• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Avontuurlijk lezen

13 oktober 2023 door Jan de Putter 1 Reactie

De proloog van Van den vos Reynaerde herbeschouwd

Als Frits van Oostrom de uitdrukking ‘met alle respect’ of ‘respectabel’ gebruikt, wordt hij kritisch. Op pagina 480 van zijn nieuwe boek De Reynaert. Leven met een middeleeuws meesterwerk, is deze uitdrukking te lezen in de verantwoording van de nieuwe editie van het middeleeuwse verhaal, die hij samen met Ingrid Biesheuvel maakte. Daar bekritiseert hij de keuze van zijn voorgangers om zo strikt mogelijk het Comburgse handschrift te volgen. Dit typeert hij als weliswaar ‘verantwoord en veilig’, ‘een respectabele keuze’, maar ook als ‘een beetje een zwaktebod’ en dan herhaalt hij het pejoratieve woord ‘veilig’ voor de tweede keer om aan te geven dat dit een zouteloze aanpak is die de Reynaert ‘lafjes’ doet smaken. De vaststelling dat de Reynaertkopiisten redelijk (mijn cursivering) tekstvast zijn, rechtvaardigt om veel meer dan gebruikelijk het Comburgse handschrift te emenderen naar het Dyckse handschrift. Steeds proberen zij af te wegen wat de beste variant is.

Het is moeilijk om iets in te brengen tegen zoveel retorische krachtpatserij, maar ik geloof dat Comburg en Dyck twee verschillende versies van de Reynaert zijn. Uit een aantekening op het schutblad van Dyck weten we dat uit de Reynaert jonge edelen konden leren wat eer betekende. (p. 358) Een aantal van de varianten in Dyck zullen dan ook bewuste ingrepen geweest zijn om de tekst op maat te snijden voor jongeren die gewaarschuwd moesten worden voor de machinaties van de wereld van volwassen.

Vergeleken met hun directe voorganger, de uitgave van André Bouwman en Bart Besamusca uit 2002, hebben Van Oostrom en Biesheuvel fors ingegrepen. Hun editie volgt het Dyckse handschrift dat in hun opvatting een beter beeld van de oorspronkelijke proloog geeft. (p. 123, maar vergelijk p. 475). De emendaties naar Dyck die Van Oostrom en Biesheuvel toevoegen in de verzen 4-8 brengen de tekst echter niet dichter bij de oorspronkelijke tekst dan vorige editeurs deden, zo wil ik in het onderstaande duidelijk maken.

De verzen 4-8 in het Comburgse handschrift. In alle kritische uitgaves is ‘Willem’ naar het Dyckse handschrift geëmendeerd in ‘Arnout’.
De verzen 4-8 in het Dyckse handschrift.

De editie van Bouwman en Besamusca is gelijk aan die van Frank Lulofs uit 1983, al verschilt de interpretatie van de verzen bij Bouwman en Besamusa van die van Lulofs door een wat andere theoretische insteek.

Lulofs vs 4-8
Bouwman en Besamusca vs 4-8  
dat die avonture van Reynaerde in Dietsche
onghemaket bleven -die Arnout niet hevet vulscreven
– dat hi die vijte dede soucken  
Van Oostrom en Biesheuvel vs 4-8
dater ene avonture van Reynaerde in Dietsche was
onghemaket bleven -die Aernout niet en hadde
bescreven– dat hi die vijte dede soucken

De versie van Lulofs, die Comburg zo strikt mogelijk volgt, maakt door de pittiger stijl een meer authentieke indruk. In Dyck zijn de verzen wat omslachtiger geformuleerd wat duidt op een aanpassing. Bouwman en Besamusca lezen ‘onghemaket bleven’ als ‘ongemaakt bleven’. De meesterfiloloog Frank Lulofs leest het echter als ‘niet afgemaakt bleven’. In zijn editie legt Frank Lulofs nog uit dat het voorvoegsel ‘ghe-’ aangeeft of iets voltooid is. ‘Onghemaket’ is dus geen voltooid deelwoord, maar een bijvoeglijk naamwoord. Van Oostrom en Biesheuvel volgen het Dyckse handschrift. Daar is door het toevoegen van het hulpwerkwoord ‘was’ het bijvoeglijk naamwoord ‘onghemaket’ veranderd in een moderner voltooid deelwoord. De betekenis verandert dan van ‘niet afgemaakt’ in ‘helemaal niet gemaakt’. Ook ‘hevet vulscreven’ klinkt pregnanter dan ‘hadde bescreven’. In het laatste geval is één avontuur niet geboekstaafd, terwijl volgens Comburg Arnout niet alle avonturen van Reynaert heeft opgeschreven.

In vers 4 staat in het Comburgse handschrift ‘die avonture’ (mv) en in het Dyckse ‘ene aventure’. Uit de twee tekstvarianten kiezen Van Oostrom en Biesheuvel die uit het Dyckse. Hierin volgen zij de grote Reynaerdist J.W. Muller die in zijn Critische Commentaarminutieus alle verzen uit het Comburgse handschrift vergeleek met de andere handschriften. In vers 4 emendeert hij ‘die avonture van Reynaerde’, naar ‘eene avonture’, zoals in het Dyckse handschrift staat en wat aansluit bij ‘dese avontuere’ in vers 31. Die keuze verantwoordde hij met de redenering dat met ‘eene avonture’ een geschiedenis wordt bedoeld die verwijst naar de eerste branche Le Plaid van de Roman de Renart, die vervolgens schertsend aangeduid wordt als een heiligenleven, een ‘vite’. Deze interpretatie neemt Van Oostrom over: ‘het speet Willem zeer dat een (mijn cursivering) avontuur van Reynaert onverteld was gebleven, dat Arnout niet had beschreven’, vertaalt hij vrij. (p. 132). De opvatting van Muller dat de Reynaert een parodie zou zijn op de ridderroman, is nergens te vinden in het boek van Van Oostrom en Biesheuvel. De enige knipoog in de proloog zou het woordje ‘vite’ zijn. Van Oostrom noemt dat weer een goede grap. ‘Een heiligenleven van een galgenbrok!’ Het publiek kon zich verheugen op het tegendeel. (p. 145-146). Ik vermoed dat Van Oostrom en Biesheuvel hebben gekozen voor ‘ene avonture’ om zich af te zetten tegen de interpretatie van Bouwman.

In hun editie emenderen Bouwman en Besamusca ‘die avonture’ niet. Bouwman interpreteert dit meervoud als een verwijzing naar bij het Vlaamse publiek bekende Franse verhalen uit de Roman de Renart, wat Van Oostrom dan weer te avontuurlijk vindt (p. 384). Lulofs interpreteert ‘die avonture’ als ‘de verschillende verhalen bij elkaar, de geschiedenis van Reynaert’. ‘Vite’ interpreteert Lulofs als ‘heiligenleven’, terwijl Bouwman en Besamusca daar juist weer geen grap in zien. Zij vertalen ‘vite’ neutraal met ‘levensbeschrijving’. De woorden ‘avonture’ en ‘vite’ worden dus verschillend geïnterpreteerd door onderzoekers.

Bij zowel Muller als Bouwman en Besamusca is de keuze om ‘die avonture’ wel of niet te emenderen ingegeven door hun theoretisch perspectief. Muller las het verhaal als een parodie op de ridderroman, vaak ook omschreven als ‘een avonture’. In zijn ogen is de Reynaert een ‘groteske parodie: een transponeren uit den statig-epischen of hoofs-romantischen toonaard van het heldenepos of den ridderroman in de ironisch-comischen van het dierenepos.’ (p. 26. Ed. 1944) De keuze van Bouwman en Besamusca vloeit voort uit Bouwmans opvatting dat de Reynaert betekenis krijgt door het verhaal intertekstueel te lezen met ridderepiek en vooral ook de Roman de Renart. Dat laatste ontlokte bij Joost van Driel ooit de opmerking waarom de dichter dan niet in het Frans schreef. Bovendien relateerde het Vlaamse publiek waarschijnlijk ‘die avonture’ aan eerdere verhalen die ze al kenden en dat zal eerder een orale traditie geweest zijn dan Franse boekenwijsheid.

Of het nu in meervoud is of in enkelvoud, de betekenis van ‘avonture’ is volgens zowel Muller als Bouwman en Besamusca een verhaal over Reynaert. Deze duiding van ‘avonture’ is ook in andere edities terug te vinden en ook Van Oostrom en Biesheuvel conformeren zich hier stilzwijgend aan. (vgl ed. Lulofs en ed. Van Dis). Een minder specifieke interpretatie van het woord is echter heel wel mogelijk.

Het woord ‘avonture’ heeft verschillende in elkaar overlopende betekenissen. Volgens het MNW heeft het woord ‘avonture’ twee hoofdbetekenissen: ‘de gebeurde zaak’, ‘het lotgeval’ én ‘het verhaal van het gebeurde’. Bij die laatste wordt verhaal gedacht aan ridderverhalen. Het lijkt me niet noodzakelijk dat ‘die avonture’ naar ridderverhalen verwijst. In Reinaerts historie is voor ‘avonture’ de variant ‘geeste’ gebruikt, dat ‘daden’ betekent en ontleend lijkt te zijn aan het meervoud ‘avonture’. De wederwaardigheden van Reynaert zijn in zijn levensbeschrijving terug te vinden. Het woord ‘lotgevallen’ legt meer de nadruk op de moeilijkheden waarin de vos geraakt en hoe hij die weet te overwinnen. De ‘lotgevallen’ van Reynaert lijkt mij hier, ook door de combinatie met ‘vite’, de beste vertaling.

Het woord ‘vite’ in het Middelnederlands had namelijk zeker niet de exclusieve betekenis van heiligenleven. En dat gold ook voor het Latijnse equivalent. ‘Vita’ kreeg die specifieke betekenis pas in de negentiende eeuw. ‘Die vite’ betekent niet meer dan ‘het leven’ of ‘de levensbeschrijving’. Het woord kan betrekking hebben op het leven, de levenswijze of levensbeschrijving van om het even welke persoon, zelfs van hypocrieten, blijkt uit bestudering van het woord ‘vite’ in Middelnederlandse teksten. Opvallend is dat het woord gebruikt wordt als er verwezen wordt naar de Roman de Renart alseen tekst met betrouwbare, ware informatie. (hier) Dat is een merkwaardige kwalificatie voor een tekst die niet in het Latijn is en bovendien duidelijk fictie is. De reden zal zijn dat de teksten in de Roman de Renart als superieur beschouwd werden aan de mondeling circulerende verhalen die het publiek al kende.

De verzen van Comburg passen in de overgang van een mondelinge naar een schriftelijke receptie van de Reynaertverhalen. Juist in het midden van de dertiende eeuw werden die verhalen die mondeling circuleerden in een literaire vorm vastgelegd. De Roman van Walewein is een bekend voorbeeld. Volgens de proloog werden er vele verhalen over koning Arthur verteld en heeft de dichter er een geboekstaafd. Hetzelfde is het geval in Van den vos Reynaerde. Aan het mondeling circuleren van Reynaertverhalen twijfelt Van Oostrom niet (p. 136-139). Aangenomen mag worden dat het geïntendeerde publiek al de ‘avonturen’ van Reynaert kende. Het is zelfs zeer wel mogelijk dat het verhaal van de vos die voor het gerecht moest komen bij het publiek al in mondelinge vorm bekend was. We weten dat die verhalen op de actualiteit werden betrokken. (Van Oostrom, p. 162, p. 196-197 en hier)

De verbeten toon van de proloog (vgl. Van Oostrom p. 146) zou wel eens veroorzaakt kunnen zijn doordat het verhaal de concurrentie aan moest gaan met andere Reynaertverhalen die een heel andere strekking hadden. De dichter Willem gaat een bij het publiek uit de orale traditie bekend verhaal vertellen naar de veel betere schriftelijke versie die wel in overeenstemming is met de hoofse waarden van zijn publiek.

De tekst in Dyck daarentegen verwijst niet naar mondeling circulerende Reynaertverhalen. De dichter kent een Reynaertverhaal in een Frans boek dat niet in het Nederlands is vertaald en dat hij nu aan het publiek gaat vertellen. De wijziging van ‘die avonture’ naar ‘ene avonture’ benadrukt veel sterker dan het origineel dat de dichter een bestaand mooi Frans, maar voor zijn middeleeuwse publiek nog onbekend verhaal in het Diets bewerkt heeft. Een dergelijke strategie passen tegenwoordig kinderboekenschrijvers toe die de Reynaert introduceren als een beroemd verhaal dat iedereen moet kennen. Ook de aangepaste verzen 4-8 in Dyck hebben een dergelijke schoolmeestertoon. En de tekst is er niet beter op geworden. Kortom, we kunnen beter vasthouden aan de lezing in Comburg: In Reynaerts levenbeschrijving (‘vite’)  worden zijn ‘avonturen’ verhaald.

Serie Over Reynaert

Het verschijnen van De Reynaert. Leven met een middeleeuws meesterwerk van Frits van Oostrom is aanleiding voor een reeks bijdragen op Neerlandistiek. Lees alle artikelen in deze serie.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel, Uitgelicht Tags: Over Reynaert

Lees Interacties

Reacties

  1. Hugi Soly zegt

    16 oktober 2023 om 11:40

    Heel doordachte en overtuigende kritische beschouwing. Felicitaties!

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

W.L. Penning • Het monster

Doller dan ooit is ’t monster losgebroken,
En menschen worden wilde beesten;
Helsch viert het kwaad zijn gloriefeesten –
Tot de overmacht heeft rechtgesproken

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

HONDSDAGEN

Niet groen rijpt het gras dit jaar,
bomen dragen hun bladeren wit,
het licht is niet uit het veld
te slaan, de dag reikt aan
de dag, in dromen zoeken
de nachten onderdak.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

7 oktober 2025: een cadeautje voor secties Nederlands

7 oktober 2025: een cadeautje voor secties Nederlands

18 juli 2025

➔ Lees meer
19 september 2025: Afscheidscollege Fred Weerman

19 september 2025: Afscheidscollege Fred Weerman

15 juli 2025

➔ Lees meer
1 juli – 15 september 2025: Over de grenzen van het boek

1 juli – 15 september 2025: Over de grenzen van het boek

11 juli 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1949 Jeroen Groenendijk
sterfdag
1963 Jan Naarding
2008 Rein Bloem
➔ Neerlandicikalender

Media

The form of the adjective in Dutch

The form of the adjective in Dutch

20 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De Literaire Letterenshow met Mustafa Stitou en Auke Hulst

De Literaire Letterenshow met Mustafa Stitou en Auke Hulst

19 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Inclusive Dutch: Between Norm and Variation

Inclusive Dutch: Between Norm and Variation

15 juli 2025 Door Redactie Neerlandistiek 3 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d