De sluwe Reinaert de Vos heeft al eeuwenlang een plek in ons collectieve geheugen. Verhalen over zijn vossenstreken behoren tot de canon van het Middelnederlands. Ik leerde op de middelbare school dat rond 1250 een Vlaamse monnik genaamd Willem, die Madocke makede, het gedicht Van den vos Reinaerde schreef. We weten we nauwelijks iets van deze Willem, maar zijn tekst, die een stuk bloederiger en wreder was dan de Franse fabels die hem inspireerden, is de oer-Reinaert geworden.
Het boek Reynard the Fox, een hervertelling ervan in het Engels, is in 2020 prachtig uitgegeven door de Bodleian Library. Het is het product van nog meer omzwervingen en vertalingen: in 1481 stak Reinaert de Noordzee over, in een prozavertaling van de Engelse textielhandelaar William Caxton, getiteld The hystorye of Reinard the foxe, done into English out of Dutch. Zijn versie was levendig en geestig, en is nu dus in uitgebreide vorm opnieuw verteld door kunsthistorica en schrijfster Anne Louise Avery.
Slapstick-achtige scenes
Caxton was niet zomaar iemand: hij was degene die in 1476 als eerste een drukpers naar Engeland verscheepte, en in Londen de nieuwe technologie te gelde probeerde te maken. Zijn Reinard the foxe werd inderdaad een enorme bestseller. Het interessante is dat Caxton’s Engels nogal ongewoon was. Door zijn dertigjarige verblijf in de lage landen was dat vernederlandst. Zijn verhaal is herschreven als onderdeel van het project North Sea Crossings, waar o.a. historisch letterkundigen Ad Putter en Sjoerd Levelt bij betrokken zijn. Dat is een meesterzet, omdat dit boek in een klap voor een breder publiek duidelijk maakt hoezeer de Lage Landen en Engeland in culturele zin verbonden waren in de late middeleeuwen en de vroegmoderne tijd, vooral door de intensieve handelscontacten.
Maar dat dit boek zo’n triomf is, is allereerst te danken aan de verbeeldingskracht, het grondige onderzoek en het virtuoze taalgevoel van Anne Louise Avery. Zij heeft een fantasiewereld gecreëerd die ze heel precies plaatst in het Vlaanderen van de late middeleeuwen. Het zomerse landschap wordt in lyrische termen beschreven: de vossen, dassen, leeuwen en apen in dit boek bewegen zich door een arcadië dat nog niet door mensen is verpest, maar waarin tegelijkertijd ook gewoon op het land gewerkt moet worden (voornamelijk door schapen en hazen, ‘in heavy wooden klompen’). Met overduidelijk plezier beschrijft Avery voedsel, kleding, uiterlijk en karakter van de dieren. Zo komen ze tot leven, in bij vlagen hilarische en slapstick-achtige scenes.
Self-made monkey
Het verhaal is bekend: Reinaert steelt, doodt, liegt en bedriegt. Eén voor één doen de dieren hun beklag bij Koning Nobel. Hij stuurt boodschappers om Reinaert aan het hof te gebieden. Tybeert de Kater en Bruin de Beer keren gehavend terug van hun missie, Reinaert lokte ze in de val door te appeleren aan hun ijdelheid en hebzucht. Uiteindelijk weet Reinaerts vriend Grimbeert de Das hem mee te tronen naar het Gravensteen in Gent, waar vorst Nobel hof houdt. De galg dreigt, maar Reinaert is een woordkunstenaar: hij weet de zaken zo voor te stellen dat hij weer vrijuit gaat, en als pelgrim naar Rome kan vertrekken. Dit boek leest als een satire op de maatschappij, maar is minstens zozeer een bespiegeling over waarheid en leugen, over de kracht van woorden en verhalen, en over goedgelovigheid en vergevingsgezindheid.
Avery’s precieze historisering van de fabels werkt prikkelend. Het dierenrijk onder Nobel de Leeuw leeft gewoon temidden van een mensengemeenschap, en katten lopen in de stad gerust een mensenherberg binnen om een gebakken vis en een schotel room te bestellen. De dierenlevens zijn ook gesitueerd in de geleerdencultuur van die tijd. Tybeert de Kater is een filosofieprofessor uit Leuven, groot kenner van Boëthius. En Botsaert, de secretaris van Koning Nobel, is een ‘self-made monkey’ uit Montreuil-sur-Mer. Hij groeide als wees op bij de monniken in de Abdij van Saint-Walloy, waar hij vloeiend Frans, Grieks, Latijn, Arabisch, Hebreeuws, Engels, Aramees en Nederlands leerde, naast nog een dozijn andere talen waar zijn confraters nog nooit van gehoord hadden.
Trauma
Naast dit soort achtergrondinformatie verrijken ook de voetnoten het verhaal met een extra laag informatie. Avery geeft ons de recepten van de kruidenwijn van Koning Nobel, en van Reinaerts favoriete gevulde eieren (met kruidnagel en saffraan). Als Reinaert naar Rome wil gaan om zijn excommunicatie door de Paus terug te laten draaien, geven de dieren hem reisadvies dat blijkens een voetnoot ook te vinden is in de reisverhalen van William Wey. Avery vermeldt daarnaast dat de pauselijke bul met Reinaerts excommunicatie is bewaard in de Vaticaanse Apostolische Archieven, (Vulp. Lat. 1512), ‘a little stained and folded, but intact’, interessant – maar wacht even, dat kan natuurlijk helemaal niet! En zo wordt ook de lezer op het verkeerde been gezet in een spel met feit en fictie.
Dit boek is geen hertaling in de zin van een modernisering van het verhaal, zowel taal als handeling zijn juist nadrukkelijk historisch. Toch slaagt Avery er in hier en daar op een spannende manier het verhaal naar onze tijd toe te trekken, door een aantal nieuwe accenten aan te brengen. Alle personages hebben in dit boek een uitgebreide achtergrond gekregen, en vooral bij de vrouwelijke personages maakt dat een groot verschil. In de klassieke vertellingen zijn zij bijfiguren. Maar hier leren we Vrouwe Hermeline, de vrouw van Reinaert, kennen als een van de beroemdste geleerden uit haar tijd, een filoloog, die in haar torenkamer zit te zwoegen op vertalingen van Abū Bakr Muhammad ibn Zakariyyā al-Rāzī’s alchemistische geschriften, en die aan Tybeert verschijnt in prachtig geborduurde filosofische gewaden om met hem te discussiëren over de vrije wil. Koningin Gente de Leeuw is een belangrijk adviseur van Koning Nobel, en vist graag in haar vrije tijd. Zij heeft een zwak voor Reinaert, die zij met een psychologiserende blik bekijkt. Als hij onder de galg trillend staat te pleiten voor zijn leven vermoed ze medelijdend dat hij ooit een trauma heeft opgelopen. Dat had ze ook gezien bij familieleden, ‘kin-lions’ die nooit meer dezelfde werden na hun oorlogservaringen. En vooral de tragische figuur van Vrouwe Hersinde de Wolf, gemalin van Reinaerts aartsvijand Isengrim, weet de lezer te raken. Als slachtoffer van Isengrims geestelijke en lichamelijke mishandeling weet ze hem uiteindelijk te ontvluchten, met hulp van Reinaert en koningin Gente. Haar vlucht is het enige punt waarop Avery de originele verhaallijn heeft aangepast.
Omgekeerde reis
Het Engels is prachtig, hier en daar bewust archaïsch, maar Avery heeft ervoor gezorgd dat het overal goed te begrijpen is voor de lezer van nu. Zoals te verwachten is, valt er voor de liefhebber van de Nederlandse taal veel te genieten in dit boek. Avery heeft Caxton’s neerlandicismen erin gehouden, en zelfs nog extra Nederlands toegevoegd uit Willem’s versie uit 1250. De verteller roept de lezer toe: ‘Nu hoert! Now hear! (As they say in the Low Countries.)’. Grimbeert is een ‘dass’, of ‘dasse’, door zijn vriend Reinaert ook wel liefkozend ‘mine lieve das’ genoemd. Dingen zijn ‘glat’ in plaats van smooth, een boot is een ‘schuyt’, een vissengraat een ‘grate’, en zich wentelen is hier ‘wentling’. Ook eten de dieren ontbijtkoek en waterzooi (dat laatste ooit uitgevonden door Grimbeert toen hij veel vis gevangen had). De betekenis van vreemde woorden kan overigens worden opgezocht in ‘Lady Hermeline’s Glossary’ – de geleerde vrouwe is zo goed de lezer met haar schier encyclopedische kennis te ondersteunen in het navigeren tussen de verschillende talen.
Dit boek was een van de verrassendste leeservaringen die ik in lange tijd gehad heb. Al is het door de Brexit haast moeilijker deze Reinaert uit Engeland de Noordzee over te krijgen dan het voor Caxton moet zijn geweest om de omgekeerde reis te maken, dit boek is zeer de moeite van het bestellen en lezen waard.
Reynard the Fox, Retold by Anne Louise Avery (Oxford: Bodleian Library 2020). Bestelinformatie bij de uitgever.
christiaan hemelaer zegt
Vorig jaar Reynard the Fox meteen gekocht in de (Standaard)boekhandel in Schelle zowaar ( tussen Antwerpen en Boom ). Alleen al de fluweelzachte omslag van het boek (zou de pels van vosjes net zo zacht aanvoelen?) bezorgt je een heerlijk gevoel. En dan moest het lezen nog beginnen…
Christiaan Hemelaer
Reinier Salverda zegt
Zie ook:
Elsa Strietman, ‘Reynard Once and Future Fox’, in: Dutch Crossing, Journal of Low Countries Studies 45 (2021). issue 1, p. 93-94
en
Reinier Salverda, ‘Reynard the Fox on the Prowl Again’, in: The Low Countries 11 March 2021.
Dirk Steyaert zegt
Ik heb het laten aankopen door vrienden in Engeland, die het mij dan hebben laten bezorgen als pakje op mijn adres.