Voornamendrift 112
Veel meer dan in regionale cultuur zijn het tegenwoordig sociale verhoudingen waardoor provincies zich onderscheiden. En alhoewel sociale groepen eigen voorkeuren voor voornamen hebben zijn de verschillen in het geven van modenamen tussen provincies niet zo heel groot. Ik zal dat voor een aantal populaire modenamen uit de afgelopen decennia laten zien. Daarbij neem ik ter vergelijking ook Vlaanderen mee om te laten zien dat de rijksgrens meer dan provinciale grenzen onderscheidend kan zijn voor voornaamkeuze.
De ontwikkeling van modenamen begon in Nederland na 1940 gestalte te krijgen en Ronald (boven) en Yvonne (onder) zijn daar met een top rond 1960 voorbeelden van. Alhoewel de toename en afname in populariteit globaal overal in dezelfde periode plaatsvond, zien we dat voor beide namen de westelijk provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht niet alleen iets voorlopen, maar ook een grotere populariteit bereiken. Daarentegen wordt in de noordoostelijke provincies Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel, de maximale populariteit pas zo’n 10 jaar later bereikt en ook met minder enthousiasme. Ronald wordt in Vlaanderen ook wel gegeven, maar is daar veel minder populair dan in Nederland. Als Franse naam werd Yvonne al veel eerder in Vlaanderen gekozen met een piek rond 1920. Of dat de Nederlandse mode heeft gestimuleerd is lastig te zeggen. Hier moest eerst de traditionele vernoeming losgelaten worden om ruimte voor mode te maken, dat gebeurde in Vlaanderen veel eerder.
Na 1970 worden de modenamen dominant in Nederland. Dennis en Linda zijn voornamen die rond 1980 heel populair waren. Ook hier zien we weer dat de opkomst in de westelijk provincies het eerst was, met verder weinig verschillen in de ontwikkeling in de andere provincies. Ronald werd in dezelfde tijd in Vlaanderen duidelijk minder populair, maar Linda was er rond 1960 al maximaal populair, dubbel zo groot als later in Nederland. In Amerika was Linda al in 1950 zeer populair en een waarschijnlijke inspiratiebron voor navolging hier.
Rond 1990 waren Kevin en Laura populair. Kevin werd vanaf 1970 gekozen waarbij de adoptie in Vlaanderen het snelst en grootst was, in Nederland qua grootte gevolgd door Limburg met verder kleine verschillen tussen provincies. Laura was niet echt nieuw, zeker niet in Vlaanderen met een piekje al rond 1920. Rond 1980 was Laura in het Verenigd Koninkrijk maximaal populair en we zien de navolging hier snel daarna, weer iets eerder in de westelijke provincies, met een latere maar grotere respons in Vlaanderen.
Daan is een voorbeeld van een korte roepnaam die de laatste decennia populair zijn, en is sinds 2000 een topnaam. De mate van voorkeur loopt wel flink uiteen tussen provincies, het minst in Zeeland (en Vlaanderen) het meest in Limburg en Noord-Brabant. Sanne is opmerkelijk omdat die zowel rond 1990 en 2000 een top laat zien. De achtergrond van die tweetoppigheid, die we bijvoorbeeld ook bij Femke en Nienke vinden, is onduidelijk, maar we vinden die in de meeste provincies, dus het heeft geen regionale basis. In Vlaanderen bleef de populariteit van Sanne tot een enkele piek rond 1990 beperkt.
Van de meest recente topnamen kunnen we alleen de opkomst zien, hier voor Noah en Tess. Het – ook internationale – succesverhaal van Noah begint in alle provincies rond 1990, met in Limburg en Vlaanderen de grootste voorkeur, gevolgd door het westen en dan de noordelijke provincies (minder dan de helft van Limburg). Voor het typisch Nederlandse Tess zien we weliswaar vanaf 1980 overal een stijging met dit keer in Overijssel de grootste populariteit en juist in het westen wat minder. In Vlaanderen blijft de populariteit van Tess beperkt.
Er zijn zeker verschillen tussen provincies in de voorkeur voor modenamen. In de beginperiode van de modenamen na 1950 namen de westelijke provincies (de grote steden) het initiatief met latere navolging in de noordoostelijke provincies. Die tijdverschillen zijn tegenwoordig gering en de maximale populariteit wordt nu meestal overal in dezelfde jaren bereikt. Er blijven wel verschillen in de mate van populariteit die kunnen samenhangen met de sociale samenstelling van een provincie. De populariteit van een modenaam verschilt per sociale klasse, en de de sociale verhoudingen verschillen tussen provincies. Dat de vergelijking met Vlaanderen aanzienlijke verschillen oplevert met Nederlandse provincies is intrigerend.
Laat een reactie achter