• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Heeft taalonderwijs nut?

14 mei 2013 door Redactie Neder-L 1 Reactie

Door Suzanne Aalberse

Is het als docent Nederlands zinvol om je leerlingen op fouten te wijzen? Voor het onderwijs in Nederlands als tweede taal is deze vraag preciezer uitgezocht dan voor Nederlands voor moedertaalsprekers. Een belangrijk discussiepunt in het antwoord op die vraag is de relatie tussen bewuste kennis en onbewuste kennis. Onze taalkennis is voor een heel groot deel onbewust. In een flits bepaal je bijvoorbeeld of je over een man en een vrouw spreekt. Je hoeft niet na te denken of je hij of zij zegt, het gaat vanzelf goed. In andere talen dan het Nederlands hoef je lang niet altijd aan te geven of het om een man of een vrouw gaat en daarom hoor je Chinezen of Indonesiërs soms over she of zij praten als het om een man gaat of juist om he of hij als het om een vrouw gaat. Alle sprekers die ik tegenkom die hij/zij fouten maken, weten best dat hij voor een man is en zij voor een vrouw, er is dus op bewust niveau geen enkel probleem, maar om het onderscheid altijd goed te gebruiken, dat is de uitdaging.

De observatie dat weten hoe het zit niet maakt dat je een vorm goed gebruikt, ligt mede ten grondslag aan de non-interface hypothese van Krashen.

Krashen denkt dat er geen wisselwerking mogelijk is tussen bewuste kennis (‘als je naar een man verwijst zeg dan hij’) en onbewuste kennis en dat taalonderwijs in de vorm van het aanbieden van taalregels daarom tijdverspilling is. Anderen zijn optimistischer en zeggen dat er wel indirect effect kan zijn van bewuste kennis op onbewuste kennis en omgekeerd. Door taalonderwijs kun je je bijvoorbeeld bewust worden van de eigenaardigheden van de taal die je leert. Een doel van onderwijs zou ‘noticing’ kunnen zijn. Een docent kan ervoor zorgen dat een leerling een vorm opmerkt en daardoor kan hij/zij die vorm vaker goed gebruiken.

Aan het belang van ‘noticing’ dacht ik toen ik dit weekend in Aken rondliep. Ik wilde graag pinnen en zag geen pinautomaat. Ik vond het gebrek aan pinautomaten bizar. Toen ik eenmaal doorhad dat ik moest letten op een rode s met een puntje van sparkasse (zie plaatje) zag ik in de hele stad pinautomaten die ik eerst niet had gezien. Net zoals ik het even nodig had om pinautomatensymbolen te zien, zo neemt een taalleerder meer op als hij weet dat het er is. Die laatste ‘er’ bijvoorbeeld uit de vorige zin, die zouden veel tweedetaalverwervers niet horen. Als de docent ze ervan bewust maakt dat de vorm bestaat, is de kans dat ze hem gaan horen (en gebruiken) groter.
Wat ik nu graag zou willen weten is hoeveel je in je moedertaal kunt bijleren. Lang heb ik op colleges beweerd dat je maar heel beperkt kunt bijleren op het gebied van taal en dat bijleren vaak misgaat. Je krijgt hypercorrecties als “even groot dan “en “zij heb ik het gevraagd” en het soort leren is anders en beperkter. Dat laatste denk ik nog steeds, maar de precieze informatie die er bestaat voor tweedetaalverwerving op het gebied van de mogelijkheden van het bijleren van taal, die lijkt me ook interessant voor eerstetaalverwerving. Hoeveel succes kun je als docent hebben (los van de vraag of je dat succes zou moeten willen nastreven) met het overbrengen van de norm? Ik weet van tenminste twee dingen dat ik ze op school goed geleerd heb: het onderscheid tussen mij en mijn en tussen na en naar. Het onderscheid is voor mij nu zo vanzelfsprekend (en automatisch en onbewust) dat ik me niet kan voorstellen dat ik het niet altijd gehad heb. Door mijn eigen schoolschriften te bekijken, door naar mijn kinderen te luisteren en door Nicoline van der Sijs weet ik dat het onderscheid lange tijd niet zo duidelijk bestaan heeft. Niet in het Nederlands van een paar honderd jaar geleden en niet in mijn eigen Nederlands. De school heeft dus iets bereikt.  

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: columns Suzanne Aalberse, taalkunde, taalonderwijs

Lees Interacties

Reacties

  1. Gaston Dorren zegt

    14 mei 2013 om 15:15

    De opvatting van Krashen, of in ieder geval die opvatting zoals weergegeven door jou, is zó contra-intuïtief dat het me moeite kost om 'm zelfs maar serieus te nemen. Maar goed, dat geldt voor de relativiteitstheorie ook, en die zou ik niet in twijfel durven trekken.
    Grappig detail: jij hebt het over een 'puntje' boven de sparkasse. Ik zou dat één letter anders hebben gezegd: een muntje.

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Gaston DorrenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 januari 2026: Vlekflits

2 januari 2026: Vlekflits

5 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d