• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Etymologica: hoe basaal zijn Nederlandse uitleenwoorden?

26 juli 2021 door Nicoline van der Sijs Reageer

In Nederlandse Woorden Wereldwijd (NWW) uit 2010 heb ik zoveel mogelijk Nederlandse leenwoorden in andere talen, zogenoemde uitleenwoorden, verzameld. Ik kwam op een aantal van 17.560 Nederlandse woorden die aan 138 talen zijn uitgeleend. De complete database hiervan staat op internet als Uitleenwoordenbank. De meeste Nederlandse woorden vond ik, niet verrassend, in talen gesproken in vroegere Nederlandse koloniën (Indonesische talen, Surinaamse talen, Papiaments), maar het aantal is ook substantieel in buurtalen (Fries, Engels, Frans, Duits).

De vraag is echter wat dit betekent: wat voor begrippen zijn overgenomen uit het Nederlands en gaat het daarbij om ‘basale’ begrippen, begrippen die behoren tot de basiswoordenschat van iedere taal, of om woorden in de periferie van de woordenschat: woorden met een specifieke betekenis en beperkt gebruik, bijvoorbeeld alleen binnen de wetenschap, ambtenarij of een bepaald jargon zoals de zeevaart of de landbouw?

World Loanword Database

Om die vraag te beantwoorden heb ik de gegevens uit NWW vergeleken met die in de World Loanword Database, die onder redactie van Martin Haspelmath en Uri Tadmor in 2009 beschikbaar is gekomen. De WOLD bestaat uit 1460 begrippen die zijn vertaald in 41 talen; bij ieder vertaald woord is toegevoegd of dit een leenwoord is of niet. De begrippen zijn gebaseerd op The Intercontinental Dictionary Series, die specifiek is opgezet om lexicale vergelijkingen tussen talen van over de hele wereld mogelijk te maken. De begrippen vormen samen dus de basiswoordenschat van talen. De opgestelde begrippenlijst is niet taal- of cultuurgebonden, en aanzienlijk uitgebreider dan de bekende lijst van circa tweehonderd begrippen van Morris Swadesh, waarvan het doel is historische verwantschappen tussen talen te achterhalen. De WOLD-begrippen zijn verdeeld over 24 semantische velden, zoals de natuur, het lichaam, voedsel en drank, kleding, het huis, landbouw, tijd, emotie, waarneming, taal, sociale relaties, oorlog, wet, geloof en de moderne wereld.

De 41 talen die zijn beschreven in de WOLD, zijn verspreid over alle continenten en behoren tot alle taalfamilies. Er zitten ook diverse inheemse talen bij in onder andere Afrika, Australië en de Amerika’s; met die talen heeft het Nederlands in het verleden meestal geen contact gehad. Van de 41 talen die in de WOLD, zijn beschreven, komen er tien óók voor in NWW: die tien talen bevatten dus Nederlandse leenwoorden. In Tabel 1 staan ze opgesomd; in de tweede kolom staat hoe groot het percentage leenwoorden in de WOLD is van alle begrippen in de genoemde taal (ongeacht de brontaal). De percentages leenwoorden blijken per taal aanmerkelijk te verschillen.

Taal% leenwoorden in de WOLD
Chinese1,2%
Kali’na (Karaïbisch)14,0%
Malagasi17,5%
Swahili27,8%
Indonesisch34,0%
Japans34,9%
Saramakkaans38,3%
Engels41,0%
Roemeens41,8%
Tarifiyt Berber51,7%

Tabel 1. Talen die zowel in Nederlandse Woorden Wereldwijd (NWW) als in de WOLD voorkomen

Een vergelijking

In Tabel 2 staat van de genoemde tien talen hoeveel Nederlandse leenwoorden ze bevatten in NWW en in de WOLD (via https://wold.clld.org/language/12#donor). Op basis van die twee gegevens kun je berekenen hoeveel procent van de uitleenwoorden behoren tot de basiswoordenschat en hoeveel tot de perifere woordenschat: het percentage dat behoort tot de basiswoordenschat staat gelijk aan het aantal leenwoorden uit de WOLD gedeeld door een honderdste (= 1 procent) van de Nederlandse uitleenwoorden uit NWW; de overige uitleenwoorden uit NWW behoren per definitie tot de perifere woordenschat. De twee percentages zijn ingevuld in de vierde en vijfde kolom van Tabel 2.

TaalAantal Nederlandse uitleen-woorden NWWAantal Nederlandse leenwoorden WOLD% uitleen-woorden behorend tot basiswoordenschat% uitleen-woorden in de perifere woordenschat
Indonesisch55601392,597,5
Engels1294221,798,3
Japans42581,998,1
Saramakkaans34414843,057,0
Karaïbisch5459,390,7
Tarifit Berber8112,587,5
Roemeens700100
Chinees200100
Swahili200100
Malagasi111000

Tabel 2. Hoeveelheid Nederlandse leenwoorden in Nederlandse Woorden Wereldwijd (NWW) en in de WOLD, en percentages basiswoordenschat en perifere woordenschat

De top 5

Uit NWW blijkt dat van alle talen het Indonesisch verreweg de meeste Nederlandse uitleenwoorden bevat. Uit de WOLD-gegevens blijkt dat daarvan slechts 2,5 procent tot de basiswoordenschat behoort (zoals dokter, glas, oven en pan). Hoewel in het Engels ongeveer driemaal zoveel Nederlandse uitleenwoorden zijn terechtgekomen als in het Japans, liggen de percentages die daarvan tot de basiswoordenschat behoren, dicht bij elkaar: 1,7 respectievelijk 1,9 procent, en dat ligt ook niet heel ver af van het percentage van 2,5 in het Indonesisch.

Heel anders staat dat met het Saramakkaans. Het Saramakkaans is een creooltaal die wordt gesproken in Suriname en die is gebaseerd op Engels en/of Portugees. Van de Nederlandse leenwoorden in het Saramakkaans behoort maar liefst 43 procent tot de basiswoordenschat (denk aan hark, kaas, tand, wolk en zee). Daarbij is het interessant om erop te wijzen dat volgens de WOLD het totale percentage leenwoorden in de basiswoordenschat van het Engels, Japans, Indonesisch en Saramakkaans ongeveer gelijk is en ligt rond de 36 procent (zie Tabel 1). Alleen voor het Saramakkaans geldt dat het Nederlands een groot deel, bijna de helft, van die 38 procent leenwoorden levert: bij de andere talen is het aandeel Nederlandse woorden zeer beperkt.

Een tussenpositie wordt ingenomen door het Karaïbisch (in de WOLD Kali’na genoemd): dit is een inheemse taal uit Suriname die al werd gesproken voordat Europeanen zich in Suriname vestigden. Het percentage Nederlandse leenwoorden in deze taal is 9,3 – veel lager dan in het Saramakkaans, maar aanzienlijk hoger dan in het Engels, Indonesisch en Japans. De WOLD noemt als vijf Nederlandse uitleenwoorden in het Karaïbisch amandel, brandewijn, hark, pijp en spiegel.

Top 6 tot en met 10

Over de vijf talen met het minste aantal Nederlandse leenwoorden vallen weinig conclusies te trekken, doordat het aantal woorden in zowel NWW als de WOLD zeer gering is. De basiswoordenschat uit de WOLD bevat voor Roemeens, Chinees en Swahili geen enkel Nederlands leenwoord, dus de paar Nederlandse uitleenwoorden uit NWW behoren allemaal tot de perifere woordenschat. Het gaat voor het Roemeens om de uitleenwoorden atlas, flenter (> Roemeens fleand(u)ră ‘gescheurd kledingstuk, vod’), inpolderen, jacht, mops, polder en Vlaams ( > Roemeens felendreş ‘fijne stof uit Vlaanderen’). In het Swahili zijn pas op en Vlisco als stofnaam geleend. In het Chinees tot slot zijn pacht en akker als oppervlaktemaat direct uit het Nederlands geleend, maar die komen alleen voor in het Taiwanese Hokkien en niet in het Mandarijnen-Chinees van de WOLD.

Voor het Malagasi en het Tarifit (of Riffijns) Berber bevat de basiswoordenschat uit de WOLD één Nederlands leenwoord: voor het op Madagaskar gesproken Malagasi is dat ook het enige Nederlandse uitleenwoord; het gaat om (wind)buks. Voor het Tarifit Berber gaat het om thee. Daarnaast vermeldt NWW nog zeven andere uitleenwoorden in het Tarifit Berber die allemaal slechts lokaal bekend zijn: de oude leenwoorden konijn en schipper, en de jonge leenwoorden asbak, illegaal, kast, lief(je) en schoonmaak, die zijn geïntroduceerd door Marokkanen die vanaf de jaren zeventig in Nederland werkten en remigreerden.

Conclusie

Je zou verwachten dat het percentage Nederlandse leenwoorden in de basiswoordenschat gerelateerd is aan het totale aantal Nederlandse leenwoorden in een taal, dus hoe meer Nederlandse leenwoorden een taal heeft overgenomen, des te meer er in de basiswoordenschat zitten. De hoeveelheid leenwoorden zegt immers iets over de mate en intensiteit van het taalcontact. Toch blijkt die verwachting niet uit te komen: het percentage Nederlandse leenwoorden in de Indonesische, Engelse en Japanse basiswoordenschat is vergelijkbaar en laag, terwijl het totale aantal leenwoorden sterk verschilt en in het Indonesisch zeer groot is, meer dan 5500. De meeste Nederlandse leenwoorden behoren dus tot de perifere woordenschat.

Een uitzondering vormen het Saramakkaans en in iets mindere mate het Karaïbisch. Hoewel het aantal Nederlandse leenwoorden in beide talen relatief beperkt is, behoren die wel vaker tot de basiswoordenschat. De verschillen in percentage moeten wel teruggaan op sociolinguïstische omstandigheden: Saramakkaans en Karaïbisch worden gesproken in de meertalige Surinaamse samenleving waar ook Nederlands en Sranantongo (met veel Nederlandse leenwoorden) een belangrijke rol spelen, en waar Nederlands in het onderwijs en bij de overheid een dominante positie bekleedt. In die multiculturele context zijn Nederlandse leenwoorden onderdeel geworden van de basiswoordenschat van het Saramakkaans en Karaïbisch – wellicht ook van het Sranantongo, maar die taal ontbreekt helaas in de WOLD. Zo’n positie nam het Nederlands niet in tegenover het Engels, en evenmin tegenover het Indonesisch en Japans: in Indonesië en Japan kende slechts een kleine bovenlaag van de bevolking Nederlands en het Nederlands speelde in de rest van de maatschappij slechts een geringe rol. Vandaar dat de meeste Nederlandse leenwoorden in die talen perifeer bleven.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel, Uitgelicht Tags: Etymologica

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Willem Bilderdijk • Vertalen

Geloof my vry, wat andren snoeven;
Die d’ echten smaak en geur wil proeven,
Drink’ uit de oorspronkelijke flesch!

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

JUNI ’57

Met niets meer bij me dan het te vlug geleefde,
nog in de flarden van haar vertrek gekleed,
loop ik het land op om naar de lucht te kijken
en hoe mijn liefde allengs in niets meer leek
op die voor haar.

Het is een juninacht – de kortste nacht
bijna. Ik voel met mijn hoofd het hooi van de opper
waartegen ik zit. Ik zie een blijvende
zonsondergang boven een vuurtorenlicht
en weinig sterren.

Bron: Spinroc en andere verzen, 1958

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 juli 2025: Boekpresentatie ‘Een nieuw geluid’

2 juli 2025: Boekpresentatie ‘Een nieuw geluid’

21 juni 2025

➔ Lees meer
26-29 juni: Dichters in de Prinsentuin 2025

26-29 juni: Dichters in de Prinsentuin 2025

18 juni 2025

➔ Lees meer
Een rijk leven: afscheidsrede Johan Koppenol, VU Amsterdam

Een rijk leven: afscheidsrede Johan Koppenol, VU Amsterdam

17 juni 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

sterfdag
1991 Cornelis Stutterheim
➔ Neerlandicikalender

Media

De structuur van wetenschappelijke artikelen

De structuur van wetenschappelijke artikelen

21 juni 2025 Door Marc van Oostendorp 1 Reactie

➔ Lees meer
Het culturele landschap van Frits van Oostrom

Het culturele landschap van Frits van Oostrom

19 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De internationale positie van het Engels

De internationale positie van het Engels

14 juni 2025 Door Marc van Oostendorp Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d