• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Een nieuw soort Tante Betje

8 maart 2012 door Marc van Oostendorp 7 Reacties

Het was gisterenmiddag een klein foutje op de website van NRC Handelsblad — een foutje dat bovendien na een paar uur alweer hersteld was:

1.- Het Noorse openbaar ministerie klaagde de 33-jarige massamoordenaar vandaag formeel aan, maar verdwijnt waarschijnlijk niet achter de tralies.

Die zin suggereert dat het Noorse openbaar ministerie niet naar de gevangenis hoeft. Een verschrijvinkje, kun je zeggen, maar er is meer aan de hand. Dat blijkt alleen al uit het feit dat het de meeste lezers helemaal niet meteen opgevallen zal zijn dat er iets mis was met die zin, dat hij daar een paar uur op de voorpagina van de website van de krant heeft kunnen staan.

Het is denk ik een nog niet benoemde variant van de zogenoemde tantebetjeconstructie die hier besproken wordt door de Taaladviesdienst van Onze Taal aan de hand van het volgende voorbeeld:

2.- Volgende maand gaan we verhuizen en moeten nu alvast een nieuw bed uitzoeken.

In de uitleg meent de Taaladviesdienst dat dit alleen een Tante Betje is omdat volgende maand en nu elkaar tegenspreken, maar ook zonder tegenspraak is die zin geen voorbeeld van verzengend proza:

3.- Volgende maand gaan we verhuizen en moeten een nieuwe baan zoeken. [raar]

Het knarst in deze zin: in de tweede deelzin is een onderwerp weggelaten, en dat weggelaten onderwerp moet na het werkwoord hebben gestaan, vanwege de parallellie met gaan we. Maar normaal gesproken kun je alleen dingen weglaten aan het begin van een zin: wel ‘Die kleren brengen we naar boven en strijkt onze trouwe bediende dan’, maar niet ‘… en onze trouwe bediende strijkt dan’.

Zin 3 wordt bovendien gevoelsmatig nog raarder als je tussen en en moeten een tijdsbepaling invoegt:

4.- Volgende maand gaan we verhuizen en dan moeten een nieuwe baan zoeken. [uitgesloten]

Zin 3 klinkt raar, maar kunnen mensen al dan niet bij vergissing nog wel maken, de bij zin 4 is het taalsysteem in elkaar gestort. (Taalkundigen hebben zich over deze kwestie al het hoofd gebroken, vooral voor het Duits. Zie bijvoorbeeld dit artikel van Craig Thiersch. Schrik niet: dit artikel bevat een heleboel jargon.)

Kennelijk is er een ingewikkeld systeem van regels en subregels die het min of meer mogelijk maken om in het tweede stuk van een met en (of maar of want) samengestelde zin het onderwerp weg te laten:

– Als wat je weglaat in de tweede deelzin overeenkomt met het eerste zinsdeel van de eerste deelzin, is er niets aan de hand (‘We gaan verhuizen en moeten een nieuwe baan zoeken’).
– Als wat je weglaat in de tweede zin het onderwerp is van de eerste zin, en er in de tweede zin niets voor het werkwoord staat, is de zin een beetje raar. (Zoals zin 3.)
– Als wat je weglaat in de tweede zin het onderwerp is van de eerste zin, en er in de tweede zin wél iets voor het werkwoord staat, is de zin zo raar dat je je nauwelijks kunt voorstellen dat iemand zoiets zegt. (Zoals zin 4.)

De NRC-zin (zin 1, weet u nog wel) lijkt een beetje op de halfrare zin 3. Alleen is het onderwerp van de tweede deelzin hetzelfde als het lijdend voorwerp van de eerste, in plaats dat ze allebei het onderwerp zijn.

Een kleine verschrijving van NRC Handelsblad? Het zou wel eens het begin kunnen zijn van een nieuw type Tante Betje: iets wat door schoolmeesters fout gerekend wordt, maar mensen toch geregeld schrijven en zeggen. Terwijl de beperkingen blijven gelden: je kunt je ook in de nieuwe constructie niet voorstellen dat de schrijver de zin had laten staan als er iets voor ‘en’ gestaan had:

5.- Het Noorse openbaar ministerie klaagde de 33-jarige massamoordenaar vandaag formeel aan, maar waarschijnlijk verdwijnt niet achter de tralies. [onmogelijk]

Het wonderlijkste van dit alles is misschien nog dat je tussen al die rare, ‘ongrammaticale’ zinnen toch nog verschillen voelt: de ene is nog net wat raarder dan de andere. Zin 1 is veel bezoekers van de website van de NRC waarschijnlijk niet opgevallen; maar de variant in 5 zou zelfs vluchtig overlezen door de auteur niet hebben doorstaan.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: grammatica

Lees Interacties

Reacties

  1. Eetschrijver zegt

    8 maart 2012 om 08:33

    "iets wat door schoolmeesters fout gerekend wordt, maar mensen toch geregeld schrijven en zeggen".

    Ehhh…

    Beantwoorden
  2. Marc van Oostendorp zegt

    8 maart 2012 om 08:36

    Precies!

    Beantwoorden
  3. Willem-Jan Tanck zegt

    8 maart 2012 om 10:04

    Hoe kun je nou geloofwaardig over taalfouten schrijven als je telkens zelf blundert? "Kennelijk is er een ingewikkeld systeem van regels en subregels die het min of meer mogelijk maakt…"

    Beantwoorden
  4. Marc van Oostendorp zegt

    8 maart 2012 om 10:37

    Beste meneer Tanck, ik geloof niet dat u ook maar iets van begrijpt van wat ik over die 'taalfouten' schrijf. Dat is niet erg: het Internet is heel groot. U kunt ook elders uw vertier zoeken. Dat lijkt me voor uw gemoedsrust beter. Als u de rest van het Internet uit hebt, kunt u natuurlijk altijd weer terugkomen en nog eens zo'n humeurig commentaar achterlaten.
    Marc van Oostendorp

    Beantwoorden
  5. Willem-Jan Tanck zegt

    8 maart 2012 om 21:59

    Ondanks de afleidingsmanoeuvre met het ontwijkende en kinderachtige antwoord zie ik dat de fout hersteld is. Het is me inderdaad niet duidelijk geworden waarover u schrijft doordat ik voor de tweede maal in successie halverwege afhaakte vanwege een taalblunder. Ik vind uw reactie toch net iets humeuriger dan mijn kritiek. Gegroet.

    Beantwoorden
  6. Joop Kiefte zegt

    11 maart 2012 om 13:54

    Zin 3 klinkt raar, maar kunnen mensen al dan niet bij vergissing nog wel maken, de bij zin 4 is het taalsysteem in elkaar gestort.

    klinkt ook raar ;).

    Beantwoorden
  7. Joop Kiefte zegt

    11 maart 2012 om 14:00

    Marc van Oostendorp bestudeert het verschijnen van taalfouten als een vorm van taalontwikkeling, als zodanig is het voor hem geen doodzonde om die fouten te maken, het is voornamelijk interessant en van onschatbare waarde om taalontwikkeling te kunnen bestuderen. Dat kan je volgens mij gemakkelijk uit het artikel halen, en uit het complete werk van Marc. Vandaar de kriegelige reactie van de schrijver. Ik hoop dat u respect voor deze manier van taal bestuderen kan opbrengen.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Willem Bilderdijk • Vertalen

Geloof my vry, wat andren snoeven;
Die d’ echten smaak en geur wil proeven,
Drink’ uit de oorspronkelijke flesch!

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

JUNI ’57

Met niets meer bij me dan het te vlug geleefde,
nog in de flarden van haar vertrek gekleed,
loop ik het land op om naar de lucht te kijken
en hoe mijn liefde allengs in niets meer leek
op die voor haar.

Het is een juninacht – de kortste nacht
bijna. Ik voel met mijn hoofd het hooi van de opper
waartegen ik zit. Ik zie een blijvende
zonsondergang boven een vuurtorenlicht
en weinig sterren.

Bron: Spinroc en andere verzen, 1958

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

19 september 2025: Laatzomer Conferentie NDN

19 september 2025: Laatzomer Conferentie NDN

22 juni 2025

➔ Lees meer
2 juli 2025: Boekpresentatie ‘Een nieuw geluid’

2 juli 2025: Boekpresentatie ‘Een nieuw geluid’

21 juni 2025

➔ Lees meer
26-29 juni: Dichters in de Prinsentuin 2025

26-29 juni: Dichters in de Prinsentuin 2025

18 juni 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

sterfdag
1991 Cornelis Stutterheim
➔ Neerlandicikalender

Media

Hoe je taal maakt en hoe taal je raakt

Hoe je taal maakt en hoe taal je raakt

22 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De structuur van wetenschappelijke artikelen

De structuur van wetenschappelijke artikelen

21 juni 2025 Door Marc van Oostendorp 1 Reactie

➔ Lees meer
Het culturele landschap van Frits van Oostrom

Het culturele landschap van Frits van Oostrom

19 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d