Confuc (5)
– Confucius, wat zou u doen als u geroepen werd om een land te besturen?
– De taal goed gebruiken. Als de taal niet goed gebruikt wordt, zeggen de woorden niet wat ze moeten zeggen. Dan blijven de dingen die gedaan moeten worden ongedaan.
Weer gaat het op de wekelijkse persconferentie over stikstof. Een journalist vraagt om een reactie op de uitspraak van de Raad van State. Dat rapport vat hij als volgt samen: dit kabinet heeft de maatregelen van het vorige kabinet afgeschaft en er niets voor in de plaats gesteld. De premier kan dit natuurlijk niet laten passeren, en verwijst naar het hoofdlijnenakkoord uit de formatie, en legt uit dat er daarna wel degelijk een aantal trajecten zijn aangegeven waarop dit kabinet het stikstofprobleem wil aanpakken. Bovendien is er nu een brede ministeriële commissie ingesteld (klinkt daadkrachtig). De premier besluit met enkele woorden over een stevig probleem dat een oplossing verdient. En dan stelt een journalist een uit-de-tent-lok-vraag:
Journalist
Is het wel zo verstandig geweest om het pad dat het vorige kabinet is ingegaan in de formatie er uit te gooien?
Let even niet op de kromme beeldspraak dat je een pad waar je bent ingegaan, eruit kunt gooien. De journalist vraagt of het wel zo verstandig was wat het kabinet tot nu toe heeft gedaan. Als iemand mij vraagt of het wel zo verstandig is geweest wat ik gedaan heb, dan weet ik dat die persoon het onverstandig vindt. De minister-president had deze vraag gemakkelijk kunnen pareren door te zeggen: “Ik meen te horen dat u iets onverstandig vindt, maar het gaat op deze persconferentie volgens mij niet om meningen van journalisten, maar om toelichting op kabinetsplannen. Graag beantwoord ik daar vragen over.” Helaas, in plaats daarvan gaat de premier mee in dit opvoedkundig gesprek van de journalist.
De minister-president
Nee maar dat is een bewuste keuze geweest, eerst in het hoofdlijnenakkoord.
Eigenlijk moet je hier de intonatie horen. Het antwoord begint met ‘Nee’, zo lijkt het alsof de premier bedoelt dat het inderdaad onverstandig was: ‘Nee, maar’. Toch volgt er geen rust na ‘Nee’. Je hoort niet ‘Nee, maar’. Je hoort ‘Nee maar’. Een soort uitroep dat hij er ook niets aan kan doen. De premier is immers uitvoerder van het hoofdlijnenakkoord. De journalist wil toch nieuws, en herhaalt de vraag:
Journalist
Ja, maar is het verstandig? Dat het een keuze is geweest hebben we allemaal gezien.
De premier had kunnen zeggen: “Ja, verstandig gelet op de discussies in de kabinetsformatie, maar toen was het stikstofprobleem in deze omvang nog niet aan de orde.” Maar in plaats daarvan herhaalt hij eerdere opmerkingen in een omslachtig antwoord waarvan hier alleen twee zinnen worden weergegeven.
De minister-president
Nee maar kijk, we hebben, ik begin even opnieuw zou ik bijna zeggen, we weten dat we een groot probleem hebben in de stikstof. (…) We moeten ons opnieuw beraden over onze aanpak. (…)
De journalist ontpopt zich nu echt als opvoeder, en bouwt een leermoment in. Hij laat zijn pupil niet wegkomen zonder hem gelegenheid te geven zijn fout zelf te ontdekken.
De journalist
Al doende leert men en regeren is vooruitzien en soms ook even terugblikken om wat van het verleden te leren. Dus als ik u vraag, was het verstandig om af te wijken dat het vorige kabinet is ingeslagen? Dan zegt u?
Wat zou u antwoorden? 1. Ja, kijk naar de verkiezingsuitslag; 2. Nee, want we hadden kunnen weten dat de rechter ons zou terug zou fluiten; 3. Hou eens op te zeuren over ‘verstandig’! Complimenten voor de minister-president. Hij kiest voor een nette variant van optie 3.
De minister-president
Dan kijk ik nu naar voren en dan zeg ik, ik heb een ministeriële commissie met alle spelers aan boord. (…)
Hou eens op te zeuren. Maar dat gebeurt niet. Was het antwoord te netjes? Twee minuten later stelt een andere journalist dezelfde vraag!
Andere journalist
Dit kabinet heeft in het stikstofdossier een stap terug gedaan. Is dat een verstandige keuze geweest?
De minister-president
Dat was de keuze van ook dit kabinet om dat te doen. (…)
De premier antwoordt nogmaals! Wat een geduld. Nou ja, is dit een antwoord? Hij reageert alleen op de niet-gestelde vraag of het een keuze is geweest, niet of het een verstándige keuze was. Daarna gaat de conferentie verder over – alweer – de urgentie van het stikstofprobleem. Let vooral op de uitleg van het woordje ‘urgent’.
De minister-president
Ja, dit is een urgent probleem. (…) En als het urgent is, heb je ook haast.
Tja, dat krijg je als de minister-president een verlegenheidskeuze is ……..