De bruid zegt:
Hoe wordt mijn lippe week
van honig-smaak?
– ’t Is of ‘k met tanden-reek
uw tanden raak…
Hoe zijn uw ogen klaar
van vreemde schijn!
‘k Zie er me lévens-waar
spieglend in zijn…
‘k Hou mijne leden, als
ware ik beschaamd…
– Uw adem, om mijn hals,
die zoelig aêmt…
…’k Voel me zo vreemd, – zo vreemd
bevángen zijn…
Uw stille stemme fleemt
als zoete wijn.
Karel van de Woestijne (1878-1929)
- Karel van de Woestijne: wikipedia – dbnl – bloemlezing
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail. Aanmelden.
Laat een reactie achter