•• Uit Wat deed ik daar, de nieuwe bundel van Tsead Bruinja.
hoeft een naam iets?
elke naam moet ten minste
één keer worden gespeld op het gemeentehuis
vreugdevol door een ouder die met die naam een geloof
een held een vriend of een familielid in leven houdt
elke naam moet minstens vierduizend keer
worden geroepen vanuit een halfopen buitendeur
terwijl de warme lucht van het avondeten zich
door een keukenraam een koude kinderneus in krult
alle namen horen zeker vijfmaal op het puntje van de tong
van een beste vriend te liggen bij de vraag
naar wie zijn of haar beste vriend is
en waarom
geen één naam verdient het ongefluisterd te blijven
en niet via het oor van een geliefde
buitengewoon vaak de buik van die ander
te kriebelen
daar zijn namen voor gemaakt
namen horen een leven lang mee te gaan
en met een heel leven weet u heel goed
wat ik bedoel
namen mogen alleen langzaam verdwijnen uit onze gedachten
en niet voordat ze een afscheidsdansje hebben gemaakt
op onze bevende lippen
er is geen enkele reden om de naam
van een muur te schroeven
als die naam niet een nieuw huis
te wachten staat
Tsead Bruinja (1974)
uit: Wat deed ik daar (Querido, 2024)
Abonnees van Laurens Jz Coster krijgen iedere werkdag een gedicht per e-mail
Jozef Haazen zegt
Vroeger hadden namen een betekenis, vooral voornamen waaraan een waarde verbonden was. Daarentegen worden vandaag de meest lege en onzinnige voornamen bedacht, een teken van maatschappelijke degeneratie?