- De originele betekenis is onderhand vrijwel verdwenen. Misschien was Judith Tielen (VVD) de laatste die het bezigde in een motie (“verzoekt de regering na ommekomst van de uitvoering van de motie”) – misschien.
- Als fractievoorzitter Pieter Heerma (CDA) ommekomst gebruikt, kijk uit! Dan gaat het over het Landbouwakkoord of de aangekondigde heronderhandelingen over het regeerakkoord-Rutte IV. In die context zegt Heerma na ommekomst na na ommekomst na na ommekomst. Kan het officiëler, kan het dreigender?
*) Het volgende als bewijs van de taal van voorzitter Bergkamp, het betreft telkens de Regeling van Werkzaamheden gedurende de eerste vier maanden van 2023 en het is dus veel van hetzelfde:
- Dus u steunt het verzoek, maar na ommekomst van die informatie?
- Er is wel gezegd: na ommekomst van de voortgangsrapportages
- Er is een meerderheid voor uw verzoek, maar wel na ommekomst van een bijeenkomst met de stuurgroep en een kabinetsreactie.
- Maar dus wel steun voor een debat, na ommekomst van de informatie?
- Dus ook steun voor het debat na ommekomst van de informatie?
- Na ommekomst daarvan, maar wel steun.
- Er is een meerderheid voor uw verzoek, maar wel na ommekomst van de reactie van het kabinet
- Ik kijk even naar de collega’s of iedereen het steunt na ommekomst van het rapport
- (….) er is wel gezegd: na ommekomst van informatie
- Na ommekomst. Helder.
- Dus na ommekomst.
- Er is een meerderheid voor uw verzoek, mevrouw Hagen, maar na ommekomst van de gevraagde informatie.
- Er is een meerderheid voor uw verzoek na ommekomst van de agenda, meneer Mohandis.
Dit stuk verscheen eerder op het blog van Siemon Reker.
Vincent van Heuven zegt
Niet oninteressant is hier ook het gebruik van het zinsfinale partikel “ja”. Dit komt in het hele Corpus Gesproken Nederlands (goed voor 10.000 uur spraak) maar één keer voor en dan is het in een passage waarin iemand een Duits accent nadoet. In het overzicht van zinsfinale partikels Van der Wouden en Foolen (2011) wordt dit gebruik van “ja” niet genoemd. Cor van der Laak, verontrust AVRO-lid en typetje van Kees van Kooten, gebruikte het altijd in zijn slotzin: “Van die dingen, ja!” (in Sanders’ 1999 zestien keer verkeerd geciteerd als “Van die dingen, dus”). Zie verder: https://scholarlypublications.universiteitleiden.nl/handle/1887/43628
Sanders, Ewoud. (1999) Jemig de pemig! De invloed van Van Kooten en De Bie op het Nederlands. Amsterdam/Antwerpen: Uitgeverij Contact.
Wouden, Ton van der & Ad Foolen (2011). Dutch particles in the right periphery. In: S. Hancil, A.
Haselow & M. Post (red.), Final Particles. Berlin: De Gruyter Mouton, 221-247.