Taal: brug of barrière? Een pleidooi voor gelijke onderwijskansen in het Koninkrijk (1)
‘Taal: Brug of barrière‘ is de titel van een boek van Juana Kibbelaar. Wij hebben toestemming van de auteur deze prikkelende tekst over onderwijstaal in de Benedenwindse eilanden als serie op Neerlandistiek te plaatsen. Het boek kan ook hier worden gedownload.
Al meer dan zeventig jaar wordt met enige regelmaat vastgesteld dat de onderwijssituatie op de ABC-eilanden zorgelijk is en dat Papiamentstalige leerlingen onvoldoende resultaten boeken vanwege het Nederlandstalige onderwijs. De strijd die al decennialang wordt gevoerd over de taal in het onderwijs komt grotendeels voort uit een beladen koloniaal verleden. Het Koninkrijk heeft halverwege de vorige eeuw een proces van dekolonisatie ingezet en zit in 2025 nog volop in het onder ogen zien van de gevolgen van het koloniale en het slavernijverleden. Ook als het gaat om de taalkwestie in het onderwijs werkt dat verleden door.
Met de ondertekening van het Statuut in 1954 namen de eilanden (destijds gezamenlijk als Nederlandse Antillen) een grote verantwoordelijkheid op zich. Want onderwijs heeft grote invloed op de ontwikkeling van een samenleving in al haar facetten, zoals sociaaleconomische ontwikkeling, politieke draagkracht, publieke dienstverlening enz. Om ‘steunend op eigen kracht, doch met de wil elkander bij te staan’ de eigen zaken autonoom te regelen is kwalitatief goed onderwijs onmisbaar. Volgens de huidige staatkundige verhoudingen (vanaf 2010) is Nederland verantwoordelijk voor het onderwijs op de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius, Saba) en voeren de CAS-landen (Curaçao, Aruba, Sint Maarten) elk hun eigen onderwijsbeleid. Niettemin delen wij in het Koninkrijk wel één gezamenlijk examen- en diplomastelsel. Het betekent dat zowel in Europees Nederland als op alle eilanden met bijvoorbeeld een havodiploma een gelijkwaardig niveau aan kennis en vaardigheden bereikt moet zijn. Als op de eilanden behaalde diploma’s niet hetzelfde waard zijn, worden rijksgenoten tweederangsburgers in hetzelfde Koninkrijk. En dat doet denken aan de oude koloniale verhoudingen. Hoe bewaak je een gezamenlijke standaard als de verantwoordelijkheden voor onderwijs verdeeld zijn?
Het Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden gaat uit van meer zelfstandigheid en zelfbestuur en beoogt gelijkwaardigheid van de verschillende partners. Nederland is groot, de eilanden piepklein. Alleen al de schaalverschillen geven de eilanden een ongelijke positie in het Koninkrijk. Maar gelijkwaardigheid is iets anders dan gelijk zijn. Eigen regie voeren op tal van bestuurlijke terreinen, als gelijkwaardige partners overleggen en gemaakte afspraken uitvoeren, wordt lastig als onderwijsniveaus aan beide kanten van de oceaan uiteenlopen. Een goed opgeleide beroepsbevolking is onontbeerlijk voor zelfredzaamheid van de eilanden, duurzame maatschappelijke en economische ontwikkeling en welvaartspreiding. Als het onderwijs onvoldoende resultaten boekt, heeft de hele samenleving daar last van. Juist op onderwijsgebied moet het Koninkrijk streven naar gelijkwaardige onderwijsniveaus. Hoe moet onderwijs eruitzien om een goed opgeleide bevolking te creëren die de autonomie kan dragen? Hoe realiseer je een gelijkwaardig werk- en denkniveau? In de daarvoor te leggen onderwijspuzzel is ‘taal’ een cruciaal puzzelstuk.
Een koloniale erfenis
Op de ABC-eilanden was en is het Papiaments de moedertaal voor de meerderheid van de bevolking. In de koloniale tijd werden het Papiaments en wie het sprak geminacht, gemarginaliseerd en vernederd. Het spreken van het Papiaments was op school zelfs verboden; slechts het Nederlands werd wenselijk geacht als onderwijstaal. Hele generaties zijn onvoldoende ondersteund om succesvol te zijn in het onderwijs en als gevolg daarvan onder meer beschadigd geraakt in hun zelfvertrouwen. De structurele achterstelling heeft diepe sporen achtergelaten. Dekolonisatie gaat mede om het veranderen van machtsverhoudingen en opheffen van structurele achterstelling. Nodig is dat de kinderen van nu wél de kansen krijgen die er vroeger niet waren. Dat Papiamentstaligen een gelijkwaardig onderwijsniveau kunnen bereiken, iedereen zijn of haar potentieel kan realiseren en dat zij hetzelfde kunnen en weten als andere rijksgenoten. Opdat zij niet alleen gelijkwaardig zijn volgens de wet, maar zich ook gelijkwaardig voelen.
Tegenwoordig is van verbod geen sprake meer en krijgen kinderen ook les in het Papiaments. Dat onrecht is gelukkig verdwenen. Het Nederlands speelt echter nog steeds een prominente rol in het onderwijs en is voor velen nog altijd een struikelblok. We zijn inmiddels vele interventies verder. Hoe kan het dat het onderwijsresultaat onvoldoende verbetert? Hoe kan het dat er decennialang eenzelfde discussie wordt gevoerd die maar niet beslecht wordt? Het korte antwoord is: het vertrekpunt van de talendiscussie moet niet zijn in welke taal er onderwijs moet worden gegeven, maar wat onderwijs moet betekenen voor een kind. Deze 16-delige serie Taal: brug of barrière? richt zich op de specifieke taak die het onderwijs heeft bij de ontwikkeling van kinderen en op knelpunten die zich daarbij voordoen op de ABC-eilanden.
Wat biedt Taal: brug of barrière?
Het onderwijsbeleid op de ABC-eilanden verschilt per eiland, per schoolbestuur en zelfs per school. Daarnaast strookt wat beleidsmatig op papier staat niet met wat er daadwerkelijk in de lespraktijk gebeurt. Taal: brug of barrière? geeft de gemene deler aan. Om de problematiek en de wisselwerking tussen talen inzichtelijk te maken wordt hier uitgegaan van de huidige rolverdeling van Papiaments en Nederlands. Vanuit het perspectief van onderwijs is zichtbaar dat beide talen van elkaar verschillende taken hebben die niet inwisselbaar zijn. Het is dus bij voorbaat geen of-of, maar een en-en verhaal. Tegenwoordig wordt in discussies vaak het Engels als alternatief voor het Nederlands geopperd. Die optie komt in een later hoofdstuk aan de orde. Want voor een juiste afweging en beoordeling van een dergelijke keuze moet eerst duidelijk zijn waar onderwijs aan moet voldoen, welke knelpunten er zijn, in welke staat het huidige onderwijs verkeert en wat er nodig is om dit om te buigen. Zonder gedegen inzicht in deze zaken is elke suggestie voor de ene of de andere taal een slag in de lucht.
Een deel van de (over het algemeen goed opgeleide) burgers gebruikt als referentiekader het eigen genoten onderwijs, de ontwikkeling die men zelf heeft doorgemaakt of die hun kinderen genieten. Als vanzelfsprekend nemen zij aan dat dergelijk onderwijs voor iedereen op dezelfde manier bestaat. Dat dit voor de grote meerderheid van de bevolking geenszins het geval is, is voor velen onbekend. Taal: brug of barrière? wil bijdragen aan meer bewustwording over dit onderwerp.
Het debat over de talen in het onderwijs is volledig vastgelopen. Om verder te komen in dit zo belangrijke onderwijsdebat is het nodig te bezien waar men van mening verschilt en waar men het wel over eens is. Er is overeenstemming over de onvoldoende onderwijsresultaten. Dat de Nederlandse taalbeheersing op de ABC-eilanden te wensen overlaat, daarover is ook iedereen het eens. Over de zorgelijkheid daarvan is weer geen overeenstemming en de gevolgen van onvoldoende Nederlandse taalbeheersing zijn onderbelicht. Wat de verschillende partijen bindt, is dat iedereen graag betere onderwijsresultaten wil. Voor de toekomst van eigen (klein)kinderen, voor de arbeidsmarkt en voor de algehele maatschappelijke ontwikkeling.
Effectieve verbetering begint met een onderwijsinhoudelijke analyse van oorzaken. Hoe komt het dat het onderwijsrendement onvoldoende is? Wat is het probleem precies? En waarom komt men niet tot elkaar? Een gedeelde visie over wat het probleem eigenlijk is, is een essentieel startpunt om gezamenlijk na te kunnen denken over oplossingen en benodigde interventies. In deze serie zal duidelijk worden dat er verschil is in de perspectieven en vertrekpunten waarmee partijen naar dit onderwerp kijken en dat niet iedereen het over hetzelfde heeft. Zonder een gedeelde visie en gezamenlijke vertrekpunten is elk onderwijsdebat zinloos. Dan zal deze discussie nog jaren voortduren zonder dat de oplossing in zicht komt.
Taal: brug of barrière? plaatst de taalproblematiek in het onderwijs binnen een bredere context: wat betekent het voor de toekomst van de leerlingen? En wat zijn maatschappelijke gevolgen van deze problematiek? Om een ander onderwijsresultaat te verkrijgen, zijn andere vragen nodig. De andere vragen in deze serie artikelen leiden tot een andere discussie dan waar decennialang over gebakkeleid is. Om de huidige onderwijssituatie te begrijpen, begint de serie met een beknopte toelichting van het verleden.
Laat een reactie achter