In een eerdere bijdrage beschreven we namen voor wig- of spievormige percelen. Een scala aan toponiemen is voor dergelijke percelen te vinden, het ene taalkundig meer interessant dan het andere. Een interessant toponiem voor een puntig perceel verdient aparte bespreking, te weten Oerden. Hieronder bespreken we de etymologie van dat woord en verkennen we enkele locaties met de naam Oerden. Daarna onderzoeken we de naam Orden, die etymologisch verwant is met Oerden, en de naam Orthen, die dat niet is.
Oerden: het woord verklaard
In de historische woordenboeken op internet vinden we het woord oerden alleen in het Woordenboek van de Friese taal. Niet verbazingwekkend, want het bekendste Oerden ligt in Friesland, zie hieronder. Oerden wordt hier, en overigens ook door Künzel in 1989, vertaald als landtong, punt.
Oerden is een variant van het woord oord. Het is verwant met het Duitse Ort. Over Oord vinden we op de Etymologiebank wel het één en ander. Op zijn kortst samengevat: het betreft een woord van Germaanse origine, dat in het verre verleden over de punt van een wapen ging. Zeg: speerpunt. Het woord is losgekomen van die oorspronkelijke betekenis. Meer zaken zijn oord genoemd gaan worden. Het werd dus de algemene aanduiding voor ‘punt, hoek’. Specifiek werd oord in ons land gebruikt voor (vaak van nature een puntig einde hebbende) landtongen, aanslibbingen, zoals in plaatsnamen Dinteloord en Feijenoord. In recenter eeuwen werd het woord toegepast voor buitenplaatsen en deftige huizen, zoals Vredesoord.
Oerden op Ameland
Terug nu naar de variant Oerden. Oerden is de naam van het natuurgebied op de oostelijke punt van Ameland. Ooit lag daar een nederzetting. Deze is in de golven verdwenen. De naam van het dorp dat we nu ‘De Punt’ of ‘De Hoek van Ameland’ zouden hebben kunnen noemen leeft voort in het natuurgebied.
De Oerder Duinen op de oostpunt van Ameland, topotijdreis 1849
Oerden bij Wijk bij Heusden
Een volgende plek waarvan de naam Oerden luidde, vinden we in Wijk bij Heusden. De naam is er in de vergetelheid geraakt. Ooit, in 1423, was er een Oerdensdesteeg, deze is herdoopt in Wijkse Steeg en inmiddels gepromoveerd tot Wijksestraat. Oerden komt voor in middeleeuwse missalen. Rond 1440 is er een ‘hoffstat ghelegen tot Wyc tot Oerden ‘ (Van Beurden, 1906, p. 48). In 1448 is er sprake van een Oordense Zwaansheuvel (Van Aalst e.a. 1988, p. 28). Uit de schrijfwijze ‘Oordense’ blijkt de hierboven al aangegeven relatie met het woord ‘oord’. Dankzij de bovenstaande en andere gegevens van Wim Braams (2000) [i] weten we waar Oerden lag. Het was in de uiterste hoekpunt van het akkercomplex Gansakkers.
Oerden, in de zuidwestpunt van de Gansakkers. De straat oost-west is de oude Oedensesteeg. Topotijdreis 1925
Het toponiem moet al dateren uit de 14e eeuw of eerder. In 1362 was namelijk ene willen van Oerden beleend met smaltienden van dorpen uit de omgeving (Drossaers, 1949, nr. 520)
Intermezzo: Oerden in Groningen die géén punt of hoek zijn…
In een publicatie van de Rijksuniversiteit Groningen[ii] komen we diverse toponiemen ‘Oerden’ tegen. Op pagina 135 staan bij Westerwolde wel 5 oerdens aangeduid. Oerden is volgens de auteurs de benaming van het bouwland dichtbij de boerderij dat in het bewustzijn van de bevolking als eerste in ontginning werd genomen. Een verband met een punt of hoek is niet in te zien.
Voor de etymologie van dit woord oerden in Groningen kan de hypothese zijn dat we moeten lezen: oer-den. Oer is dan het woord dat staat voor ‘oorspronkelijk’. Den staat volgens de historische woordenboeken in delen van het land voor ‘dorsvloer’. Maar in primitieve agrarische omstandigheden was de dorsvloer feitelijk een kleed buiten, of aangestampte aarde in de open lucht. We laten aan kenners van de noordelijke ontginnings- en taalgeschiedenis over of de hypothese klopt dat oerden hier staat voor een oorspronkelijke dorsplaats.
Orden bij Apeldoorn
Apeldoorn kent een wijk Orden. Op de Etymologiebank vinden we onder meer dat dit in 1570 Oerden genoemd werd. Dat nodigt uit om op historische kaarten te zoeken naar de hoek of punt waaraan het woord Oerden refereert. Op een kaart uit het begin van de 19e eeuw blijkt Orden te liggen tussen de twee bovenlopen van een beek (spreng). Een fraaiere illustratie van dat Orden een (speer-)punt als etymologie kent is er niet te geven.
Orden begin 19e eeuw (topotijdreis), een speerpunt tussen twee beekstroompjes
Orthen
Op de Etymologiebank lezen we bij de verklaring van de naam Orden bij Apeldoorn niet alleen een verwijzing naar een oude vermelding Oerden, maar ook het volgende: : “1059 vervalst ca. 1180-1190 Horda, midden 12e eeuw Orthen, 1178 vervalst? de Orde”. Orden werd dus in het midden van de 12e eeuw Orthen genoemd. Nu bestaat er momenteel nog een dorp Orthen in Brabant bij Den Bosch. Waar komt die naam vandaan? Hierover schreef Lauran Toorians een artikel[iii], waarin hij onder andere de relatie tussen Orden en Orthen beziet. Hij stelt dat Orthen en Orden een verschillende herkomst hebben, omdat de th uit Orthen taalkundig moeilijk samengaat met de d uit oord. Uit een grote opsomming van oude vermeldingen van Orthen in een appendix blijkt voor hem dat er geen grondslag is voor de gedachte dat Orthen met Oord of dus Oerden te maken heeft. We kunnen hier nog aan toevoegen dat de naam Orthen slechts varianten kent met een korte o, geen met lange oo of oe.
Van Orthen bestaan ook oudere versies die langer zijn: Ortduinen e.d. Verder valt op dat in Orthen de o kort is, terwijl al die oord-namen een lange o laten zien (ook Orden kent een oudere variant Oerden, dus met een lange o). Daarom veronderstelt Toorians dat we in Orthen te maken hebben met een Keltisch toponiem, Uxellodūnon. Dat betekent ‘sterke plaats op een hoogte ‘. Voor de verdere taalkundige discussie over de ontwikkeling van dit woord tot Orthen verwijzen we graag naar het artikel.
We melden nog dat op de Etymologiebank Van Berkel en Samplonius Orthen verklaren als nederzetting aan de Urtina, een waternaam verwant met de naam van de Ourthe in de Ardennen.
Dit komt niet logisch voor. De naam Ourthe is terug te voeren op het Keltische woord urd, wat ‘stenige rivier’ of ‘snelle stroom’ betekent. Bij Orthen, in de moerassen bij Den Bosch, is noch sprake van een stenige rivier, noch van een, in vergelijking met een bergbeek, snelstromende rivier.
Op deze plaats bezien we nog of de Keltische naamsverklaring ‘sterke plaats op een hoogte’ historisch-geografisch verklaarbaar is. Het antwoord is ja. Orthen bevindt zich op een hogere plek waar de Dommel, de Dieze en de Aa gezusterlijk richting de Maas stromen. Hier zal de lading van rivierschepen overgeladen moeten zijn naar kleinere bootjes die de beken op konden varen. En omgekeerd. Een dergelijke strategische omgeving, de toegang van de Maas naar de Brabantse beken, zal altijd, dus ook in de Romeins-Keltische tijd, van strategische waarde zijn geweest. Een dergelijk gebied zal men altijd al beschermd hebben vanuit het hogere, versterkte latere Orthen. De vele forten en schansen in de omgeving getuigen van die strategische ligging. Vanuit deze historisch geografische context valt de Keltische naamsverklaring te ondersteunen.
Overigens, ook het dorp Engelen lag verhoogd en aan de toegang tot de Brabantse beekstromen. Dat dat geen naam kreeg die duidde op een verhoogde ligging, komt omdat een ander wezenlijk kenmerk aanwezig was: Engelen lag op de plek waar de Dieze een bocht maakte. De Etymologiebank leert dat Engelen ooit Angle heette. Een naam afgeleid van het Oudnederlandse Angila. Dat betekent: bocht, hoek. Dat laatste was meer kenmerkend dan de verhoogde ligging. Orthen kreeg dus het hoogtetoponiem, Engelen het toponiem over ligging in een bocht.
Slot
Oerden is de naam voor een puntig, hoekig perceel of gebied. De naam leeft nog op de oostpunt van Ameland. De naam leeft voort in de Apeldoornse wijknaam Orden. Een vergeten Oerden bevindt zich in Wijk bij Heusden. De oerden in Groningen voor ‘de eerst ontgonnen percelen bij ontginningsboerderijen’ hebben geen verband met deze etymologie. Ook de naam Orthen bij Den Bosch is niet terug te voeren op oerden of een verwant woord dat zijn oorsprong vindt in de aanduiding van een puntig of hoekig object als een speerpunt of een hoekig perceel, maar vrijwel zeker op een Keltisch woord voor een sterke plaats op een hoogte.
[i] B.W. Braams, Oude Topografische Elementen in het Land van Heusden en Altena, Heusden 2000
[ii] Wiersma, J., & Spek, T. (2021). ‘Cultuurlandschap’. In J. Abbes, J. Bakker, B. Roelevink, T. Spek, G. Volders, & R. Wegman (editors), Landschapsbiografie van Westerwolde (blz. 124-153). Koninklijke Van Gorcum)
[iii] Lauran Toorians, ‘Een Keltische etymologie voor Orthen: Civitas de Ortduno tussen Uxellodunon en Orthen’. In Noordbrabants Historisch Jaarboek Jaargang: 21, 2004, pp. 78-95. Ook op Academia.edu
Karel F. Gildemacher zegt
Om onduidelijkheid te voorkomen de oostpunt van Ameland heet It Oerd (dus geen meervoud, het kaartje geeft Oerder duin – met een r dus). Overigens komt de spelling oerd in Fryslân ook voor als wurth e.d. is bedoeld.