•• Twee gedichten uit De roes van andere oorden, de nieuwe bundel van Lief Vleugels.
Onder de vulkaan
Taormina (Sicilië) 1980
In de schaduw van het dorpsplein, waar oudjes
soezen op de bank, zo zou het moeten zijn.
Zoals hij en ik, zo onecht zijn de plaatjes.
De vulkaan slaapt, haar mond lacht vredig.
Hij heeft een arm om mijn schouder gelegd
op de tafel een glas Amaro Averna en een flesje
Stella Artois, omdat ik van wijn hou en hij
van bier, ik van hem en hij van een ander
en omgekeerd. De oude man klikt en knikt
tevreden, glimlacht naar de oude vrouw op de bank:
mio amore eterno, en dat het tijd is voor de judaskus.
Volmaakt moet het lijken voor het nageslacht.
•••
De pijn van de zee
Figueretas (Ibiza) 1981
Zoon en dochter hebben handen vol met zand
dat geen kasteel wil worden. Metafoor
voor het leven dat ik hen nog niet onttover.
Zo hult de zee zich in haar kalme mantel
wordt een spiegel voor de zon of gooit zich
bulderend op de rotsen. Tomeloze liefde
voor de maan, het aantrekken en afstoten
dat eeuwig door moet gaan. Geen mededogen
geen absolutie, zo ben ik haar zoute alter ego
moeder van wat doodgaat in haar schoot.
Lief Vleugels
uit: De roes van andere oorden (Uitgeverij P, 2024)
Abonnees van Laurens Jz Coster krijgen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
Laat een reactie achter