Toen na veel zwervens…
Toen, na veel zwervens op een donkre baan,
raapte ik, wat nog aan kracht me bleef, te gader:
‘Hij woont toch hier, Hij, die zich noemt mijn Vader?’
– en ‘k ben den klopper op zijn poort gaan slaan.
En luistrend bleef ik lang te wachten staan,
en luider sloeg ik, immer kwaad en kwader;
soms hoorde ik iets als kwamen stappen nader,
maar ’t was bedrog, en ‘k wou maar weer vandaan.
Vandaan? Waarheen? Weer in den nacht gaan zwerven
en altijd honger lijden, liefde derven
en dood-gaan zonder éen me de oogen sluit?
Neen, liever rusten aan zijn deur, gelaten,
en treedt Hij eerstdaags toch zijn tempel uit,
dien Hij eerst vindt, zal Hij eerst binnen laten.
Urbain Van de Voorde (1893-1966)
uit: Per Umbram Vitae (1929)
———————————–
- Urbain Van de Voorde: schrijversgewijs • dbnl • wikipedia
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Anton zegt
Parabel van Verloren Zoon.
#uitwerken
Let op je #deadline!
#Tip: Google Bijbel Verloren Zoon