Genderneutrale voornaamwoorden worden gebruikt om te verwijzen naar mensen die zich niet identificeren als man of als vrouw, of juist als allebei. Mensen die zich op deze manier identificeren worden ook wel non-binair of genderqueer genoemd. De non-binaire genderidentiteit is de afgelopen tijd een steeds prominentere positie in de maatschappij gaan innemen, wat de vraag oproept hoe en met welke woorden we op een passende manier naar deze mensen kunnen verwijzen.
Leesbaarheid en tekstwaardering
In een eerder artikel op Neerlandistiek werd al getracht hier antwoord op te geven. Hanne Verhaegen, doctoraatsstudent aan de UGent, deed in het betreffende artikel verslag van een onderzoek dat zij samen met Sofie Decock, Sarah van Hoof en Ellen Soens uitvoerde. In dit Vlaamse onderzoek werd gekeken naar de begrijpelijkheid en waardering van de genderneutrale voornaamwoorden hen en die in krantenartikelen over een fictief non-binair personage. Om dit te onderzoeken legden de onderzoekers aan 352 Vlamingen tussen de 18 en 81 jaar een krantenartikel voor met daarin één van acht verschillende referentiestrategieën om te verwijzen naar het non-binaire personage.
Tekstbegrip en tekstwaardering werden gemeten aan de hand van vragen over de inhoud van het artikel en beoordeling van verschillende stellingen over het artikel. Uit hun resultaten bleek dat het gebruik van non-binaire voornaamwoorden geen negatief effect had op de begrijpelijkheid van de tekst. Wel was het zo dat genderneutraal hen kon rekenen op een lagere tekstwaardering dan hij of zij, wat niet gold voor genderneutraal die. Ook hadden de deelnemers gevoelsmatig een lichte voorkeur voor die tegenover hen. De auteurs concluderen hieruit dat genderneutraal die het meest potentieel vertoont om ingeburgerd te raken in Vlaanderen. Maar zijn hoge tekstwaardering en goede leesbaarheid de enige eisen die gesteld moeten worden aan een nieuw genderneutraal voornaamwoord?
Begrijpelijkheid en verwijzing
In het kader van haar scriptie voor de master Neerlandistiek voerde Romy van der Molen begin dit jaar eveneens een onderzoek uit naar de verwijzing van genderneutrale voornaamwoorden. In tegenstelling tot het onderzoek hierboven, waarin leesbaarheid en tekstwaardering centraal stonden, keek zij naar begrijpelijkheid en verwijzing van de voornaamwoorden. Zo onderzocht ze of de Nederlandse genderneutrale voornaamwoorden hen en die anders begrepen worden door lezers dan de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze, in het bijzonder wanneer er meerdere mogelijke verwijzingen zijn van het voornaamwoord. Om deze vraag te beantwoorden kregen de 73 Nederlandse deelnemers een online vragenlijst voorgelegd. Deze vragenlijst bevatte korte tekstjes waarin elk twee personen een handeling uitvoerden, waarna er met een voornaamwoord naar een van deze twee personen werd verwezen. De deelnemers dienden vervolgens een meerkeuzevraag te beantwoorden die inzicht gaf in hun interpretatie van dit voornaamwoord. De tekstjes en bijbehorende vragen zagen er als volgt uit:
- De zanger ondertekende het contract, waarna de manager opstond. Hij/ze/die/hen kijkt uit naar de samenwerking. Vraag: Wie kijkt uit naar de samenwerking?
- Antwoordmogelijkheid 1: De zanger
- Antwoordmogelijkheid 2: De manager
Uit de resultaten bleek dat het genderneutrale voornaamwoord die vaker dan de andere onderzochte voornaamwoorden begrepen wordt als een verwijzing naar de laatstgenoemde persoon in het tekstje (in dit voorbeeld de manager). Het genderneutrale voornaamwoord hen verwijst daarentegen even vaak als de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze naar de persoon die het laatst genoemd wordt.
Hieruit kan geconcludeerd worden dat het genderneutrale voornaamwoord die anders begrepen wordt dan de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze. In dit opzicht verschilt genderneutraal die van genderneutraal hen, want het genderneutrale voornaamwoord hen wordt op dezelfde manier begrepen als de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze. Kortom, genderneutraal die vervult niet zonder meer dezelfde functie in de zin als de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze.
Hen, die of toch iets anders?
Twee verschillende onderzoeken met twee tegenovergestelde conclusies dus. Volgens het ene onderzoek heeft genderneutraal die de potentie om uit te groeien tot een ingeburgerd genderneutraal voornaamwoord voor de verwijzing naar non-binaire personen, omdat dit voornaamwoord als prettig leesbaar ervaren wordt. Volgens het andere onderzoek wordt genderneutraal die anders begrepen dan de geslachtsgebonden voornaamwoorden hij en ze, en kan daarom beter genderneutraal hen gebruikt worden voor de verwijzing naar non-binaire personen. Waar hechten we meer waarde aan? Aan leesbaarheid en waardering of aan begrijpelijkheid en juiste verwijzing?
De reden waarom het genderneutrale voornaamwoord die wellicht prettig leest, is dat het woord ook als aanwijzend voornaamwoord voorkomt in subjectpositie. Dit andere gebruik van die zou wel eens de reden kunnen zijn dat genderneutraal die als ‘prettig’ wordt ervaren, omdat mensen menen het woord te herkennen. Maar tegelijkertijd kan dit zorgen voor een verkeerde interpretatie van genderneutraal die, aangezien het aanwijzende voornaamwoord die in het Nederlands een andere functie heeft dan het persoonlijke voornaamwoord hij. Het voornaamwoord hen daarentegen is overduidelijk nieuw in de subjectspositie. Indien gekozen wordt voor die als genderneutraal voornaamwoord, zal gekeken moeten worden hoe vaak er interpretatieverschillen en -problemen ontstaan. Indien gekozen wordt voor hen, zal moeten blijken of het ingeburgerd raakt. De praktijk zal het uitwijzen. Maar misschien duikt er te zijner tijd wel een beter alternatief op.
Romy van der Molen voerde dit onderzoek uit in het kader van haar MA-scriptie Neerlandistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Ze werd daarbij begeleid door Petra Hendriks.
Bronnen
Verhaegen, H. (2023) ‘De leesbaarheid van non-binaire voornaamwoorden.’ Neerlandistiek. https://neerlandistiek.nl/2023/06/de-leesbaarheid-van-non-binaire-voornaamwoorden/.
Decock, S., S. van Hoof, E. Soens & H. Verhaegen (2023). ‘The comprehensibility and appreciation of non-binary pronouns in newspaper reporting. The case of hen and die in Dutch.’ Applied Linguistics, amad028. https://doi.org/10.1093/applin/amad028.
Van der Molen, R. (2023). ‘De interpretatie van genderneutrale pronomina’. MA-scriptie Neerlandistiek, Rijksuniversiteit Groningen. https://arts.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/32957.
René Appel zegt
Opvallend dat als genderneutraal voornaamwoord niet naar ‘het’ is gekeken, dat is in ieder geval grammaticaal onzijdig,