De ideologie van het ouderlijk huis wordt helemaal verzwegen in De avonden en een paar andere zaken bijna helemaal. Het boek speelt zich af in de decembermaand van 1946. De Tweede Wereldoorlog komt een paar keer langs: op de schoolreünie is het lot van een leerling even het onderwerp van gesprek, in het vierde hoofdstuk stelt Frits een tactloze vraag en wordt een anekdote … [Lees meer...] overAlles uit de kast
stijl
Romantische ironie & camp
Romantische ironie Ook door anderen is Reves ontwikkeling na De avonden in een romantische traditie geplaatst en dan spelen stijl en vormgeving wel een belangrijke rol. Het meest nadrukkelijk gebeurde het door Sjaak Hubregtse die een aantal malen bepleitte dat vooral het proza in de brievenboeken gezien moet worden als een manifestatie van romantische ironie. In … [Lees meer...] overRomantische ironie & camp
Niemand thuis (dacht ik)
40 jaar tandeloos (69) Waarom zet een romanschrijver mededelingen tussen haakjes? Over het algemeen heb je minstens twee alternatieven: komma's en gedachtestreepjes. Neem de volgende (willekeurig gekozen) zin uit Stemvorken: Op een dag, niemand thuis (dacht ik), knielde ik op de overloop voor onze eigen deur neer. De schrijver zou hier ook hebben kunnen … [Lees meer...] overNiemand thuis (dacht ik)
Stilte, geen stem
Voor helemaal gratis mocht ik digitaal een hoofdstuk lezen uit een boek dat genomineerd is voor de NS-publieksprijs 2023. Dat leek me een goede gelegenheid om eens te kijken of Arthur Japin zich inmiddels ontwikkeld heeft tot een auteur waar ook ik van zou kunnen genieten; andere genomineerden trokken me nog minder aan. Sinds ik lang, lang geleden De klank van … [Lees meer...] overStilte, geen stem
Ik snap het wel, maar het staat er niet
In hoofdstuk 16 van Tommy Wieringa's Nirwana (e-boek-uitgave, naar de eerste druk) lees ik: Een l-vormige gaanderij met een arcadeboog omsloot het zwembad half [...]. Ik denk dat die gaanderij in (fictionele) werkelijkheid L-vormig is. Maar dan nog vraag ik me af wat 'een gaanderij met een arcadeboog' is. Een beetje gaanderij van allure, bij een … [Lees meer...] overIk snap het wel, maar het staat er niet
Laat maar komen die mevrouw Suwijn
40 jaar tandeloos (62) Hoe geef je de gedachten van een personage weer? Dat kan in de vorm van directe rede: je schrijft een zin op, en zegt dat de persoon waarover je schrijft dat dacht. Hier is een voorbeeld uit Advocaat van de hanen. Terwijl hij daar op de stoep stond te huilen, half blind van pijn en zwelling en tranen, stond opeens de kruideniersvrouw voor hem … [Lees meer...] overLaat maar komen die mevrouw Suwijn
Een lyrisch register
Frits en de registers van de wereld (slot) In het slothoofdstuk, dat drie keer zo lang is als het kortste hoofdstuk, komen, zoals het hoort, alle lijnen samen. Frits loopt na zijn werk naar huis. Conform zijn poëtica probeert hij zo precies mogelijk de weersomstandigheden te beschrijven: ‘Heerlijk,’ zei hij zacht, over het water van de grachten ziend, … [Lees meer...] overEen lyrisch register
Dat heel gekke van toen
Frits en de registers van de wereld (6) De avonden is niet alleen van dag tot dag geconstrueerd, volgens het strenge regiem van de tien hoofdstukken, maar niet minder via overeenkomsten, contrasten en kleine of voorlopige climaxen. De verteller volgt het bewustzijn van Frits en geeft noodzakelijke informatie, maar is daarin zo specifiek dat de lezer allerlei gedachten … [Lees meer...] overDat heel gekke van toen
Lucht en leegte
Frits en de registers van de wereld (5) Geen kerstboom was er in Frits’ jeugd, maar wat was er wel? Met de in De avonden niet genoemde schrijver van De kleine zenuwlijder/neurasthenicus en een ongelezen casus ben ik al een grens overgegaan. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat het religieuze register waarvan Frits, naarmate het boek … [Lees meer...] overLucht en leegte
‘Eens in de paar maanden je goed bezatten, dat is zelfs gezond, zeggen de moderne medici’
Frits en de registers van de wereld (4) De tweede dag is een maandag en dus een werkdag voor Frits; het tweede hoofdstuk begint wanneer hij naar huis fietst. Op de fiets beeldt hij zich zijn dood en vier ziektes in; thuis voert hij een moeizaam gesprek met een enigszins dove vader. Wat in dit hoofdstuk een paar keer terugkomt, is het register van de middenstand. Wanneer … [Lees meer...] over‘Eens in de paar maanden je goed bezatten, dat is zelfs gezond, zeggen de moderne medici’
Frits en de registers van de wereld (2)
Het eerste register waarmee Frits zich ziet geconfronteerd, is meteen het minst gebonden aan het menselijke. ‘Het is voor kwart voor zes,’ mompelde hij. Hij interpreteert wat er te zien is op zijn horloge, maar voor de opeenvolging van tijdstippen is de mens niet nodig. Het geldt ook voor avonden en winters – de fenomenen waarmee de lezer al op de kaft wordt … [Lees meer...] overFrits en de registers van de wereld (2)
Frits en de registers van de wereld (1)
De avonden; een winterverhaal heeft die beroemde eerste zin: Het was nog donker, toen in de vroege morgen van de tweeëntwintigste december 1946 in onze stad, op de eerste verdieping van het huis Schilderskade 66, de held van deze geschiedenis, Frits van Egters, ontwaakte. Zeer concrete details: datum en jaar en een precies adres. Dat het de eerste verdieping … [Lees meer...] overFrits en de registers van de wereld (1)
De kracht van de Reves formuleringen
Het weer van alle mensen (2) Bij Reve zet het weer van alle mensen een associatieve machinerie in werking. Een beknepen, okeren licht en een windvlaag die tezamen een effect hebben op de psyche: het weer dat aan alle mensen wordt toegeschreven en door iedereen zou worden ervaren, krijgt bij de bedenker van de formule een hoogstpersoonlijke betekenis. ‘Alle mensen’ denken … [Lees meer...] overDe kracht van de Reves formuleringen
Het weer van alle mensen (1)
Erg vrolijk is het niet. Het is ‘typisch Nederlands grijs weer’ volgens een lexicograaf die het Reves ‘bekendste uitdrukking’ noemt en volgens een taalkundige in een overzicht van de ontwikkeling van het Nederlands sinds 57 v. Chr.; een letterkundige verbindt het met herfstnevels die een atmosfeer van ledigheid en verveling oproepen; een … [Lees meer...] overHet weer van alle mensen (1)
Een abolitionistische politiek?
Door de vervroegde verkiezingen ondergaat de Nederlandse politiek een wisseling van de wacht. Zou dat ook gevolgen hebben voor taal? Over haar latrelatie met Mark Rutte bestaat al een studie. Wat er in een kwarteeuw de mond van uittredend kamerlid Kees van der Staaij heeft verlaten, verdient zelfs boekdelen. Systematisch onderzoek naar de grammatica van socialemediatirades … [Lees meer...] overEen abolitionistische politiek?
‘Voor Rubiales’ carrière als bondsbons is hij een modale verdediger’
Aldus Dylan van Bekkum in een Profiel-stuk in de Volkskrant van 29 augustus 2023 op pagina zeven. Deze zin lijkt me grammaticaal en syntactisch helemaal in orde. Ook de spelling is goed, de typografie, het ritme. De (niet volledige) klankherhaling in 'voor', 'bondsbons en 'modale' is niet nuttig maar wel leuk in de krant. Maar ik moest de zin tweemaal lezen eer ze een plekje … [Lees meer...] over‘Voor Rubiales’ carrière als bondsbons is hij een modale verdediger’
Humor, schelden en Nederlandse taalkunde
Onder de motorkap van Carmiggelt (xv) De tweede naamval vrouwelijk enkelvoud combineren we met der en niet met des (dat mannelijk of onzijdig is). De Nederlandse taal is soms behelpen! Dat merkt Carmiggelt op bij de vertaling van one womanshop maar ook in het tweede stuk van het verhaal Een lange hete zomer dat hij opent … [Lees meer...] overHumor, schelden en Nederlandse taalkunde
Aanmeren bij zuurpoezen
Onder de motorkap van Carmiggelt (xii) In Vroeger kon je lachen volgen enkele verhaaltjes van een vakantie in Zwitserland elkaar op. Met de volle bus gaat het in de hitte van Ascona naar Luino in Italië. Gauw de bovenraampjes open om verkoeling te krijgen! Maar ze “moeten spoedig worden gesloten op Duitse last van een oud wijf met een nijdig profiel en een … [Lees meer...] overAanmeren bij zuurpoezen
Een ragfijn soort Nederlands
Onder de motorkap van Carmiggelt (ii) Wie beide levensverhalen heeft gelezen – zie de vorige aflevering – weet van alles van Simon Johannes Carmiggelt (1913-1987). Opvallender is, dat er in geen van beide levensverhalen erg veel over de talige kant van Carmiggelt geschreven wordt. Dat is vooral bij het boek van Van Gelder opmerkelijk, omdat de lezer bij hem al snel het … [Lees meer...] overEen ragfijn soort Nederlands
Nog weer eens stijl, nogmaals beeldspraak (II)
Nu ik Niets is gelogen (2019) van Sacha Bronwasser aan het herlezen ben (omdat de roman nogal intrigerend is qua thema en vertelling), zie ik dat ik bij de eerste lezing waarschijnlijk niet zomaar over een vergelijking struikelde, maar dat dat mede gebeurde doordat er vlak daarvoor al een vreemde beeldspraak staat; daar had ik overheen gelezen, nieuwsgierig … [Lees meer...] overNog weer eens stijl, nogmaals beeldspraak (II)
Nog weer eens stijl, nu een vergelijking
Begonnen aan Niets is gelogen (e-boek, Ambo-Anthos, 2019), het debuut van Sascha Bronwasser, omdat haar tweede roman, Luister (2022), me goed was bevallen. En ik had weer nood aan iets goeds, want na bladzijdenlanggerekt gapen was ik in slaap gesukkeld bij het boekenweekgeschenk van 2023, De eerlijke vinder, waarin Lise Spit een negen- of tien-jarig … [Lees meer...] overNog weer eens stijl, nu een vergelijking
Hap-snap
Ik ben inmiddels bijna tweehonderd bladzijden lang verdiept, nou ja: serieus aan het lezen in de tweede, vermeerderde druk van Een pic-nic in proza (1900), een bloemlezing – ingeleid (en naar ik aanneem ook samengesteld) door iemand die zich ‘Dr. B.’ noemt, en die waarschijnlijk F. Buitenrust Hettema is – van proza uit de Nieuwe gids, na de eerste druk … [Lees meer...] overHap-snap
Heb jij Knorrende beesten zien liggen?
De boektitel is in opmars. Vorig jaar werd de eerste Granate Prijs voor de beste titel van een dichtbundel gewonnen door Alles wat ik vergeet is mooi meegenomen van Hava Güveli. Nu is er ook wetenschappelijke aandacht, in het tijdschrift Language and Literature. Nooit eerder, schrijven de auteurs van dat nieuwe artikel, twee onderzoekers van de universiteit van Birmingham, … [Lees meer...] overHeb jij Knorrende beesten zien liggen?
Redactieslakjes
De eerste helft van Was, de debuutroman van Jilt Jorritsma (Lebowski, 2021), wist me zeker te boeien, en die is ook heel goed qua taalgebruik, naar mijn idee. In de tweede helft verslapte mijn aandacht voor het verhaal enigszins, en vielen me enkele oneffenheden in de tekst op, die in een tweede druk wellicht gecorrigeerd kunnen worden. Wyrd zet zijn zaag in een van de … [Lees meer...] overRedactieslakjes
Hoe noordelijk schreef Willem Frederik Hermans?
Hermans moet zich geërgerd hebben aan de hoeveelheid Engels in het dagelijkse leven, in het midden van de jaren ‘70. Toen al! Maar ook nieuwer, eigentijds Nederlands trof hem blijkbaar, zoals bijvoorbeeld het gebruik van ergens (dat vage en nuancerende woordje in de betekenis ‘in zeker opzicht’) (zie bv. bladzijde 149 en 154 van Onder … [Lees meer...] overHoe noordelijk schreef Willem Frederik Hermans?