Voornaamwoorden! Je kunt er een leven aan wijden. Neem alleen de wederkerende voornaamwoorden. Hoeveel hebben we er daar wel niet van! ‘Ik was me’, ‘ik was mezelf’, ‘ik was mij’, ‘ik was mijzelf’, en dan hebben we alleen nog maar de eerste persoon enkelvoud gehad. In een nieuw overzichtsartikel zetten Guido Vanden Wyngaerd en Eric Hoekstra ze allemaal op een rijtje (ook voor het Fries, trouwens, maar dat is iets voor een volgende keer):
Er zijn doorgaans, zeggen Vanden Wyngaerd en Hoekstra, in navolging van bestaande literatuur over andere talen doorgaans drie vormen: een clitische vorm (cl in de tabel hierboven), een zwakke vorm (wk in de tabel hierboven) en een sterke vorm (st in de tabel). Soms vallen bepaalde vormen samen, maar dat is dus niet altijd het geval. Bij de wederkerende voornaamwoorden bestaan de sterke vormen altijd uit de zwakke vorm van het persoonlijk voornaamwoord plus zelf.
Jullie is als je het zo bekijkt een intrigerende vorm. Het persoonlijk voornaamwoord is in de onderwerpsvorm altijd jullie: er bestaat geen verschil zoals tussen ‘ik zie jou’ en ‘ik zie je’. Maar in de wederkerende vorm is het enkel en alleen je: ‘jullie wassen jullie’ is een heel uitzonderlijke vorm, normaliter zeggen mensen ‘jullie wassen je’ of ‘jullie wassen jezelf (iedere dag drie keer met groene zeep).
De eerste persoon enkelvoud heeft, zoals ik aan het begin van dit stukje al schreef, maar liefst vier vormen: ‘ik was me/mij/mezelf/mijzelf’. Dat zijn er meer dan in de drieslag clitisch/zwak/sterk van de internationale taalkundige literatuur passen. Zelfs de tweede persoon enkelvoud kan dat niet. Je kunt zeggen ‘Ik zie je’ en ‘ik zie jou’, maar niet ‘jij wast jouzelf’ naast ‘jij wast jezelf’ (of ‘jij wast je’). Hoe kan dat? Wat maakt de eerste persoon enkelvoud bijzonder?
Ook Vanden Wyngaerd en Hoekstra hebben er geen antwoord op. Een feit is wel dat het een subtiliteit is die niemand op school leert, maar die we kennelijk wel oppikken. Er moet iets natuurlijks zijn aan die combinaties van persoonskenmerken en wel of niet een verzwakte vorm hebben. Maar wat dat is, daar moet een taalkundige nog eens goed de gedachten over breken.
Leo zegt
Object derde persoon meervoud: hun?
Guido Vanden Wyngaerd zegt
Het hele artikel is hier terug te vinden:
https://ling.auf.net/lingbuzz/007551