Het is altijd interessant om dichters te lezen over het dichten, vooral als het dichters zijn die net zo goed kunnen lezen als schrijven: dichters die net zo gemakkelijk kunnen uitleggen hoe ze zelf te werk gaan als zien wat anderen doen, en waarom. Dichters zoals Jan Kuijper. In de loop van zijn leven heeft Kuijper niet heel veel essays geschreven, maar heel veel daarvan … [Lees meer...] overEen masterclass gedichten lezen
metriek
Verschenen: Antimetrieën: verspreide opstellen van Jan Kuijper
Bij Uitgeverij Flanor is Antimetrieën verschenen, een collectie verspreide opstellen van Jan Kuijper. Deze uitgave bevat essays die Kuijper tussen 1974 en 2023 heeft gepubliceerd: ruim dertig opstellen over poëzie in de ruime zin van het woord. Kuijper bespreekt werk van onder meer de dichters Gerrit Achterberg, Adwaita (Dèr Mouw), Rein Bloem, Herman Gorter, Gerrit … [Lees meer...] overVerschenen: Antimetrieën: verspreide opstellen van Jan Kuijper
Trocheeën gaan over de liefde, jamben over godsdienst
Heel verrassend zijn de resultaten misschien niet, van een onderzoek dat een groep Europese onderzoekers – waaronder de neerlandica Alie Lassche – vorige week publiceerden. Ze vonden dat bepaalde vormen in gedichten overeenkwamen met de betekenis van die gedichten. Maar de methoden waarmee ze tot die bevindingen kwamen zijn wel interessant. De dichters richtten zich op de … [Lees meer...] overTrocheeën gaan over de liefde, jamben over godsdienst
Helpen versjes de woordenschat?
Wat is het nut van kinderrijmpjes? Dat is geen neoliberale vraag maar een evolutionaire: in allerlei culturen, misschien wel in alle culturen, zingen ouders liedjes voor hun kinderen en zeggen ze versjes op. Dat moet een verklaring hebben. Wat is die? Je zou kunnen denken dat het kinderen helpt met de ingewikkelde taak waar ze voor staan: hun moedertaal leren. Gedichtjes en … [Lees meer...] overHelpen versjes de woordenschat?
Leven van St. Lutgart van Willem van Affligem
Geschiedenis van het Nederlands in 100 literaire werken (11) Lutgardis van Tongeren (1182 – 1246) was een belangrijke dertiende-eeuwse mystica en non. Haar leven werd al vrij snel na haar dood in het Latijn beschreven door de dominicaan Thomas van Cantimpré. De Nederlandse bewerking is mogelijk eveneens van een zeer geleerde monnik Willem van Affligem (1220-1297): zijn … [Lees meer...] overLeven van St. Lutgart van Willem van Affligem
Krijg de amfibrach
De schrijver Gerard Reve verkondigde de theorie dat de bese schrijversnamen bestaan uit twee beklemtoonde lettergrepen die ieder gevolgd worden door een onbeklemtoonde: Multatuli, Hella Haasse, Gerard Reve, Stijn De Paepe. Zulke namen zou je beter kunnen onthouden. Je noemt zo’n versvoet van een beklemtoonde en een onbeklemtoonde lettergreep in de klassieke versleer … [Lees meer...] overKrijg de amfibrach
Docentontwikkelteam: Rijm en ritme in taal – meld je nu aan!
Rijm en ritme zijn in het (literatuur)onderwijs vaak ondergeschoven kindjes – het blijft vaak wat saaie, noodzakelijke techniek van rijmschema’s en versvoeten. Terwijl er zoveel over te zeggen, te vragen en te onderzoeken is; terwijl je zoveel kunt leren over taal en over literatuur door aan de slag te gaan met de klank van taal. Waar komen rijm en ritme precies … [Lees meer...] overDocentontwikkelteam: Rijm en ritme in taal – meld je nu aan!
Hoe modern was de jambe?
Zoals alle geschiedenis wordt ook de literatuurgeschiedenis graag opgevat als een serie periodes: eerst deden de dichters dit, toen stond er een nieuwe generatie op en die zette zich af tegen dit en deed daarom dat, totdat er weer een nieuwe generatie angry young men kwam met zus, een generatie later gevolgd door zo. Eric Weiskott is een Amerikaanse letterkundige die zich … [Lees meer...] overHoe modern was de jambe?
De nieuwe jamben van Bas Belleman
Door Marc van Oostendorp In De Standaard droomde Bart Van Loo eergisteren over een wereld waarin meer academici 'leesbare boeken' zouden schrijven. Wat hij daarbij niet vermeldde: dat de meeste uitgevers van 'leesbare' boeken van academici en anderen, er met de pet naar gooien. De interessante nieuwe vertaling van de sonnetten van Shakespeare van Bas Belleman worden … [Lees meer...] overDe nieuwe jamben van Bas Belleman
Nu en straks in tweeën
Dichter des Vaderlands (12) Door Marc van Oostendorp Dat het gedicht Nu en straks van Dichter des Vaderlands Tsead Bruinja klassiek mag heten, is niet alleen doordat het veertien regels telt, of doordat de woordgroepen 'in het nieuwe straks' en 'in het nieuwe nu', telkens vooropgeplaatst in een zin, het gedicht verder structureren. Het heeft ook met ritme te maken. … [Lees meer...] overNu en straks in tweeën
Proza is geen poëzie
"Horen wij, Monsieur, niet zorgvuldig alexandrijnen te vermijden als we proza schrijven?" vraagt een personage in Sartres roman Walging. Hij drukt daarmee een eigenaardig principe uit dat al duizenden jaren een rol lijkt te spelen in het literaire proza: dat een prozaschrijver nadrukkelijk probeert om géén poëtische middelen in te zetten. Goed proza heeft misschien een ritme, … [Lees meer...] overProza is geen poëzie
Rijmverdoezeling
Simon Vestdijk was niet alleen medicus, dichter, romanschrijver, essayist en wat niet al, maar in zijn vrije tijd waarschijnlijk ook de belangrijkste theoreticus van het Nederlandse vers die we ooit gehad hebben. Zijn boek De glanzende kiemcel (DBNL) werd niet voor niets decennia als studieboek gebruikt bij de opleiding Nederlands. Hij ging daarbij te werk als een echte … [Lees meer...] overRijmverdoezeling
Wat was de voornaam van Anne Frank?
Door Marc van Oostendorp Als men 's nachts de vliegers hoort Niemand dat bijzonder stoort Buiten Anne, de Benjamin De jongste telg van het gezin. En schiet ook nog de Bullerjaan Is het met onze Anne gedaan. Als medicijn niet levertraan Maar wel geschikt, Valeriaan. De voorraad slinkt, Sint snelt te hulp en heeft hem weder aangevuld. Dit Sinterklaasgedichtje, in 1943 … [Lees meer...] overWat was de voornaam van Anne Frank?
Wanneer begon goden te rijmen op doden?
Door Marc van Oostendorp Ooit is het Nederlands verschil gaan maken tussen de klinker in dak en de klinker in daken: het enkelvoud heeft een korte klinker, en het meervoud de corresponderende lange. Datzelfde geldt ook voor rad-raden, hol-holen, en een groot aantal andere woorden, zij het natuurlijk niet voor allemaal: bal-ballen behoudt een korte klinker, taak-taken een … [Lees meer...] overWanneer begon goden te rijmen op doden?
Tamtada in het bos
Door Marc van Oostendorp Korte beschouwing over vertalingen van de Bucolica van Piet Schrijvers vanuit de bossen bij Bilthoven. (Bekijk deze video op YouTube.) … [Lees meer...] overTamtada in het bos
Amsterdam, 4 mei 2018: Workshop Cognition and Verse
On the occasion of the defence of Varun DeCastro-Arrazola Amsterdam, Meertens Instituut, May 4, 2018 Time: 10:00 - 13:30 Place: Meertens Institute (Oudezijds Achterburgwal 185, Amsterdam), room 2.18 Program: … [Lees meer...] overAmsterdam, 4 mei 2018: Workshop Cognition and Verse
Wat we van drs. P kunnen leren over de dactylus
Door Marc van Oostendorp De dactylus! Het is de oudste vorm van de westerse poëzie, want Homerus schreef er in. In zijn geval, en dat van zijn talrijke navolgers in de klassieke oudheid, ging het om een opeenvolging van een lange lettergreep gevolgd door twee korte (de eigenlijke dactylus), of van twee lange lettergrepen (de spondee). Ik ben de beroerdste niet, dus ik … [Lees meer...] overWat we van drs. P kunnen leren over de dactylus
Ilja Leonard Pfeijffer als ontwerper van de Mocaanse lettergreep
De taal van Ilja Leonard Pfeijffer (47) Door Marc van Oostendorp In Brieven uit Genua bericht Ilja Leonard Pfeijffer hoe hij in zijn jeugd een eigen land bedacht, Mocanië, met een eigen taal, het Mocaans. En hoe land en taal natuurlijk een eigen heldendicht nodig hadden: Ik ontwierp een stichische, heterogene, zesvoetige versvorm van een trochee, een dactylus en een trochee … [Lees meer...] overIlja Leonard Pfeijffer als ontwerper van de Mocaanse lettergreep
Wanneer het lichaam ginds hoog in een boom zal hangen
Een geschiedenis van het Nederlands in 196 sonnetten (154) Het Nederlandse sonnet bestaat 452 jaar. Hoe is het de taal in die tijd vergaan? Door Marc van Oostendorp Toen ik mijn eenge zoon op Gods gebod ging slachten liet hij het blinkend mes plots uit mijn handen slaan; wat zal hij doen, mijn vriend, als zij U villen gaan en krijgt gij wel den tijd die engel af te … [Lees meer...] overWanneer het lichaam ginds hoog in een boom zal hangen
Ilja Leonard Pfeijffer als plezierdichter
De taal van Ilja Leonard Pfeijffer (39) Door Marc van Oostendorp "Ik zou je adviseren", schreef Ilja Leonard Pfeijffer over het light verse in Hoe word ik een beroemd schrijver, "om je verre te houden van dit genre, misschien afgezien van een verjaardagskaart voor je schoonmoeder of het gastenboek van het huwelijk van je ex.” De plezierdichter was "zoals een goochelaar of een … [Lees meer...] overIlja Leonard Pfeijffer als plezierdichter
Een gulp van den kostbaren levenswijn
Een geschiedenis van het Nederlands in 196 sonnetten (139) Het Nederlandse sonnet bestaat 452 jaar. Hoe is het de taal in die tijd vergaan? Door Marc van Oostendorp Begeerlijkheid, 't willen proeve' alle dingen, dat is nu een van de erge gevaren : de machtigste onder de belemmeringen die versperren de weg naar 't leven, 't ware. Een gulp van den kostbaren … [Lees meer...] overEen gulp van den kostbaren levenswijn
Ilja Leonard Pfeijffer als kiezer tussen zij en ze
De taal van Ilja Leonard Pfeijffer (29) Door Marc van Oostendorp Het Nederlands heeft voor de derde persoon vrouwelijk twee persoonlijk voornaamwoorden: zij en ze. De eerste gebruik je bijvoorbeeld om contrast uit te drukken. In de zin 'hij was heel moe maar zij wilde nog een stukje verder lopen' zou ze raar zijn. De vorm ze gebruik je juist als je verwijst naar iemand … [Lees meer...] overIlja Leonard Pfeijffer als kiezer tussen zij en ze
Ilja Leonard Pfeijffer als jambicus
De taal van Ilja Leonard Pfeijffer (10) Door Marc van Oostendorp Alexandrijnen zijn de meest Nederlandse versvorm die er bestaat. 'Het hemelsche gerecht heeft zich ten lange leste' van Vondel (de eerste regel van diens toneelstuk Gijsbrecht van Aemstel) is een bekend voorbeeld. Ze bestaan uit zes eenheden van een onbeklemtoonde en dan een beklemtoonde lettergreep, … [Lees meer...] overIlja Leonard Pfeijffer als jambicus
Een puzzel die niet klopte
Door Marc van Oostendorp Op de terecht alom bejubelde Facebook-pagina Leraar Nederlands ging het onlangs over een gedicht van Ingmar Heytze. Wat voor metrum wordt er in dat gedicht eigenlijk gebruikt? Madelief, je was een puzzel die niet klopte, onbestaanbaar DNA. Links en rechts ontbrak de adem, ruggengraat verkeerd bezorgd. Er viel geen leven van te maken. Toch werd … [Lees meer...] overEen puzzel die niet klopte
Het laatste restje poëtische vorm
Door Marc van Oostendorp Wat maakt een gedicht tot een gedicht? Misschien, zegt de Britse hoogleraar Richard Andrews in zijn nieuwe boek A Prosody of Free Verse, dat het uit regels bestaat. Zoals de titel van het boek al zegt, gaat het Andrews vooral om het vrije vers. Daarin vind je per definitie geen vast aantal lettergrepen en geen regelmatige afwisseling van beklemtoonde … [Lees meer...] overHet laatste restje poëtische vorm