Achter het achtervoegsel 41
Onlangs zag ik de prachtige film Perfect days van regisseur Wim Wenders. Hierin volgen we het dagelijks leven van hoofdrolspeler Hirayama op de voet. Hij verdient de kost door openbare toiletten in Tokyo schoon te maken en is gelukkig met het eenvoudige en geregelde leven dat hij leidt. Tijdens zijn werk vindt hij in een toiletruimte een papiertje, verstopt in een gleuf. Er staan een paar lijnen op die uitnodigen tot het spelen van een spelletje boter-kaas-en-eieren. Hij doet een zet en na enkele beurten eindigt het spel – zoals meestal het geval is – in remise. Het was deze scène die mij inspireerde tot het schrijven van deze 41e aflevering van Achter het achtervoegsel.
Boter
Kandidaten voor de kaas en de eieren had ik al, maar een -ette-woord in relatie tot boter ontbrak nog. Geen nood, dacht ik. De miljoenen krantenpagina’s van Delpher herbergen er vast en zeker een paar. Dat bleek tegen te vallen. Voor zover ik heb kunnen nagaan heeft geen enkele Nederlandse roomboter-, margarine- of halvarineproducent er ooit voor gekozen een dergelijk smeersel te tooien met een naam op -ette.
Op zich zou dat geen gek idee zijn. Een van de betekenissen die dit achtervoegsel heeft wanneer het achter een zelfstandig naamwoord geplakt wordt, is namelijk ‘gelijkend op de in het grondwoord genoemde stof, meestal van mindere kwaliteit’, aldus het Woordenboek der Nederlandsche Taal bij het lemma –ette. Denk aan limonette, ‘limonade met een geringere hoeveelheid vruchtensap’ of biberette, ‘konijnenbont dat lijkt op beverbont’.Als Blue Band zijn 100% plantaardige alternatief voor roomboter niet Roombeter maar Roomboterette had genoemd, zou het voedselproduct vast niet Het Gouden Windei hebben ontvangen voor het meest misleidende voedselproduct van 2023. Een andere optie was beurrette geweest, maar vanwege de overeenkomst in klank met het Franse straattaalwoord beurette voor een Franse vrouw van Arabische herkomst minder geschikt.
Een botermerk met -ette heb ik dus niet kunnen vinden, maar -ette komt wel voor in de term beurre noisette. Voor degenen die niet ingewijd zijn in de Franse culinaire terminologie, datis gesmolten boter waarbij de eiwitten bruin kleuren. Vandaar de Nederlandse naam gebruineerde of gebruneerde boter. Deze boter kenmerkt zich door een hazelnootachtige smaak en geur. De letterlijke vertaling van beurre noisette is dan ook ‘hazelnootboter’. Met het gebruik van dat Nederlandse woord zou de journalist die op 18 november 1922 in De Avondpost een recensie schreef over het kookboek De Huisvrouw in de Keuken, beslist niet instemmen. Hij beschouwde dat als ‘vorm-verwaarloozing’:
hoe lijkt u de vertaling van “beurre noisette” (waaronder de Fransche kok lichtbruin gebraden boter verstaat) door “notenboter” een naam die de Hollandsche huisvrouw aan een totaal ander product doet denken?
Kaas
Van de boter stappen we over naar de kaas. De Franse kaasjes waarvan de naam eindigt op -ette en die de laatste jaren in supermarkt, kaaswinkel (‘fromagette’) en delicatessenzaak ruimschoots voorradig zijn, laat ik voor wat ze zijn. En over de Zwitserse kaasschotel raclette wil ik volstaan met de opmerking dat die is ‘gemaakt van Walischer kaas die aan tafel gesmolten wordt op een voorverwarmd bord en smaakt naar een zachte Gruyère’, aldus Het Vaderland op 4 april 1953. Een aardige omschrijving voor een aanvulling op het WNT, waarin het lemma ontbreekt.
Interessanter dan deze leenwoorden is de naam van een bedrijf dat op een kwartier rijden ligt van Gouda, de stad die zijn naam gaf aan een van de bekendste kaassoorten ter wereld. In het plaatsje Nieuwerburg legden de heren Van Zijl en De Groot in 1963 de basis voor het bedrijf dat tegenwoordig een wereldwijde speler op de (geraspte)kaasmarkt is. Als naam bedachten zij Grozette. Daarin zien we een deel van de achternaam van beide grondleggers terug: GRO (van De Groot) en Z (van Van Zijl); het suffix -ette completeerde de naam.
In de jaren zestig probeert Grozette in reclames klanten te verleiden tot het kopen van twee zakjes poederkaas door een begerenswaardige verzamelspeld of sleutelhanger in het vooruitzicht te stellen. En wie voorbereidingen treft voor een kerstdiner kan eigenlijk niet om de producten van Grozette heen. Uit een advertentie van de fabrikant uit de Volkskrant van 20 december 1969:
Als u uw gasten uitnodigt voor het diner, dan zal de gastvrouw al haar zorgen besteden aan het klaarmaken van deze maaltijd. Aan vele gerechten zal zij een pikante smaak geven met de poederkaas van GROZETTE, gemaakt uit eerste soort 100% Hollandse kaas. Men gebruikt de poederkaas vooral voor sausjes, vlees, macaroni, en bloemkool.
Strooikaas met Kerstmis? Zouden er nog koks zijn die dat ingrediënt verwerken in een van de vele gangen van de kerstmaaltijd?
Eieren
Het beste heb ik voor het laatst bewaard, want zowel de naam van het apparaat als het apparaat zelf doen mijn hart sneller kloppen. Net als vele andere gezinnen tijdens de coronacrisis namen wij in dieren in huis, of beter gezegd in de tuin. Drie jonge Barnevelder krielkippen, zilver dubbelgezoomd. Toen in augustus 2021 de samenleving na de derde golf van de coronapandemie even open was, brachten wij een bezoek aan het Nederlands Pluimveemuseum in Barneveld. Een interessant museum waar de biologie van het ei, de geschiedenis van kippen en de ontwikkelingen in de Nederlandse pluimveehouderij voor het voetlicht worden gebracht. Ook zijn er allerhande soorten levende kippen te zien.
De grootte van kippeneieren varieert sterk. Echte kippen leggen vanzelfsprekend grotere eieren dan krielkippen en verschillen in formaat zijn er ook tussen kippenrassen. Voor de handel in consumptie-eieren is het wenselijk en handig als alle te koop aangeboden eieren even groot zijn. Daarvoor werden zogeheten eiersorteermachines ontwikkeld. Het zijn vernuftige apparaten, waar je – als ze in werking zijn – gebiologeerd naar kunt blijven kijken.
Het Nederlands Pluimveemuseum heeft een kleine collectie ervan uitgestald. Ze zijn afkomstig van de firma MOBA. Die naam is een samenvoeging van de eerste twee letters van de achternaam van oprichter Job Mosterd en van de eerste twee letters van Barneveld. Job Mosterd was de zoon van een Barneveldse eierhandelaar. Toen de productie van en de handel in eieren voor de Tweede Wereldoorlog sterk toenam, ontstond er behoefte aan een manier om grotere hoeveelheden eieren snel op grootte te kunnen sorteren. Kort na de oorlog – in 1947 – kwam Mosterd met zijn eerste eiersorteermachine op de proppen, waarna er nog vele typen zouden volgen.
Begin jaren zestig vroeg de pluimveehouderij om een lichtgewicht sorteermachine dat onder de arm zou kunnen worden meegenomen maar toch dezelfde capaciteit had als de bestaande grote exemplaren. Dat werd de Mobanette. De eerste serie van 10 stuks ging in september 1961 in productie. Het apparaat was een groot succes: de aanschafprijs was laag en de storingsgevoeligheid was gering. Bovendien was het eenvoudig te bedienen: een beetje handige medewerker kon circa 1600 eieren per uur in zes of zeven gewichtsklassen selecteren.
Het woord Mobanette is gevormd door achter de bedrijfsnaam Moba het diminutiefsuffix –ette te plakken. Omdat dit zou leiden tot het lastig uit te spreken Moba–ette is er omwille van de welluidendheid een n tussengevoegd. Ook de vloeiklanken r en de l waren goede potentiële tussenklanken geweest. Maar om mogelijke verwarring met de Mobylette te voorkomen was de l misschien niet onderscheidend genoeg? Dat er gekozen is voor de n en niet voor de r wordt duidelijk als je beide varianten naast elkaar plaatst: mobanette klinkt beter dan mobarette.
Wie de naam Mobanette bedacht heeft, is niet bekend. De firma Moba, waarbij ik navraag heb gedaan, vermoedt dat de oprichter van het bedrijf – de al eerder genoemde Job Mosterd – de naamgever van deze kleine eiersorteermachine is geweest.
Laat een reactie achter