• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Alle tranen van de eenzaamheid

30 januari 2016 door Gert de Jager Reageer

door Gert de Jager

Op de poëziekalender van Van Oorschot een klassieker van Lodeizen:

ik ben het zuiverste dier op aarde
ik slaap met de nacht als met mijn lichaam
en de nacht wordt groter in mijn hart

in het donkere weefgetouw van je vingers
borduur ik een nacht van eenzaamheid
veelkleurig veeleisend veranderlijk

ik ken alle tranen van de eenzaamheid
sla mij maak mij open
ik ben een roos van vrolijkheid

kom hier vertrouw mij
ik gooi de wind vol sterren

als een boot van overvloed
in de spaarzaamheid van de zee

nu ben je niet gekomen
en zachtjes ga ik dicht.

Met Lodeizens reputatie is het altijd raar gesteld gesteld geweest. In het begin van de jaren vijftig was hij even de Jacques Perk van de Vijftigers – in de tijd dat Vinkenoog de Vijftigers aan het volk voorstelde in zijn bloemlezing Atonaal. Al snel bleek hij met de poëzie van Kouwenaar en Lucebert toch niet zoveel te maken te hebben, maar zijn bundel werd goed verkocht: om de paar jaar een herdruk. Vijftigertheoreticus Rodenko wijdde een uitvoerig en bewonderend essay aan hem waarin een Hegeliaans moedercomplex de oerbron was van alle tegenstellingen in deze poëzie en wat er verder stroomde en niet stroomde.

In de jaren zestig weer een culturele revolutie. In het legendarische Shaffy Chantant bleken Lodeizens gedichten moeiteloos te passen tussen de chansons van Liesbeth List en het pathos van Shaffy zelf: Shireen Strooker en Joop Admiraal droegen ze voor. Middelbare scholieren bleven Lodeizen lezen: nog steeds herdruk op herdruk. Het was, is en blijft schoolkrantenpoëzie.

In de jaren negentig verschenen zijn door een hoog- of zeergeleerd trio samengestelde en geannoteerde Verzamelde gedichten. Een van hen, Redbad Fokkema, waren al die gevoelige jongemannenkladjes te veel geworden. Zijn Aan de mond van al die rivieren; een geschiedenis van de Nederlandse poëzie sinds 1945 begint met een afrekening met Lodeizen. In vijf pagina’s wordt Lodeizen kaltgestellt als een dichter die zijn beste versregels ‘in een onbewaakt ogenblik’ aan het papier toevertrouwt, daarmee ‘geen enkele verwachting’ verstoort, zich voegt in een traditie die streeft naar ‘universalisering, sublimering, mythologisering, idealisering van de dagelijkse werkelijkheid’, zich niet de ambiguïteit van zijn eigen regels realiseert. De Jacques Perk van de Vijftigers lijkt de ultieme anti-Vijftiger te zijn geworden en een onnozele bovendien.

Vijftiger en anti-Vijftiger: hoe synthetiseert Hugo Brems dat in Altijd weer vogels die nesten beginnen? Lodeizens naam valt tien keer: meestal in een Vijftigersrijtje à la Vinkenoog. Volgens Brems kan er zowel in Vlaanderen als in Nederland van Vijftigers gesproken worden, maar is niet iedereen even experimenteel:

Er was, met andere woorden, in de jaren na 1950 een brede stroom van vernieuwende poëzie, waarvan de Vijftigers de voorhoede en de experimentele dichters van Reflex de kern vormden (116).

Tot die voorhoede rekent Brems Lodeizen negen keer, maar de tiende is dan weer vreemd. Het gaat over de debuten van onder meer Kopland en Herzberg, dichters die aansloten bij een ‘lange traditie’ :

Een poëzie zoals die in het verleden met wisselende accenten werd geschreven door dichters als J.C. Bloem, Jan van Nijlen, Willem Elsschot, Richard Minne, Martinus Nijhoff, Ed. Hoornik, M. Vasalis of Hans Lodeizen (312).

Meer achterhoede dan voorhoede, lijkt het hier. Als tijdgenoot van Lucebert en Kouwenaar is Lodeizen blijkbaar een vernieuwer, maar hij vernieuwt een traditie waarvan andere Vijftigers niet veel moeten weten.

Het is een mooi gedicht, vind ik. Onmogelijke woorden als ‘eenzaamheid’, ‘spaarzaamheid’ en ‘vrolijkheid’ doen het goed; het hart, de roos en de sterren doen het wat minder. De eerste regel, de zesde en de een-na-laatste strofe maken het gedicht wat mij betreft. Het hele gedicht heeft een muzikaliteit en een regelmaat die het boven de schoolkrantenpoëzie uittillen, al geloof ik dat elk geestelijk leven uiteindelijk iets puberaals heeft.  

De Verzamelde gedichten werden samengesteld en geannoteerd door Wiljan van den Akker, Redbad Fokkema en Mirjam van Hengel. Het boek van Fokkema is uit 1999. Brems’ geschiedenis uit de bekende reeks verscheen in 2006. De uitsmijter heb ik helaas niet van mezelf.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 20e eeuw, literatuurgeschiedenis, poëzie

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Adriaan Morriën • Bloedverwantschap

Ik zend mijn beide dochters voor mij uit,
op zoek naar buitenstaanders voor haar schoot.
Zij wijzen mij de toegang tot de dood,
bedroefd maar zonder er te lang bij stil te staan.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

ANTIEK CORSO

Ik zal er zijn waar jij mij vraagt
te komen op het corso van
je keus en met mijn strooien bloem
versier ik jouw versierde paard.

Bron: Barbarber, december 1971

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

19 december 2025: KANTL-colloquium

19 december 2025: KANTL-colloquium

15 november 2025

➔ Lees meer
3 december 2025: Debatavond Lezen voor waarden

3 december 2025: Debatavond Lezen voor waarden

15 november 2025

➔ Lees meer
13 november 2025: Letter en Geest-lezing: U wordt weggesleept

13 november 2025: Letter en Geest-lezing: U wordt weggesleept

10 november 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1587 Joost van den Vondel
1801 Jan Bormans
sterfdag
2021 Jacques Hamelink
2022 Piet Buijnsters
➔ Neerlandicikalender

Media

De Postkoloniale Podcast met Norbert Peeters over Rumphius

De Postkoloniale Podcast met Norbert Peeters over Rumphius

16 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Een kantiaanse benadering van de oorsprong van taal

Een kantiaanse benadering van de oorsprong van taal

12 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De Sint-Nikolaasavond en Koning Willem II

De Sint-Nikolaasavond en Koning Willem II

9 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d