Hoe een overtreffende trap werkt in het Proto-Indo-Europees
Een woord dat je sinds de herverkiezing van Donald Trump steeds vaker voorbij ziet komen is kakistocratie – letterlijk: ‘regering door de slechtsten’. Het is een moderne samenvoeging van twee Oudgriekse woorden: κάκιστος (kakistos, ‘slechtste’) en κράτος (kratos, ‘regering’).

Dat kratos kennen we natuurlijk van democratie (‘regering door het volk’), aristocratie (‘regering door de besten’), theocratie (‘regering door een god’), enzovoorts. De oorspronkelijke Proto-Indo-Europese wortel is *kret-, die ook wel genoemd wordt als de voorloper van het Nederlandse hard. De ontwikkeling van k naar h is onderdeel van het Germaanse fenomeen Grimm’s law.
Minder bekend is het eerste gedeelte: kakistos. Dat bestaat op zichzelf weer uit twee verschillende onderdelen. Het eerste deel is het bijvoeglijk naamwoord kakos, dat ook in ons leenwoord kakofonie (letterlijk: ‘slecht geluid’) te herkennen is. Het is onduidelijk of het Griekse kakos teruggaat op een Proto-Indo-Europese wortel of dat het ontleend is aan een ons onbekende taal.

Waar ik eigenlijk naartoe wil is het tweede gedeelte: -istos. Of eigenlijk -isto-, want de -s is gewoon de naamvalsuitgang. Met -isto- maak je in het Grieks een superlatief, een overtreffende trap. Niet slecht of slechter, maar slechtst. Ook in het eerder genoemde aristocratie wijst -isto- erop dat we met een overtreffende trap te maken hebben – ‘regering door de beste(n)’.
En het kan geen toeval zijn dat het Griekse -isto- zoveel lijkt op het Nederlandse -st- in slechtste, beste, enzovoorts. In het Sanskriet heb je bovendien een element -iṣṭha- dat op dezelfde manier superlatieven creëert. Op basis van deze drie talen kunnen we de Proto-Indo-Europese superlatiefsuffix *-ist(H)o- reconstrueren.
Chapeau bas, petje af, voor deze onthullende etymologie.
Dat citaat van Jan Postma is een vurrukkulluk voorbeeld van neofobie. Er staat ook geen enkel argument in. Ik heb talloze voordrachten over serendipiteit gegeven. Als de zaal nog leeg was legde ik A4-tjes op de stoelen. En dan vroeg ik mijn publiek daar hun definitie van serendipiteit op te schrijven. Een van de omschrijvingen was: “Serendipiteit is de dictatuur van de kletskoek.”
Inmiddels bestaat er een actieve Serendipity Society, waar je gratis lid van kunt worden. Het kan verkeren: “Als je te vroeg gelijk hebt, heb je ongelijk.” (Mijn vertaling van een Frans maxime.)
Van kalisto ……naar kakisto….
gaat uit….van kalos en kakos.
Wat te denken van kak-o-kratie, faecalisch geroken en gesprokkeld gesproken??
Zie ook: https://en.wikipedia.org/wiki/Kakistocracy