• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Hoe kort mag een verhaal zijn?

8 januari 2013 door Marc van Oostendorp 5 Reacties

De nieuwjaarsgeschenken van het Meertens Instituut zijn altijd de moeite waard. Het zijn kleine boekjes waarin een onderzoek iets uitlegt over zijn werk voor een wat breder publiek. Ja, dat mag ik natuurlijk eigenlijk niet zeggen, omdat ik zelf op het instituut werk. Maar er gebeurt daar van alles dat ik ook niet allemaal precies kan bijhouden — zodat ik zelf ook regelmatig tot het bredere publiek behoor.

Dit jaar legt mijn collega Theo Meder uit hoe hij een nieuwe kant wil opgaan met het onderzoek naar volksverhalen zoals sprookjes en moppen: hij wil bekijken of je een ‘grammatica’ kunt opbouwen voor dat soort verhalen — een structuur waar ze allemaal aan moeten voldoen, of in ieder geval een set structuren waaruit je kunt kiezen wanneer je een nieuw verhaal vertelt. (Er moet een held zijn, die wordt tegengewerkt maar uiteindelijk wint. Dat lijkt me een structuur voor een sprookje, maar je kunt het nog eerder verfijnen.)

Meder legt uit hoe hij mensen in experimenten verhalen laat vertellen op basis van een paar willekeurig gekozen tarotkaarten. Vrijwel altijd leggen die mensen de kaarten dan in een wat andere volgorde dan ze in eerste instantie hebben gekregen, zodat ze het verhaal beter kunnen structureren (en de held niet helemaal op het eind pas binnen komt vallen).
Het onderzoek naar dit soort motieven is eigenlijk al heel oud: enkele decennia geleden hebben Meders voorgangers al omvangrijke catalogi van verhaalmotieven vastgelegd, waarmee je ieder verhaal kunt classificeren.

Terwijl ik het las, begon ik me wel af te vragen wat eigenlijk de minimale omvang van een verhaal is. Is de zin ‘Beth gaf Harry een bloem’ bijvoorbeeld ook al een verhaal? Hij past bijvoorbeeld best in sommige van Meders schema’s: er is een held, Harry, en een helper van die held, Beth, die ervoor zorgt dat Harry een object in zijn bezit komt.

Ik dacht eraan doordat ik vorige maand de wereldberoemde taalkundige Ray Jackendoff mocht interviewen (het stuk staat deze maand in Onze Taal) en die probeert de betekenis van werkwoorden als geven te doorgronden. Geven is een lid van de klasse van zogenoemde causatieve (oorzakelijke) werkwoorden, die allemaal een handeling beschrijven waar persoon A ervoor zorgt dat er iets verandert aan persoon of voorwerp B. In het geval van onze zin is A dus Beth en B is Harry (en de verandering is dat Harry een bloem heeft die hij eerder niet had). Andere voorbeelden van causatieve werkwoorden zijn breken, vermoorden en ontmoedigen.

Volgens Jackendoff horen die causatieve werkwoorden weer tot een grotere klasse van werkwoorden waarin er iets gebeurt met een of andere B, en A iets met die gebeurtenis te maken heeft. Laten Is een voorbeeld: wanneer ik jou laat uithuilen, onderga jij weliswaar een verandering (na afloop van de zin heb je lekker een potje gejankt) en ik heb daarmee te maken, maar ik ben niet noodzakelijkerwijs de oorzaak van jouw tranen. De causatieve werkwoorden vormen samen met laten dus een abstractere klasse van mogelijke menselijke relaties die kunnen worden uitgedrukt met een werkwoord: een waarop A een rol speelt bij een verandering die B ondergaat,

Maar dat laat zien dat iedere zin eigenlijk een miniverhaaltje is en dat de schema’s die Meder probeert te vinden in zijn ‘grote verhalen’ best eens dezelfde zouden kunnen zijn als die lexicale semantici (die zich zoals Jackendoff houden met de analyse van woordbetekenis) weleens op hetzelfde spoor zouden kunnen zitten. Mijn collega Theo Meder is eigenlijk een taalkundige! Dat had ik zonder nieuwjaarsgeschenk misschien nooit geweten.

De nieuwsbrief van het Meertens Instituut heeft ook een interviewtje met Theo Meder.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: letterkunde, semantiek, sprookje, verhaaltheorie, woordbetekenis

Lees Interacties

Reacties

  1. ijsbrand zegt

    8 januari 2013 om 10:13

    Zoals E.M. Forster zei in 1927:

    We have defined a story as a narrative of events arranged in their time-sequence. A plot is also a narrative of events, the emphasis falling on causality. ‘The king died and then the queen died,’ is a story. ‘The king died, and then the queen died of grief’ is a plot. The time-sequence is preserved, but the sense of causality overshadows it.

    Beantwoorden
  2. Dinx zegt

    8 januari 2013 om 11:50

    Je hebt natuurlijk de bekende Six Word Stories, met het verhaal van Ernest Hemingway als groot voorbeeld ("For sale: baby shoes. Never worn."). Die verhalen zijn per definitie precies zes woorden lang. De beste Six Word Stories zijn echter veel langer dan dat, alleen ontstaat de rest van het verhaal pas in het hoofd van de lezer.

    Beantwoorden
  3. Theo Meder zegt

    8 januari 2013 om 13:25

    Ik ben het met Marc eens dat verhalen in principe heel kort kunnen zijn. In de praktijk zijn ze ook gewoon opgetekend: sagen met de lengte van 1 zin (van het type "In die molen daar woonde vroeger een heks en die heeft eens twee kinderen vergiftigd met een appel"). Je zou ook een sprookje in 1 zin kunnen samenvatten, maar in de praktijk zullen vertellers van een sprookje wat meer maken: reeksen zinnen vormen daar een reeks motieven die tezamen een wat uitgebreidere plot uitmaken. Maar in essentie is het waar dat een zin al een verhaal kan zijn.

    Beantwoorden
  4. Marc van Oostendorp zegt

    8 januari 2013 om 13:41

    Ja, maar dat is natuurlijk waar voor alle verhalen, dat ze in het hoofd van de lezer pas echt hun volle omvang krijgen. Ook de consument van, laten we zeggen A la recherce du temps perdu, of alle afleveringen van Goede tijden slechte tijden, fantaseert er nog de hele tijd van alles bij.

    Beantwoorden
  5. Ben Salemans zegt

    12 januari 2013 om 07:28

    In Taalschrift van eind vorige maand stond een reportage over de opkomst van het (ultra)korte verhaal, het flitsverhaal. Misschien interessant? http://taalschrift.org/editie/93/flitsverhaal-breekt-door

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

W.L. Penning • Het monster

Doller dan ooit is ’t monster losgebroken,
En menschen worden wilde beesten;
Helsch viert het kwaad zijn gloriefeesten –
Tot de overmacht heeft rechtgesproken

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

HONDSDAGEN

Niet groen rijpt het gras dit jaar,
bomen dragen hun bladeren wit,
het licht is niet uit het veld
te slaan, de dag reikt aan
de dag, in dromen zoeken
de nachten onderdak.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

7 oktober 2025: een cadeautje voor secties Nederlands

7 oktober 2025: een cadeautje voor secties Nederlands

18 juli 2025

➔ Lees meer
19 september 2025: Afscheidscollege Fred Weerman

19 september 2025: Afscheidscollege Fred Weerman

15 juli 2025

➔ Lees meer
1 juli – 15 september 2025: Over de grenzen van het boek

1 juli – 15 september 2025: Over de grenzen van het boek

11 juli 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1949 Jeroen Groenendijk
sterfdag
1963 Jan Naarding
2008 Rein Bloem
➔ Neerlandicikalender

Media

The form of the adjective in Dutch

The form of the adjective in Dutch

20 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De Literaire Letterenshow met Mustafa Stitou en Auke Hulst

De Literaire Letterenshow met Mustafa Stitou en Auke Hulst

19 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Inclusive Dutch: Between Norm and Variation

Inclusive Dutch: Between Norm and Variation

15 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek 3 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d