Europese woordenschat als gemeenschappelijk cultureel erfgoed
Het Instituut voor Nederlandse Lexicologie (INL, Leiden) en de Fryske Akademy (Leeuwarden) hebben samen met partners uit 28 andere Europese landen een bedrag van ruim 700.000 euro ontvangen van COST: een organisatie die wetenschappelijke samenwerking in Europa stimuleert. Het doel is het opzetten van een Europees netwerk voor lexicologen dat de zichtbaarheid, de toegankelijkheid en het gebruik van de Europese nationale woordenboeken vergroot.
Hoe verschillend de landen en talen van Europa ook zijn, in de loop der tijd hebben ze elkaar allemaal beïnvloed. De beschrijving van onze talen is daarom een belangrijk onderdeel van ons gemeenschappelijke Europese culturele erfgoed, vastgelegd in een of meerdere nationale woordenboeken. Zo heeft Engeland de Oxford English Dictionary, Duitsland het Deutsches Wörterbuch, Friesland het Wurdboek fan de Fryske taal en Nederland het Woordenboek der Nederlandsche Taal en het Algemeen Nederlands Woordenboek. Buiten de wetenschap zijn deze naslagwerken vaak relatief onbekend.
Digitalisering en standaarden
In het project European Network of e-Lexicography (ENeL) slaan onderzoekers uit tientallen Europese landen de handen ineen om er gezamenlijk voor te zorgen dat dit erfgoed voor een groter publiek zichtbaar en toegankelijk wordt gemaakt. Dit gebeurt onder meer door het opzetten van een Europees woordenboekportaal, het vaststellen van standaarden voor het digitaliseren van papieren woordenboeken, het ontwikkelen van nieuwe technieken binnen de lexicografie en het onderzoeken van de raakvlakken tussen de Europese talen. Het project start in 2014 en duurt vier jaar.
Laat een reactie achter