Door Martin ter Denge
Een van de meest onderbelichte talen in het Nederduitse taalgebied is het Nedersaksisch. Dat is niet zo gek, want het besef dat het een internationale taalgroep is, is nogal vertroebeld. En niemand heeft een goedwerkend filter.
Ten eerste is er zoveel taalvariatie dat je het moeilijk als één taal kunt bevatten. Ten tweede zijn de sprekers er zelf niet erg van overtuigd. Die denken dat vier kilometer verderop een compleet andere taal wordt gesproken; ze reageren als door een wesp gestoken als jij warkzegt terwijl het in hun dialect waark is. Verder vinden veel Nederlandse taalonderzoekers nog steeds dat Nedersaksisch eigenlijk een soort Nederlands is. Onderzoek blijft dus uit en daardoor ook de algemene acceptatie.
De meeste Nedersaksische talen die je op Nederlandse bodem hoort, zijn van Westfaalse slag. Het Gronings is een vak apart. Dat mag je bij het Noord-Nedersaksisch rekenen. Maar er is zoveel variatie dat je nooit een eenduidig statement kunt maken (Nedersaksisch heeft taalregel A+B…) of er is wel iemand die roept: “Ho, maar dat geldt niet voor het [vul eigen streekvariant in]!” Het Nedersaksische taalgebied is eigenlijk het Papoea-Nieuw Guinea van Nederland. Als je het eindelijk aandurft om een of twee varianten tegelijk te onderzoeken, verdrink je in alle informatie. Bovendien vallen dan overeenkomsten met andere varianten buiten de focus.
De Nedersaksen zelf zijn ook niet erg van de compromissen. Kom je ze aan hun taal, dan kom je ze aan hun identiteit. Hele intersaksische vergaderingen zijn stukgelopen op de vraag of je de klank [ɒ:] nu als oa of aoschrijft. Een oplossing zou de å zijn, maar die is weer te exotisch. Om je een verdere indruk te geven van de complexiteit, kijken we nog even naar het wark/waark-voorbeeld: er zijn ook nog mensen die wärk, weark,woark of zelfs waaikzeggen. Dat is nog maar één woord, in Twente.
Daarom durft niemand zich aan een lespakket te wagen, want in welke variant moet dat lespakket en welke variant moet een docent spreken? Er wordt zoveel naar uitspraakverschillen gekeken, dat de duidelijke overeenkomsten in vocabulaire, grammatica en geschiedenis daarbij in het niet vallen. Zo blijft de kennis van en waardering voor de taal altijd lokaal en ondermaats.
Zodra het in Nederland over Nedersaksisch gaat, krijgen veel mensen een blinde vlek. Op de Nederlandse en Engelse Wikipedia staat een artikel met een overzicht van de West-Germaanse talen. Tot voor kort (lees: tot ik het ontdekte), werd het Nedersaksisch niet eens genoemd, terwijl je met zo’n 7 miljoen moedertaalsprekers in een gebied waar Nederland drie keer in past toch aanzienlijk meer aandacht zou verwachten. In kranten lees je regelmatig heftige discussies over het belang van Duits onderwijs in Nederland, terwijl er een gedeelde taal al eeuwen klaarligt om weer ingezet te worden.
De stilte rondom deze taalgroep is meteen een mooie verbeelding van de gedweeë Nedersaksencultuur. Je hoort ze niet, totdat ze er echt genoeg van hebben en ze ontploffen. Er komen steeds meer taalinitiatieven. En niet alleen op cultureel vlak. Steeds meer bedrijven kiezen voor een Nedersaksische slogan en zelfs de lokale politiek kiest voor Nedersaksische verkiezingsprogramma’s. Er wordt steeds meer gefluisterd in en over deze langverzwegen taal. Het is een kwestie van tijd tot er hardop gepraat gaat worden.
erik harteveld zegt
An 't wark dus!
Anoniem zegt
nee, aan 't waark! 😉
anny zegt
Hoolt dr noe 'ns met op met dat mekaar de vleu of te vang'n of mekaar de les te will'n leaz'n. Twee reacties, en de ene is 't a wier nich eens mit 'n aander. Zo wódt 't nich wat leu!
Tweants Wearldsproake zegt
Dag Anny,
Kon t ook wean det oe t gräpken ontgeet? 😉
anny zegt
Waj mer as grap zeet, ikke dus nich dit maol.
Of ie wet dr meer van, of ie gokt dr op dat anoniem 't zo nich bedoelt……
Lucas zegt
Ik moet zeggen, ik hoor ze regelmatig. Althans, ik hoor er één die op elke afdelings- en regiovergadering van D66 de politici weer aanspoort om het Nedersaksisch erkend te krijgen als officiële taal.
Ik wist ook niet dat het zo bizar divers was. Dat er meerdere varianten in Groningen gesproken werden, ok, maar ik dacht dat er vier dialecten waren of zo. Het klinkt me nu bijna als het middelnederlands in de oren, we gooien wat soortgelijke dialecten op een hoop en noemen het een taal.
Tweants Wearldsproake zegt
De grote verskeaidenheaid zit vuural in oetspraak. Mer de wöarde zeent vake liek. Dr is bv. neet recht an te wiezen woer Tweants opheuld, en Sallaands of Achterhooks begeent, want ze hebt dezelfde woardvuurroad en dezelfde grammatika, zegswiezes en leawnshoolding. Ze deelt ook ne geskiedenis, ofgezeunderd van de rest van t gebeed wat non Nederlaand/Duutslaand is.