In de hoogte (X)
Zo, jongen, ben je daar? ’K heb lang gewacht.
Neen, excuzeer je niet: ik had de tijd;
Als achter me, ligt vóór me de eeuwigheid,
En ‘k wist, je kwam. ’K had ‘t zelf zo uitgedacht.
Neen, mij is niets te klein: ik houd de wacht,
Als ’t wazig glansje langs een herfstdraad glijdt,
En als de duiz’ling op kometen rijdt
Door ’t steilhellende stadion van de nacht.
Van Brahman’s wereldrijkdom houd ik boek:
Geen Algol, geen elektron is ooit zoek;
’K zie steeds – Laplace – ze elk cirk’len langs hun baan,
En als ’k een Brahmanperiode sluit,
En Zijn nieuwjaar begin, komt alles uit
Tot op een Melkweg en een kindertraan.
J.A. Dèr Mouw (1863-1919)
- J.A. Dèr Mouw: wikipedia • historici.nl • dbnl • gedichten
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail. Aanmelden.
Laat een reactie achter