Door Els Stronks
Ik stelde me voor hoe een eindexamen Nederlands lees-, schrijf-, analyse- en interpretatievaardigheden én vakinhoudelijke kennis kan toetsen. Zoiets is in theorie slecht of misschien zelfs helemaal niet voorstelbaar, maar wie weet kan het in de praktijk wel? Ik maakte een voorbeeld om de discussie op gang te helpen. Vakinhoudelijke kennis is daarin geordend volgens de vier perspectieven van het Meesterschapsteam Nederlands, de keuze voor de vaardigheden is gebaseerd op voorstellen van Curriculum.nu. Twee kandidaten die op 11 mei eigenlijk hun examen Nederlands zouden doen, waren bereid het alternatieve examen te maken en zo een kleine proef op de som te nemen. Ze waren binnen de 3 uur klaar.
Mijn ideale examen staat hier; de antwoorden van de eindexamenkandidaten staan hier,
(Dit is het slot van onze alternatieve examendag.)
Ronald V. zegt
Ik lees ergens:
– Schrijf een Instagramgedicht over Corona dat jouw gevoelens Qjdens de lock down beschrijZ.
Instagramgedichten zijn korte gedichten die gedeeld worden via Instagram. Let bij het
schrijven op:
• bij Instapoëzie gaat het vooral om toegankelijkheid: de teksten moeten
‘instantly’ (meteen) begrepen kunnen worden;
• het gedicht bestaat uit maximaal 30 woorden (zodat het in het Instagramvierkantje past). –
Mijn weinige haren rijzen ten berge. Alsjeblieft, maak de leerlingen niet wijs dat een kleine verzameling onderbuikkretologietjes iets heeft te maken met poëzie.
Maar maandag gehaktdag:
Mijn weinige haren
rijzen ten berge.
Alsjeblieft,
maak de leerlingen niet wijs
dat een kleine verzameling
onderbuik-
kretologietjes
iets
heeft te maken met
po-
ë-
zie.
Casper de Weerd zegt
Met enige verbazing naar dit examen gekeken. Kennelijk is het niveau van het onderwijs vele malen hoger dan in mijn tijd. Ronduit ergerlijk is dat het den Uyl citaat in de eerste opgave merkwaardige tikfouten bevat. Het is overigens voor mij de vraag of iemand geboren in 2002 enig benul heeft van de toestand in de wereld in 1973.
Melchior Vesters zegt
Nee hoor, het onderwijsniveau is tegenwoordig helemaal niet vele malen hoger. We weten allemaal van de immer dalende leesvaardigheid van Nederlandse jongeren, van de ontlezing, van de catastrofale vernieuwingen als het Nieuwe Leren en bovenal van de uitholling van de kennisbasis van jonge leraren…
Het examen dat u hebt gelezen, is een droom van een hoogleraar. Een prachtige fantasie, waar veel tijd in zit. Niettemin gedoemd om altijd een fantasie te blijven, zolang er niet eerst een radicale pedagogische en zelfs ideologische (anti-utilitaire) discussie wordt gevoerd om de status van vakkennis – en de docent als expert – op te vijzelen, gevolgd door herstel van vakkennis in het curriculum van lerarenopleidingen.
Ik vind het prima dat hoogleraren het vakgebied nu tamelijk samenhangend en overzichtelijk zijn gaan bezien vanuit vier perspectieven, maar zolang de academie zich niet openlijk durft te mengen in de politieke strijd – tégen het SLO-beleid van de afgelopen decennia, en AAN DE ZIJDE van vakinhoudelijk sterke, pedagogisch autonome leraren – zal er van inhoudelijke verbetering nooit wat terechtkomen. Maar nogmaals: dit examen is echt een mooie droom.
Els Stronks zegt
Dank, Melchior. Zoveel tijd kostte het maken van dit alternatief niet (ik had er wel iets meer tijd voor moeten nemen gezien de typefoutjes; de redactie heeft gelukkig inmiddels een versies geplaatst waar de ergste uitgehaald zijn). We moeten namelijk ook tijd overhouden voor de ‘strijd’, zoals jij dat noemt, en voor contact met leraren om wie dit allemaal draait. Doen we ook!
Irina zegt
Ieks ik vind meteen al een typefout (“7,5 miljoen Nederlands” in plaats van “Nederlanders”). Maakt het natuurlijk niet minder interessant.
Irina zegt
Als jongelui van ~18 jaar dit kunnen, petje af! Voor de jongelui en voor hun leerkrachten.
Heleen Rutgers zegt
Petje af, Els Stronks!
Ook fijn (en een klus!) dat de antwoorden zijn uitgewerkt, dat maakt meer duidelijk over de gedachte achter de opgaven.
Wel erg sterk gericht op het ene onderwerp…
Hoewel het leesvaardigheid blijft in dit examen, zijn alle teksten, op het Insta-gedicht na, bedoeld voor mondelinge overdracht. Het was ook een mogelijkheid geweest om in een opgave schriftelijke communicatie te vergelijken, bijvoorbeeld voorlichtingsfolders over aids (1987) en de huidige coronavoorlichting op websites en bij winkels.
Opgave 1D had ik de uitwerking formeler verwacht, echt in stappen die elkaar in strikte volgorde opvolgen. Vergelijkbaar met programmeercode, zoals ik ze ook ken uit de fonologie. Een leuke opgave waar je de meer exacte leerlingen (N-profiel) mee tegemoet komt.
Van opgave 4B vraag ik me af of het thuishoort bij het vak Nederlands, al is er ontegenzeggelijk een overlap met vakken al maatschappijleer, geschiedenis en filosofie. (Ik hoor de leerlingen uit een 5 havo NT/NG-klas nog verzuchten toen we aan literatuurgeschiedenis begonnen: “Ik heb geschiedenis niet voor niets laten vallen!”)
Het zou aardig zijn geweest als er nog een technisch taalkundige analyse in had gezeten, vergelijkbaar met wat er in een aantal opgaven voor de Olympiade Nederlands zat. Bijvoorbeeld iets met het vormen van samenstellingen met ‘corona’, vergeleken met een taal die dat anders doet dan het Nederlands, bijvoorbeeld Romaanse talen?
Je ziet, ik raak wel geïnspireerd door dit alternatieve examen!
Els Stronks zegt
Goede punten, geven stof tot nadenken!