Een tijdje geleden schreef ik een kritisch stuk over een wetenschappelijk onderzoek, en in de discussie die daarop volgde opperden twee mensen dat het beter was geweest om de kritiek binnenskamers te houden, of althans eerst te publiceren in hetzelfde wetenschappelijke tijdschrift waarin het oorspronkelijke artikel verschenen was. Het zou beter zijn de verschillen van mening niet zo uit te spelen voor het ‘brede publiek’.
Dat zette me aan het denken.
Het ‘brede publiek’ is een term die in het denken over wetenschapscommunicatie meestal vermeden wordt. Dat zit vooral in de term ‘publiek’, die suggereert dat er een groep mensen in het donker zit te kijken naar wat de wetenschap allemaal over het voetlicht brengt. Die wetenschap moet dan kennelijk zijn best doen om interne tegenstellingen niet al te veel naar buiten te laten komen: geen onenigheid op het podium. Eigenlijk moet je in dit soort denken eerst al je onderlinge discussies uitvechten voordat je het publiek vertelt hoe het volgens de wetenschap precies zit.
Belangrijke vraag
Het probleem hiermee is dat de meeste mensen die tot dit ‘publiek’ geacht worden te horen, helemaal geen genoegen meer nemen met een passieve rol. Zij willen serieus genomen worden, en iemand serieus nemen, betekent met ze in gesprek gaan. Communicatie gaat twee richtingen op. Maar dat betekent naar mijn smaak ook dat je onenigheid helemaal niet per se verdoezelt. Sterker nog, die onenigheid, discussie, strijd, is een belangrijk aspect van het wetenschappelijk bedrijf. Daarvan moet het publiek deelgenoot worden gemaakt om te begrijpen hoe het zit.
Ja, maar de mensen begrijpen dat niet. Die zeggen: als de wetenschappers het zelfs al niet eens zijn, dan kunnen we die hele wetenschap toch net zo goed opheffen?
Ik kan niet ontkennen dat dit laatste de reactie kan zijn, dat er een bepaald soort scepsis is die overal bovenop springt, maar we lossen dit probleem niet op door onze onenigheid te verdoezelen. Dat moment dat we het over de echt belangrijke vragen (en ik denk dat het door mij behandelde artikel in ieder geval ten dele ging over een echt belangrijke vraag) komt waarschijnlijk voorlopig niet.
Het volle licht
Het is in sommige wetenschappen niet ongebruikelijk: natuurkundigen schrijven al decennia publieksboeken waarin ze steen en been klagen over de zo populaire snaartheorie, in de psychologie zijn jarenlang allerlei belangrijke methodologische strijdpunten uitgestreden op weblogs – een veel beter medium voor wetenschappelijke discussie dan het wetenschappelijke tijdschrift, bijvoorbeeld omdat de discussie er sneller kan verlopen. Zijn de collega’s die voor de natuurkundigen en de psychologen tot ‘het publiek’ horen nu ook afkerig geworden van de natuurkunde en de psychologie? Natuurlijk niet, je kunt juist enorm veel leren over die andere vakken door de discussies te volgen.
Zijn er dan geen grenzen? Ik zou denk ik niet snel een petitie beginnen tegen iemands onderzoek, maar dat is meer omdat dit nu eenmaal geen zaken zijn van meerderheden, maar van de kracht van argumenten. En die kunnen uiteindelijk door iedereen worden aangedragen.
Het betekent niet dat je voortdurend moet schrijven over slecht onderzoek. Maar de liefde voor een vak kan ook gedeeld worden door uit te leggen wat géén goed onderzoek is. En dat delen hoeft niet met een publiek dat in het duister zit, dat kan ook gewoon in het volle licht met onze medemensen.

Geweldig, dat vind ik een heel goede zaak, openheid, vertrouwen, moet lukken: ‘En dat delen hoeft niet met een publiek dat in het duister zit, dat kan ook gewoon in het volle licht met onze medemensen.’
Ja, want wat heb je toch steeds te verbergen…..?
Wie mee wil doen doet mee, zoals ik….haha….
De onderzoekster waar je een tijdje geleden kritisch over schreef is iemand die zelf ook voortdurend de publiciteit zoekt, dat is een aspect van de zaak dat je ook kunt laten meewegen. Je actie, om je kritiek op haar onderzoek met het brede publiek te delen, was prima en goed te verdedigen.
Je kunt het natuurlijk niet eens zijn. Wat hoffelijker en passender was geweest is om wel uit te leggen dat het om onderzoek met verschillende doelen gaat. Suggereren dat peer review niet gewerkt heeft, terwijl de peer review andere criteria heeft gebruikt, omdat het om onderzoek met andere doelen gaat vond ik zeer onprettig en ik ben niet het enige redactielid dat dit vindt. We hielden die reacties tot nu toe binen de app en de mail maar nu doen toch maar hier. De kern van ons betoog was: je kunt het op tenminste twee manieren niet met elkaar eens zijn: 1) je bent het eens over doelen van onderzoek en de beste methode om dat onderzoek uit te voeren maar vindt de uitvoering slecht en 2) je bent het oneens over doelen en de beste methode en vindt daarom de uitvoering ook slecht. Ik denk hier dat variant 2 is gepresenteerd als variant 1 en dat maakt het naar. Er wordt de suggestie gewekt dat er sprake is van vals spelen en slecht onderzoek, terwijl het in feite om zeer gewaardeerd onderzoek gaat dat zorgvuldig is uitgevoerd. Er zijn andere vragen gesteld dan jij zou stellen en over de aard van die vragen kun je debatteren, maar zeggen dat het niet goed is uitgevoerd is oneerlijk en schaadt iemand onnodig. Ik had het ook sympathie gevonden als duidelijk was gemaakt dat de onderzoeker niet alleen staat, maar veel steun heeft in binnen- en buitenland.
Bij het eerste stuk had ik collega’s gevraagd wat ze dachten, een stukje uit een reactie: Ik begrijp de impuls van MvO wel om kritische vragen te stellen over bij hij ziet als enkel de “herbenaming” van bekende fenomenen met nieuwe fancy termen (ken ik ook uit de literatuur- en cultuurwetenschap). Maar hier ligt het toch anders, denk ik: LC wil een nieuw perspectief introduceren dat de nadruk legt op semiotiek als wisselwerking van verschillende actoren (het gaat helemaal niet om de vraag of koeien ‘taal’ hebben). Dat is niet “contextsloos”, zoals MvO beweert, maar ze kijkt wel naar een andere context (niet evolutionair maar materieel-semiotisch, dus met aandacht voor leefomgeving van de koeien etc.). Ik heb ook de indruk dat zij een definitie van betekenis hanteert (gebaseerd op ‘indexicality’) die ingaat tegen het verschil van doelgericht, aangeleerd en instinctief gedrag dat MvO steeds wil maken.
Inderdaad kreeg ik het soort reacties waarover ik schrijf ook bij het stuk dat jij bedoelt, maar dat is slechts een voorbeeld. Ik bedoelde in ieder geval niet jouw reactie van een paar maanden geleden, eigenlijk heb ik inhoudelijke reacties het liefst en dit kwam in die richting. Maar er waren toen ook mensen die zeiden dat je überhaupt niet mag discussiëren in het openbaar, die kennelijk meenden dat wetenschapsvoorlichting altijd positief moet zijn en dat onenigheid in de vakbladen moet worden uitgevochten, enfin, daar schrijf ik hierboven over. Over die discussie gaat dit, net als over een aantal andere gevallen waarbij ik betrokken ben geweest, vooral als redacteur.
Het was nu niet mijn bedoeling om de inhoudelijke discussie over het stuk waar jij op doelt te heropenen, of in ieder geval niet hier. Dat kan bijvoorbeeld in het reactiepaneel onder het oorspronkelijke stuk waar jij op doelt, als je deze reactie daar herplaatst, zal ik er op reageren.