Een dag als vandaag, waarin iedereen zich volstopt met chocolade-eitjes, is een geschikt moment om eens te kijken naar de herkomst van het woord butterscotch, de harde karamelsoort die vaak aan chocolade wordt toegevoegd.
Indonesië
Dat butterscotch een Engels leenwoord is, zal iedereen duidelijk zijn. Maar sinds wanneer gebruiken we het woord in het Nederlands? Als we dat nazoeken in de historische kranten, blijkt iets interessants. ‘Butter-Scotch’wordt het eerst genoemd in een advertentie uit 1897, waar het woord wordt toegelicht als ‘een fijn soort echt Engelsche Caramels’. Die advertentie verscheen in de Deli courant, gepubliceerd op Noord-Sumatra. In de daaropvolgende jaren wordt het woord vele malen in advertenties vermeld, maar altijd in kranten die gepubliceerd zijn in Indonesië. Vanaf 1918 duikt butterscotch ook op in Nederlandstalige kranten in Suriname en vanaf 1922 wordt het woord incidenteel ook vermeld in Nederlandstalige kranten in de Verenigde Staten.
In Nederlandse kranten komt het woord echter lange tijd niet voor. Weliswaar adverteert de Enschedese handelaar G.J. Seinhorst in 1912 in de regionale krant Tubantia met ‘luxe blikjes Butter-Scotch’ van de ‘Firma Pascall Ltd., London’, maar die advertentie staat geheel op zichzelf. Twaalf jaar later, in 1924, plaatst dezelfde handelaar opnieuw eenmalig een advertentie voor ‘butterscotch’ en ‘butterbons’. Ditmaal blijkt uit de gewijzigde firmanaam ‘Seinhorst’s Koloniaal Warenhandel’ dat de handelszaak speciaal gericht is op de import van producten uit overzeese gebieden. Hieruit kunnen we concluderen dat butterscotch op dat moment in Nederland gold als een uitheems importproduct.
Dat product sloeg in Nederland kennelijk niet aan, want verdere vermeldingen ontbreken. In 1929 werd onder de kop ‘keukengeheimen’ nog wel het recept gegeven van ‘“butterscotch”-pudding’, en in 1937 organiseerde een Nijmeegse ‘grossier in chocolade en suikerwerken’ een campagne voor ‘gevulde butterscotch’ onder de pakkende slogan ‘Dat slaat in!’, maar die campagne sloeg dood in plaats van in.
Verkade
Pas vijftig jaar later dan in Indonesië werd butterscotch in de Lage Landen algemeen bekend. In 1947 introduceerde de bekende koekjes- en chocoladefabrikant Verkade namelijk enkele nieuwe chocoladeproducten, waaronder de ‘Butterscotch reep’ – and the rest is history. Misschien waren de Nederlanders trouwens al aan de smaak gewend geraakt tijdens de bevrijding in 1945, toen de Amerikanen chocolade uitdeelden aan de hongerige bevolking. Dankzij die oorlog gingen de Amerikaanse snoepfabrikanten Forrest Mars en Bruce Murrie in 1941 M&M’s produceren: chocoladesnoepjes die dankzij een suikerlaagje minder snel smolten en dus door de troepen gemakkelijk konden worden meegenomen. Die M&M’s (vernoemd naar de achternamen van de fabrikanten) waren afgekeken van de Engelse smarties, die in 1937 voor de Spaanse burgeroorlog werden vervaardigd.
Na de oorlog gingen supermarkten in de Lage Landen al deze chocoladeproducten verkopen, misschien vanwege het succes van de butterscotch-reep: smarties liggen sinds 1954 in de winkels en mars-repen vanaf begin jaren zestig. M&M’s werden in 1962 geïntroduceerd onder de naam Treets ‘knapperende (sic!) pinda’s in melkchocolade met een huisje van suiker’, iets later gevolgd door de Bonitos zonder pinda. In 1983 werden deze namen gewijzigd in M&M’s Pinda en M&M’s Choco.
Schots?
Waarom noemen de Engelsen het caramelproduct trouwens butterscotch? Op het eerste gezicht lijkt dit woord een samenstelling met de betekenis ‘Schotse boter’. Tegen die verklaring zijn echter enkele bezwaren. Ten eerste is het ongrammaticaal dat het bijvoeglijke naamwoord na het zelfstandig naamwoord staat, maar belangrijker is misschien dat er geen enkele aanwijzing is dat het product oorspronkelijk afkomstig is uit Schotland of daarmee werd geassocieerd – sterker nog: we weten waar de oudste recepten, uit 1847, vandaan komen, namelijk uit het graafschap Yorkshire. Waarschijnlijk is het tweede deel van de samenstelling dan ook het werkwoord scotch, dat onder andere ‘kerven, insnijden’ betekent. De naam zou dan verwijzen naar het in stukjes hakken van het botermengsel nadat het is afgekoeld.
Overzees Nederlands
Uit de geschiedenis van het woord butterscotch in het Nederlands blijkt dat het Engelse woord eerst geleend is in overzees Nederlands, met name in Indonesië en Suriname, en pas daarna bekend raakte in de Lage Landen. Dit is geen incident: tussen circa 1850-1950 sijpelden meer Engelse leenwoorden binnen via continenten waar de contacten tussen het Engels en het Nederlands intensiever waren dan in de Lage Landen. Met name in Azië en Maleisië had (en heeft) het Engels van oudsher een sterke en expansieve positie. Postzendingen tussen Nederland en overzeese gebieden werden dan ook vanaf halverwege de negentiende eeuw – anderhalve eeuw voor de uitvinding van internet – mail, mailbrieven of mailberichten genoemd: die werden door de maildienst op maildag aan- of afgevoerd met mailboten, mailschepen of mailtreinen, en mensen mailden nieuwtjes naar elkaar, die ze schreven op mailpapier.
Niet alleen Engelse leenwoorden, maar ook allerlei (spreektalige) Nederlandse samenstellingen en uitdrukkingen zijn regelmatig eerder genoteerd in overzees Nederlands dan in Europees Nederlands – ik heb daar al eerder op gewezen. Een voorbeeld is de uitroep ‘Is goed!’, die in Suriname veel eerder en vaker voorkwam dan in Nederland. Het zou interessant zijn eens systematisch te onderzoeken welke Nederlandse taalverschijnselen hun oorsprong op andere continenten vonden, al stuit zo’n onderzoek op allerlei praktische problemen. De geschiedenis van butterscotch levert in ieder geval alvast een eerste puzzelstukje.
Dan ga ik nu op deze feestelijke dag maar eens kijken of mijn chocolade-eitjes butterscotch bevatten.
Peter Hannemann zegt
Grappig, er bestaat ook een elektrische Gitaar, de Fender Telecaster Blonde Butterscotch. Dat slaat dan op de kleur van de Body. Dat was tot nu toe het enige “Butterscotch” dat ik kende.
Nicoline van der Sijs zegt
klopt helemaal, butterscotch staat ook voor een kleur.
Gerard van der Leeuw zegt
De butterscotch repen van Verkade zijn al jaren;ang niet meer te krijg…… Ik vond ze ook niet er lekker, met die keiharde stukjes butterscotch….
Maarten van der Meer zegt
Met een spatie ertussen enkele vindplaatsen van vóór 1897, waaronder uit 1878 voor de Lage Landen, 1893 voor Indië, 1895 voor Suriname en 1896 voor de VS:
Arnhemsche Courant 02-05-1878 en 25-05-1878, advertenties van J. Bremer: “Diverse DELICATESSEN en wel: Strawberry Toffee, Butter Scotch, Honey Scotch, Rahat Lakuhm, Lemon Toffee, Oranje Toffee, allen dezen in keurig nette verpakkingen”
De Locomotief (Semarang) 27-02-1893 en 28-02-1893, advertentie van het Semarangsch Verkoophuis: “Chocoladewerken als: Croquettes, Nougatines. Bonbons, Drops. Indian Nougat, Tablets. Chocolat Napolitain. Butter Scotch enz.”
De West-Indiër (Suriname) 28-08-1895, advertentie van Mackenzie & Mackenzie: “FLESSCHEN NIEUW SUIKERGOED: t. w.: Pineapple Confits, Carrawaydo, Sugar almonds, Ripe apples, Eng. Mixed Drops, Scotch Mixture, Acil Drops, Butter Scotch, Almonds en Raisins, Mixed Fruit en Peardrops, Witte-, Geele- en Bruine Kandij per halve Kilogram. Pds bl. Eng. Plumpudding, Pds bl. Scotch Short Bread”
De Volksvriend (Orange City, Iowa), 25-06-1896, advertentie C. Nospers & Bro.: “1 [box] butter scotch” (of deze advertentie als Nederlandstalig mag worden beschouwd is twijfelachtig)
Aan de strekking van het artikel doet dit natuurlijk niets af.
Nicoline van der Sijs zegt
dank je wel!
Jan van Wezer zegt
Naar aanleiding van dit woord wil een lans breken voor enkele andere woorden die al heel lang bekend zijn in Indisch Nederlands, maar nu in Europees Nederlands door de Engelse variant vervangen dreigen te worden. Het gaat om woorden als mangga, een tropische vrucht die de Engelsen mango (‘mæŋɡəʊ) noemen. De winkel van de heer Hein (en vele andere) noemen het mango, maar ik blijf stug mangga zeggen. Andere voorbeelden zijn blimbing (Engels: starfruit) en nangka (jackfruit). Voor twee vruchten uit de Moraceae-familie heeft het Engels geen eigen naam. Wat wij tjempedak en sukun noemen (botanische naam artocarpus integer resp. artocarpus altilis) noemen zij beide artocarpus. Die oorspronkelijk Maleise namen worden al vierhonderd jaar door Nederlanders gebruikt en zijn daarmee erfgoed waar ik geen afstand van wil doen.
Nicoline van der Sijs zegt
bedankt voor de voorbeelden.