Zomer
De groote zomerdag staat open
En bouwt zijn weelde over de aarde,
Het malsche moes lacht in de gaarde
Bij ’t sappig groen, met dauw bedropen;
Het ruischelt in de weeke hagen,
Het gonzelt in de bloesemstruiken,
het tintelt in de groene pruiken
Der berken bij de zoete vlagen;
De kool brandt op de peerse kluiten,
De blonde brem bloeit welig tegen
De mulle hel-beschenen wegen
Met volle gele honigtuiten, —
Hef over de aarde uw aangezicht,
Over uw oogen valt het licht,
Over uw lippen stort een lied —
Levend mooi mensch geniet!
C.S. Adama van Scheltema (1877-1924)
uit: Van zon en zomer (1902)
Abonnees van Laurens Jz Coster krijgen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
101 jaar geleden nam voordrachtskunstenaar Ellen Vareno een gedicht van Adama van Scheltema op, “het geluk”, geschreven in 1909. Ik kom dat gedicht in diverse bloemlezingen en schoolboekjes tegen. Via Delpher heb ik kunnen achterhalen dat het vooral in de jaren ’10 van de 20e eeuw een vast repertoirestuk was in de voordrachtsavonden met haar man, Albert Vogel Sr. De voordracht van dit en andere gedichten van Adama van Scheltema door Vareno werd in die tijd zeer gewaardeerd, lees ik in de recensies. Hoor: https://www.youtube.com/watch?v=t8tcpD9TyoQ