Door Redactie Neerlandistiek voor de klas
Welke talen gebruiken mensen online? Nederlands, Fries Engels, of iets anders? Onderzoek laat zien dat jongeren online vaak verschillende talen gebruiken voor verschillende situaties.
Als je denkt dat er in Nederland alleen Nederlands wordt gesproken, dan heb je het goed mis. Meertaligheid is aan de orde van de dag in Nederland. Migranten spreken misschien hun moedertaal naast Nederlands, maar ook geboren Nederlanders kunnen naast Standaardnederlands dialect spreken. Om van de honderdduizenden sprekers van het Fries nog maar te zwijgen. En in het bedrijfsleven spreken mensen misschien Engels, of Chinees. Maar hoe gaan mensen om met verschillende talen? Gebruiken ze voor verschillende situaties ook verschillende talen of gebruiken ze talen door elkaar heen? Recent onderzoek richt zich steeds meer op de taal van jongeren, en in het bijzonder op hun taalkeuze online. Kiezen ze voor Nederlands, voor dialect, voor hun moedertaal, of voor een combinatie van talen?
Online taal staat al lang in de belangstelling, maar er werd eerst vooral gekeken naar taalgebruik: welke woorden en afkortingen gebruikten mensen online? Inmiddels is de nadruk verschoven naar taalkeuze, dus naar de vraag welke taal mensen gebruiken in verschillende situaties. Om die vraag te kunnen beantwoorden is het belangrijk om nader in te gaan op drie elementen: taalsituaties, meertaligheid en online taal.
Wie spreekt wat wanneer?
Sinds de jaren ’60 weten we dat taalkeuze kan verschillen per situatie, of per domein (zoals dat wordt genoemd). Voorbeelden van domeinen zijn bijvoorbeeld onderwijs, thuis of op werk. In landen die al heel lang meertalig zijn, kunnen er strikte normen zijn die bepalen welke taal je wanneer gebruikt. In Paraguay bijvoorbeeld wordt in officiële situaties altijd Spaans gebruikt, maar spreken mensen thuis vrijwel alleen Guarani, de lokale taal.
Als je meertalig bent, dan beheers je meerdere talen. Daar kunnen ook dialecten als Limburgs of Drents onder vallen. In de taalwetenschap worden dialecten namelijk steeds meer als volwaardige talen gezien. Maar er kunnen ook andere talen onder vallen. Er worden in Nederland ontzettend veel verschillende talen gebruikt, waarschijnlijk enkele honderden.
Online taal wordt vaak op een hoop gegooid, maar deze bestaat uit heel veel verschillende omgevingen. Dat varieert van games tot modeblogs, van instagram tot Facebook en van Snapchat tot Wikipedia. Al die omgevingen kunnen interessant zijn, en in iedere omgeving is het mogelijk dat de taalkeuze subtiel anders is. Zo kun je bijvoorbeeld op Whatsapp dialect gebruiken, maar op Instagram juist Engels. Die keuze heeft altijd te maken met je verwachte publiek.
Wat zegt het onderzoek?
Uit recent onderzoek (Jongbloed et al 2016) blijkt dat 87% van onderzochte jongeren die Fries als moedertaal hadden geleerd, deze taal ook in meer of mindere mate op sociale media gebruikt. Opvallend hierbij is dat er verschillen zijn tussen taalgebruik online privé (in een direct bericht bijvoorbeeld) en algemeen zichtbaar: in dat laatste geval gebruiken jongeren minder Fries.
Uit lopend onderzoek van de Taalunie (2016; te verschijnen) blijkt dat Nederlanders en Vlamingen online een grote hoeveelheid verschillende talen gebruiken. In Nederland ligt de nadruk op Nederlands en Engels, in Vlaanderen wordt ook veel Frans gebruikt, en is gebruik van uitsluitend Nederlands zeldzaam. Opvallend is ook dat Nederlanders op Facebook vaker Engels gebruiken dan op Twitter en op WhatsApp. Resultaten uit het bedrijfsleven lieten zien dat mensen vooral Nederlands gebruiken in communicatie, en dat ze dezelfde taal gebruiken in online en offline communicatie.
Mogelijke opdrachten:
- Beschrijf je eigen taalkeuze aan de hand van je internetgebruik. Welke talen gebruik je in welke situaties? En hoe zit het met lezen, kijken en luisteren: doe je dat in het Nederlands, of in het Engels?
- Gebruik je een andere taal voor privéberichten en voor algemeen zichtbare berichten op Facebook en Twitter? Waarom zou je dat doen?
- Het is waarschijnlijk dat je dezelfde persoon (je moeder, een klasgenoot etc) zowel online als offline spreekt. Kies je dan voor verschillende talen? Waarom doe je dat?
- Vind je het belangrijk dat Nederlanders online Nederlands gebruiken? Waarom wel/niet?
Artikelen:
JongbLoed-Faber, L.; H. van de Velde; C. van der Meer; E. Klinkenberg (2016). “Language use of Frisian bilingual teenagers on social media” in Treballs de Sociolingüística Catalana 26,p. 27-54
Online op <http://publicacions.iec.cat/repository/pdf/00000238/00000080.pdf>
Van der Meulen, M.; F. Hinskens; F. Van der Gucht; J De Caluwe; W. Heeringa; M. van der Peet (2016). “Aan het werk met het Nederlands” Den Haag: Taalunie. Online op <http://taalunieversum.org/sites/tuv/files/downloads/Aan%20het%20werk%20met%20het%20Nederlands!%20Over%20de%20taalkeuze%20van%20Vlamingen%20en%20Nederlanders%20in%20het%20bedrijfsleven.pdf>
Rhys, K.; M. van der Meulen; F. Hinskens; F. Van der Gucht; J De Caluwe; W. Heeringa; M. van der Peet (te verschijnen). “De Staat van het Nederlands” Den Haag: Taalunie.
Henk Scholte zegt
http://www.groningsonline.nl/woordenboek
Henk Scholte zegt
http://bit.ly/2miodF9