(Vandaag 99 jaar geleden ging Frederik van Eeden bij Dèr Mouw op bezoek.)
Het teerste, door schaamacht’ge scherts verzwegen,
Het diepste, dat in half ontveinsde daad
Zich buiten waagt, half bang dat ’t zich verraadt,
Half hopend, trots in enen en verlegen;
‘T heiligste, dat langs laat begrepen wegen
Mijn ziel opvoerde tot haar hoogste staat,
Had ik aan sterke herinn’ring’s gouden draad
Tot diadeem voor één aaneengeregen
En al het mooiste uit vroege jongensjaren,
Mijn sterren en muziek en verzen, waren
Op vreemde wijs vervlochten in mijn schat:
Mijn laatste liefde, vromer nog dan de eerste,
Gaf ’t mooiste en ’t heiligste, het diepste en ’t teerste –
Onwerklijk was, die ‘k ’t meest heb liefgehad.
J.A. Dèr Mouw (1863-1919)
uit: Brahman I (1919)
- J.A. Dèr Mouw: wikipedia • historici.nl • dbnl • gedichten
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Henk zegt
Vermoeiend, die Dèr Mouw-idolatrie. Dèr Mouw was een ordinaire pederast, iemand die jongetjes als Nijhoff en Van Vriesland het hof probeerde te maken.
Vorm en Vent, ja ja…