De betekenis van woorden (2)
‘Er is een wereld waarin ik met Madonna naar bed ga.’ Zo legde destijds mijn oude docent het idee van mogelijke werelden uit. Tegenwoordig zou zo’n uitleg niet meer kunnen, maar het maakte het begrip mogelijke wereld wel duidelijk.
De wereld waarin we leven is de echte wereld. Vaak praten we alleen over de echte wereld. Een zin als ‘Gisteren was ik ziek’ gaat over de echte wereld, en niet over een wereld die daarvan afwijkt. Maar zinnen met werkwoorden als moeten of kunnen verwijzen naar andere werelden, werelden die afwijken van de echte wereld. Dat zijn mogelijke werelden. Als ik mijn studenten zeg dat ze hun opdrachten voor het weekend moeten inleveren, is het maar zeer de vraag of ze dat ook daadwerkelijk doen in de echte wereld. En Nederland kan inderdaad de volgende keer het wk voetbal winnen, maar ik zou er nog geen weddenschap op inzetten. We hebben het hier dus over mogelijke werelden, die anders zijn dan de echte wereld.
Het idee van een mogelijke wereld kwam voor het eerst op in de 18e eeuw in het werk van de filosoof Leibniz, die beweerde dat alle mogelijke werelden de ideeën van God vormden en dat wij mensen in de beste van alle mogelijke werelden leven. Hoera! De van nature wat pessimistischere Arthur Schopenhauer dacht daarentegen dat we de bewoners zijn van de allerslechtste mogelijke wereld. In de 20e eeuw bouwden filosofen en taalkundigen voort op het idee van mogelijke werelden, niet in de laatste plaats omdat die een ideaal instrument bleken te zijn om de betekenis van werkwoorden als mogen, kunnen, willen en moeten te doorgronden.
Neem het werkwoord mogen. Intuïtief betekent mogen dat je toestemming hebt om iets te doen. Dat kun je goed omschrijven met behulp van mogelijke werelden. Als een ouder tegen een kind zegt ‘Je mag een ijsje kopen’, betekent dat dat er een mogelijke wereld bestaat waarin het kind, in volle overeenstemming met de wensen van de ouders, een ijsje koopt. Dat is zo’n kind niet verplicht natuurlijk. Er zijn ook mogelijke werelden in overeenstemming met de wensen van de ouders waarin het kind geen ijsje koopt. Mogen zegt dus iets over het bestaan van werelden waar je je aan bepaalde regels houdt.
Zulke beschrijvingen klinken op het eerste gezicht wat omslachtig. Waarom niet gewoon zeggen dat mogen een toestemming omschrijft? De reden is dat bij veel andere werkwoorden, bijvoorbeeld bij moeten, het niet vastligt over wat voor mogelijke werelden je het hebt. Neem de volgende zinnen:
- Petra moet wel op haar werk zijn
- Ik moet geen groente
- Je moet niesen
In de eerste zin is Petra in alle werelden die we mogelijk achten op haar werk. Dat kan niet anders. Maar dat is een heel andere betekenis van moeten dan in Ik moet geen groente. Daar betekent moeten dat je geen groente wilt, oftewel je wilt dat er wat anders op je bord ligt. Met andere woorden, in alle werelden die overeenkomen met je verlangens eet je geen groente. En de derde zin betekent dat in alle werelden waarin je doet wat je lichaam nodig heeft, zonder daar per se invloed op te hebben, je minstens een keer niest. De eerste zin gaat over kennis, de tweede over wensen, en de derde over lichamelijke noodzaken. Wat moeten doet is alleen aangeven dat iets het geval moet zijn in alle relevante mogelijke werelden, maar wat voor mogelijke werelden dat zijn, ligt niet vast.
Dat geldt niet alleen voor mogen en moeten. Ook kunnen verwijst naar mogelijke werelden. De volgende zinnen geven alle drie aan dat er een mogelijke wereld is waarin het slachtoffer nog leeft, je je ticket inruilt of onze hond zwemt.
- Het slachtoffer kan nog in leven zijn
- Je kunt tot 6 uur vanavond je ticket ruilen
- Onze hond kan zwemmen
Deze zinnen gaan over verschillende soorten mogelijke werelden. In het eerste geval betreft het mogelijke werelden in overeenstemming met onze kennis. Bij de tweede zin spelen gemaakte afspraken een rol. En bij de derde gaat het over werelden die worden bepaald door fysieke eigenschappen van dieren. Ook bij kunnen zijn de soort mogelijke werelden dus heel flexibel.
Zonder mogelijke werelden zou het onmogelijk zijn de verschillende gebruiken van moeten of kunnen op eenzelfde manier te karakteriseren. Dat maakt mogelijke werelden een bijzonder handig instrument om de betekenis van allerlei werkwoorden zoals mogen, moeten en kunnen te beschrijven. Onze verlangens en wensen zijn tenslotte niet altijd in overeenstemming met de echte wereld, precies het punt waar mijn oude docent over kon meepraten.
Op 2 november verschijnt van Hedde Zeijlstra het boek De betekenis van woorden, deel 1 in een reeks Het Nederlands van nu. Bestelinformatie bij de uitgever
Laat een reactie achter