Door Marc van Oostendorp
Wie zou er niet voor beter onderwijs zijn? Ik vermoed dat er weinig mensen zijn die dik tevreden zijn met de status quo en nog minder die vinden dat het wel wat een tandje minder kan allemaal, in het Nederlandse onderwijs.
In dat opzicht is Beter Onderwijs Nederland (BON) goed gekozen, als naam voor de vereniging waarvan de wijsgeer Ad Verbrugge het boegbeeld is. Een club mensen die zeggen dat het nu wel allemaal genoeg is geweest met alle onzin en dat iedereen die van goede wil is, zich eens moet verenigen om een einde te maken aan het gepruts! Laten we desnoods zelf scholen inrichten, en hogescholen! Universiteiten! Laten zien hoe het allemaal beter kan!
Een van hun slogans is trouwens ‘Leve het gezond verstand!’ Wie wil dat niet?
Helaas pakt het zo te zien de laatste jaren allemaal wat anders uit. Het ‘manifest‘ van de vereniging van iets meer dan 10 jaar geleden (minister Maria van der Hoeven werd er nog in aangesproken, hoe zou het met haar gaan?) sprak nog over grootse idealen, al waren ook toen de idealen nog vooral negatief. Het was duidelijk wat men niet wilde – geen managementcultuur, niet het modieuze paradigma van het ‘Nieuwe Leren’ –, maar het was iets minder duidelijk wat men daar dan voor in de plaats wilde.
Zendtijd
De ideeën zijn helaas vooralsnog niet echt gekomen. Ook dat zou misschien niet zo erg zijn, het zou best aardig zijn als er een vereniging was die vooral wat tegenwicht biedt tegen de al vele decennia voortdurende veranderingsdrift in het onderwijsbeleid, maar ik zie eigenlijk ook niet dat dit gebeurt, althans niet op een constructieve manier. Waar het bijvoorbeeld gaat om hét onderwijsschandaal van de afgelopen weken – de bizarre manier waarop het vmbo Maastricht met eindexamenkandidaten is omgegaan – heeft BON zich voor zover ik kan zien, afgezien van wat tweets, niet in het debat gemengd.
De grote kwestie waarop men zich in plaats daarvan liever lijkt te richten is die van het Engels in het hoger onderwijs: BON was de organisatie die een rechtszaak aanspande tegen twee universiteiten die opleidingen in het Engels aanboden. Dat ze die rechtszaak verloren was te voorzien, al was het maar omdat ze zich nauwelijks hadden verdiept in de specifieke situatie van de opleidingen waarover de klacht ging. Het was een hopeloze strijd, die niemand wat heeft opgeleverd.
“Verboden”
En wat belangrijker is: ook als de rechtszaak gewonnen was, was het doel van ‘beter onderwijs’ niet dichterbij gekomen. De achterliggende kwestie is te ingewikkeld voor een paar slogans (‘stop de verengelsing’), een paar loze beschuldigingen (‘cynische universitaire bestuurders zijn alleen uit op zoveel mogelijk buitenlandse studenten’), maar zouden juist gebaat zijn bij een club die hier de nuance zoekt en een manier vindt om de kwaliteit van het onderwijs zo goed mogelijk te borgen, ook in een samenleving die als geheel, en niet alleen in kringen van universitaire bestuurders, intens naar het Engels verlangt.
Bovendien: hoezeer deze kwestie mij persoonlijk ook interesseert, hij lijkt me toch niet echt te liggen in het hart van de problemen van het onderwijs. Daarvoor is het hoger onderwijs sowieso te exclusief.
Naar mijn ervaring is de toon van BON over dit onderwerp ook behoorlijk schril. Ik was vorig jaar een keer bij een debat over het Engels in het hoger onderwijs. Iedereen erkende daar dat het niet nodig is om alles zomaar in het Engels te doen, maar dat het ook onvermijdelijk is om sommige colleges wel in het Engels te geven. Er bestaat in de praktijk vrij grote overeenstemming over de diagnose van het probleem, al weten weinig mensen hoe het moet worden opgelost. Aan het eind nam de vertegenwoordiger van BON in het panel het woord, en zei te hopen dat het zijn kinderen en kleinkinderen niet binnenkort “verboden” ging worden om “Nederlands te spreken op school”, iets waarvan zelfs in de wildste dromen van de naarste onderwijsmanager geen sprake is.
Rumoerig protest
Het enige andere grote gebied waarop BON zich begeeft is die van Curriculum.nu, de instantie die bezig is na te denken over de inhoud van het basis- en het middelbaar onderwijs. Volgens BON wordt men daar te veel gedreven door idealen zoals die van het Nieuwe Leren: de inhoud moet niet worden opgedeeld in de traditionele schoolvakken, leerlingen moeten worden gestimuleerd om zelf op onderzoek te gaan.
Ik weet te weinig van onderwijskunde om te kunnen zien hoe begeerlijk of afstotelijk dat Nieuwe Leren is, en men kan er natuurlijk best kritisch over discussiëren. Wat ik zie is dat de sectie Nederlands van Curriculum.nu juist goed werk doet, maar misschien is dat omdat die groep nu juist niet bestaat uit mensen van allerlei disciplines, en omdat zo’n beetje iedereen het er wel over eens is dat er echt iets moet gebeuren met het moedertaalonderwijs.
Maar als we dan even aannemen dat het Nieuwe Leren een zeer slecht idee is en dat Curriculum.nu waar het andere vakken betreft vergeven is van het Nieuwe Leren, dan nog stelt het teleur dat BON op geen enkele manier bezig lijkt met het vinden van een alternatief voor deze plannen. Waarom komt het niet met een eigen opzet van een Curriculum? Waarom kunnen na 12 jaar de contouren van dat ‘beter onderwijs’ niet eens worden uitgezet.
Goed onderwijs, beter onderwijs is waarschijnlijk dé oplossing voor tal van maatschappelijke problemen van dit moment. Een goede, constructieve vereniging waarin verschillende groepen zich verenigen achter een heel belangrijk ideaal scharen, is hard nodig. Ik zou me er graag bij scharen: een maatschappelijk platform die een echte denktank kan zijn waarin allerlei maatschappelijke lagen zich verenigen om erover na te denken hoe het onderwijs, inderdaad, ‘beter’ kan worden. BON is dat momenteel niet. Hopelijk herpakt het zich om toch weer toe te werken naar dat ideaal.
Ja (@jasmijn02) zegt
Goed stuk, Marc. Dat platform, die constructieve denktank, is er volgens mij al, en is te vinden op http://www.nivoz.nl
Melchior Vesters zegt
Jasmijn, dat is toch gewoon één denktank, naar het schijnt van antroposofische snit (die achter de uitgedragen pedagogische visie verborgen zit?) net zoals BON (of althans Verbrugge) een humanistische achtergrond lijkt te hebben? Oftewel: ik zie niet in waarom het debat richting de ene of andere ideologische kant geduwd hoeft te worden, ik heb het liever over wat in de praktijk wel/niet succesvol is gebleken.
Voor iedereen die het debat over ‘beter onderwijs’ wil voeren, is het onmisbaar om de decennialange voorgeschiedenis te kennen. Lees hierom de conclusies van de commissie-Dijsselbloem (vernietigend over het ‘nieuwe leren’) en het SCP-rapport van het Parlementair onderzoek Onderwijsvernieuwingen: ‘Vijftien jaar onderwijsvernieuwingen in Nederland. Een beleidsanalytische studie ten behoeve van het parlementair onderzoek onderwijsvernieuwingen.’ door Bronneman-Helmers (2008).
Marc: in deze laatste studie komt trouwens duidelijk genoeg naar voren waar BON staat.
DirkJan zegt
BON draagt geen oplossingen aan voor verbetering van het vak Nederlands, maar van anderen heb ik na al die jaren en jaren van kritiek ook nog geen concrete voorstellen gezien. Grote opdrachten zijn er en het moet anders, maar tot dusver ben ik weinig wijzer geworden hoe het nu concreet beter moet in het lesprogramma. Ook nu niet van Marc van Oostendorp of van andere betrokken clubs heb ik weinig concreets gehoord. En over de verengelsing in het hoger onderwijs weet ik van Marc van Oostendorp ook niet meer dan dat hij het een ‘complex probleem’ vindt, daar blijft het bij, Dan denk ik, de pot verwijt de ketel.
Marc van Oostendorp zegt
Er zit dan ook wel enig licht tussen het uitspreken dat iets een complex probleem is en het aanspannen van rechtszaken tegen universiteiten.
Ik sta inderdaad een genuanceerd beleid voor, en ook in deze kolommen heb ik (en hebben andere auteurs) zich volgens mij steeds constructief opgesteld.Zo steun ik (steunen we) voluit de pogingen van de Meesterschapsteams Nederlands en het docentontwikkelteam Nederlands van Curriculum.nu, en dat heb ik (hebben we) niet zonder stoelen of banken geschoven. Dat die plannen op dit moment in een bepaald stadium van ontwikkeling zijn waarin ze nog niet in alle opzichten zijn uitgewerkt, tja, zo gaat dat.
De meest concrete kritiek komt denk ik op het centraal eindexamen, en daar zijn tal van voorstellen voor. We publiceerden onlangs nog een stuk van Levende Talen. Ikzelf denk dat je het centraal eindexamen ook zonder veel verlies kunt afschaffen, of van meer inhoud voorzien – ik ga al die stukjes hier niet herhalen.
Wat betreft het Engels maak ik er ook geen geheim van dat mij het huidige overheidsbeleid adequaat lijkt, al denk ik ook dat er nood is aan goed onderzoek. We zoeken onze balans, en dat gaat langzaam.
DirkJan zegt
Ik weet van uw genuanceerde meningen en dat is natuurlijk alleen maar goed, maar mij kunnen dit soort onderwerpen als lesveranderingen in het vak Nederlands niet concreet genoeg zijn om een goed beeld te krijgen wat betrokkenen nu precies voor ogen hebben. Ik weet alleen dat de vakgenoten meer nadruk op schrijfvaardigheid willen leggen en dat ook getoetst zouden willen zien in het centraal examen, daar pleitte u in 2016 op deze blog ook al voor, nota bene als een extra centraal examen schrijfvaardigheid naast de toetsing van de leesvaardigheid. Maar net als de recente nota van Levende Talen ook over het toetsen van schrijfvaardigheid gaat, is het me – helaas – niet concreet genoeg hoe dat voor leerlingen in de klas wordt uitgewerkt. En is het dan echt zo slecht gesteld met het onderwijs Nederlands op de middelbare school?
En u zit dan op één een lijn met de regering over de verengelsing, maar dan teken ik er wel bij aan dat het kabinet er eigenlijk geen standpunt over heeft, de discussie en keuzes laten ze over aan de universiteiten en hoge scholen.
En tot slot, ik richt me nu tot u, want inmiddels bent u zelf ook wel het boegbeeld geworden van de Neerlandistiek! 🙂
Marc van Oostendorp zegt
In Nederland is het zo geregeld dat de eindexamens centraal zijn, maar de voorbereiding erop aan de school wordt overgelaten. Verschillende uitgevers hebben verschillende methoden, en scholen kunnen daar vrij uit kiezen (sommige scholen experimenteren ook met werken zonder zo’n methode, zodat de leraren zelf bepalen waar de stof vandaan komt). Ik denk niet dat er iemand is die daaraan wil tornen. Maar daarom houdt een voorstel voor een verandering in het eindexamen dus ook niet in dat het gekoppeld gaat aan een voorstel om te veranderen hoe dat op school wordt aangepakt. Dat kunnen de scholen en de uitgevers zelf bepalen, zolang natuurlijk niet het onmogelijke wordt gevraagd.