Een kind vult de taal aan
Door Marc van Oostendorp
We zaten gisterenavond aan tafel, toen Daan, het vierjarige zoontje van mijn vrienden, zich begon te vervelen en besloot om over onze stoelen te lopen. Bij iedere verjaardagsgast waarschuwde hij ‘mag ik achterlangs je?’
Het was, met zoveel herhaling, moeilijk om géén taalobservatie te doen. Toch leverde niemand commentaar. Het wonder van de kindertaal had weer toegeslagen: de tamelijk ingewikkelde constructie achter je langs was vereenvoudigd tot het eenvoudiger achterlangs je. Thuisgekomen bleek Google me te kunnen vertellen dat achterlangs hem, achterlangs me en achterlangs ons alledrie ook wel geschreven worden.
Het aantal zoekresultaten is weliswaar niet groot, maar meerdere treffers lijken me serieus en bovendien niet door vierjarigen geschreven.
Dat ligt anders bij andere combinaties van voor- en achterzetsel (circumposities). Ik vind in ieder geval geen (relevante) treffers voor overheen ons of naartoe hem.
Iedereen weet dat kinderen dit soort regelmatigheden in de taal aanbrengen, maar toch sta je er iedere keer weer versteld van hoeveel systeem erin zit. Waarom gebeurt het wel bij achterlangs en niet (of minder makkelijk) bij overheen of naartoe? Dat heeft mogelijk te maken met het feit dat langs ook op zichzelf een voorzetsel kan zijn (langs het tuinpad van mijn vader) en heen en toe niet: heen het tuinpad en toe het tuinpad kun je ook los niet zeggen.
Tegelijkertijd speelt er misschien nog een andere factor. Het Nederlands kent natuurlijk ook combinaties als boven op de berg, waarbij het eerste, geloof ik, meestal (in ieder geval hier) als een bijwoordelijke bepaling wordt gezien: bovenop is een bepaalde vorm van boven.
Achter kan ook zo’n bepalende functie hebben: achter in de kast. Bovendien kan langs op deze manier bepaald worden vlak langs de afgrond. Het is dus zo bezien helemaal niet zo gek om de twee te combineren en achter langs je te zeggen. Daan heeft een gat in het Nederlands ontdekt en het meteen gestopt.
Taalprof zegt
Hoe hoorde jij dat hij 'achterlangs' zei en niet 'achter langs'? Iets subtiels met klemtoon of intonatie?
Taalprof zegt
Misschien dat Daan een reïncarnatie van P.C. Hooft is, die al spelde 'achterlangs het gordijn' en 'achterlangs het toneel.' Ik vind op dbnl voorbeelden van 'achter langs' én van 'achterlangs' (van het laatste iets minder). Gek genoeg vindt google in het algemeen tegenwoordig 'achterlangs' beter (nou ja, frequenter) dan 'achter langs.' Ikzelf vind 'achter langs' eigenlijk heel gewoon. Althans, als ik het zeg (en dat komt nogal eens voor) heb ik de indruk dat ik twee woorden gebruik, net als bij 'voor langs.' En ik zou ook best kunnen zeggen: 'Mag ik even rechts langs je?'
Marc van Oostendorp zegt
Ja, dat was denk ik 'iets subtiels' met de frasering. Overigens heb ik zonder enige empirisch bewijs of wetenschappelijk onderzoek het gevoel dat constructies met gemodificeerde voorzetselgroepen a la 'ik loop rechts langs je' voor een kind van vier normaliter wat hoog gegrepen zijn.
Hans Broekhuis zegt
Een observatie die misschien relevant is voor het feit dat Marc op internet wel "achterlangs + complement" maar niet "overheen/naartoe + complement" vindt. "Achterlangs" kan ook zonder complement gebruikt worden maar "overheen" en "naartoe" niet:
(i) Jan liep achterlangs.
(ii) *Jan liep overheen/naartoe.
Taalprof zegt
Ja da's waar. Alhoewel ik dan intuïtief ook wel een verschil voel tussen 'Jan liep achter langs' (langslopen en wel achter), en 'Jan liep achterlangs.' (lopen en wel achterlangs).
Marc van Oostendorp zegt
Nee, dat is het niet. Ik heb daar op gecontroleerd. Je vindt inderdaad ook wel dingen als "dan gaan we achterlangs, ons overkomt niets", maar die heb ik buiten beschouwing laten.
Hans zegt
Ik denk dat je daar gelijk in hebt. Het zou net zoiets kunnen zijn als het verschil tussen:
(i) Jan zit achterin de tuin (d.w.z. ver weg van het huis o.i.d.)
(ii) Jan zit achter in de tuin (dwz. in de tuin achter het huis)
Hans zegt
@Marc: Ik weet niet of ik deze reactie begrijp. Hoe laat dit zien dat het contrast tussen (i) en (ii) niet relevant is?
Taalprof zegt
Ja precies. En dan natuurlijk vergelijkbaar met 'voor.' Ik heb ooit een hele tijd geworsteld met de spelling 'voor()aan de zin,' zie deze blogpost. De spelling 'Jan zit achterin de tuin' zou van 'achterin' een voorzetsel maken, hetgeen doorgaans niet wordt aangenomen (de ANS noemt alleen het gebruik als 'voorzetselbijwoord'). Anderzijds geldt daar 'achter' als "bepaling bij de voorzetselconstituent" hetgeen strijdig lijkt met de observatie dat een graadbepaling als 'helemaal' betrekking kan hebben op 'achter()in': 'helemaal achter()in de tuin.'
Marc van Oostendorp zegt
Ik geloof dat ik je reactie verkeerd begreep. Ik dacht dat je bedoelde dat de Google-resultaten misschien vervuild waren doordat ik geen rekening hield met dat verschil. Maar ik denk nu dat je bedoelt dat het op de een of andere manier kan bijdragen aan ons begrip van het verschil. Heb jij een idee hoe dat zou werken?
Hans zegt
Ik vrees dat ik niet direct een concreet voorstel heb.
Hans zegt
Volgens mij is de term “voorzetselbijwoord” niet erg verhelderend, omdat ook de term “bijwoord” dat niet is: veel elementen die zo genoemd worden zijn m.i. gewoon "intransitieve" voorzetsels, d.w.z. voorzetsels zonder complement. Dus als jij ‘helemaal’ wil zien als bepaling bij “achterin” in “Jan zit helemaal achterin” dan juich ik dat beslist toe. Ik denk verder niet dat in dit geval een terminologische discussie ons veel nieuwe inzichten zal opleveren.
Henk zegt
In het Fries is "bylâns" als prepositie heel gewoon: "bylâns de dyk" (bijlangs de weg) komt er voor naast "by de dyk lâns" (bij de weg langs).