Uit De klaverknoop, de pas verschenen nieuwe bundel van Paul Demets.
Wachter
Door de zon horen we ons op ons gemak te voelen.
Zo overgoten kan het bos niet anders
dan bestaan. Is de middag de weg kwijt,
geef ik het te eten. Het slikt, wordt volmondig
de lippen gelest, neemt voetstoots het schoeisel aan
dat ik gesp. Het voelt mijn hand als slacht.
Gebladerte glimt en doet de schaduw
vergeten die over zijn schouder valt.
Bedstro, anemoon: natuur bedekt het niet.
Het bestieren van zijn dag neemt elke beweging
in beslag. De lucht die het ademt onder dit dak
is ook de mijne waarin ik ben geboren. Dan dringt het
tot mij door. Het wil lopen, in mij verloren.
Paul Demets (1966)
uit: De klaverknoop (2018)
———————————–
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter