In hun artikel laten H&H; zien dat opvoeding en opleiding bij de keuze tussen als en dan een grote rol spelen. Hoe hoger opgeleid hoe meer men zich aan de dan-norm houdt. Een andere factor is de regio waar men woont. Vandaar dat Marc boven zijn blog kon schrijven: “Als-zeggers zijn lager opgeleid en wonen in het zuiden.” Nu woon ik dan wel niet meer in ’t zuiden, maar ik kom er wel vandaan en dan trekt zoiets mijn aandacht. Op mijn verzoek is Helen de Hoop zo aardig geweest me ’t artikel onmiddellijk toe te sturen. En nu zit ik er ’n beetje mee. Waarom, dat zal straks blijken.
Wie “groter als” zegt is niet persé afkomstig uit ’t zuiden.
Marc van Oostendorp zegt
De conclusie dat 'als' veel geschikter is dan 'dan' trekken Hubers en De Hoop volgens mij niet. Die lijkt me ook moeilijk te verantwoorden; het zou impliceren dat het Nederlands in het verleden en het Engels in het heden een beetje minderwaardige oplossingen gekozen hebben.
Jan Stroop zegt
Dit staat er in hun tekst: "We argued that on the basis of the functions of als and dan in context, als would be a better candidate than dan in comparatives, because als is always used as a complementizer or a preposition, also in comparatives, while dan is never used as a complementizer or a preposition, except for in comparatives.
Dat "veel' heb ik inderdaad eigenmachtig toegevoegd,.
Ronny Boogaart zegt
Dat de absolute aantallen in Table 1 van H&H; anders zijn is o.a. omdat zij "randomly selected half of this set" (p.97). Ze werken dus niet met alle data. Verder blijft het raadselachtig omdat ze bij het halveren wel "the relative proportions" gelijk gehouden zouden hebben. Zou het te maken kunnen hebben met de keus van subcorpora, dus met de kwestie welke componenten van het CGN nog tot 'spontaneous speech' worden gerekend? (H&H; zeggen niet expliciet welke componenten ze gebruikt hebben.) Verder kan er op heel verschillende manieren met Corex (de 'search tool' van het CGN) gezocht worden en dat levert altijd net weer andere dingen op. Ten slotte: ik ken het gebruik van 'als' na een comparatief helemaal niet uit mijn eigen 'Zuid-Nederlandse' dialect (Oost Zeeuws Vlaanderen, dat in het CGN natuurlijk tot Zeeland en dus tot Nederland wordt gerekend, maar de dialectgrenzen volgen natuurlijk niet netjes de lands- en provinciegrenzen).
Felix van de Laar zegt
In Vlaanderen is de situatie gecompliceerder. Daar gebruiken mensen ook "of" bij comparatieven. Is dat bij de taalgeleerden bekend? Het zou de vergelijking behoorlijk vervuilen als het best vaak voorkomt – maar dat durf ik niet te zeggen. Ik hoor het graag (ook) op felixvandelaar@xs4all.nl
Anoniem zegt
Per se!
Jan Stroop zegt
Op kaart 5.2. van de 'Dialectatlas van het Nederlands' is te zien waar dit OF voorkomt. In de dissertatie van Jaap de Rooij, 'Als – Of – Dat' (Assen 1965) is er een paragraaf aan gewijd.
Ik heb even 't Vlaamse deel van 't CGN doorzocht en vond drie gevallen van OF bij comparatief:
"en is dat merkbaar {goedkoper} of zo'n chalet ja?"
"nog {ouder} of Peter?"
Maar ook deze zin:
"zieder sch horen ook {scherperder} of wieder hé.". Dit zal ik maar vertalen: 'Zij horen ook scherper dan wij'
Een mooie illustratie, dit laatste voorbeeld, trouwens hoe ruim 't begrip 'hedendaags Nederlands' in 't Vlaamse deel van 't CGN geïnterpreteerd is.
Gaston Dorren zegt
Als je al zo nodig anoniem moet vitten, zorg dat in ieder geval dat je je feiten op een rij hebt. 'Persé' staat in het Witte Boekje.
Wildplasser zegt
Ik heb even wat academisch turfwerk verricht op het HubertBoth-corpus. Niet alle waarnemingen hebben bruikbare locaties/woonplaatsnamen; de helft blijft niet-classificeerbaar. Met de hand geclassificeerd; "oost" := pakweg alles voorbij Amersfoort.
regio | naam | als | dan | tot | frac_als
——-+————————–+—–+—–+—–+———–
0 | Onbepaald | 81 | 746 | 827 | 0.098
1 | Randstad+holland | 45 | 556 | 601 | 0.075
2 | Zeeland+NBrabant+Limburg | 19 | 131 | 150 | 0.127
3 | Oost+Noord | 20 | 132 | 152 | 0.132
[sorry voor de lay-out, ik bleek niet in staat om een fixed-pitch font te forceren]
Peter Debrabandere zegt
Als ik me niet vergis is "of" na een comparatief in bepaalde Vlaamse dialecten gewoon een variant van "als". In mijn (Brugse) dialect (voor zover ik het nog spreek) is het gebruikelijk om "of" te zeggen na een comparatief. De a wordt vóór een l vaak als een o uitgesproken: "bolle" (bal), "ol" (al), "ollemolle" (allemaal) … En dus ook "ols" (als). Zoals ook in Holland en elders gebruikelijk is verdwijnt de l hier vaak. Dus krijgen we "os" (as). Vervolgens is "os" dan met het herkenbaardere woord "of" samengevallen. Ik denk dus niet dat je kunt zeggen dat er naast "als" en "dan" nog een derde mogelijkheid is, namelijk "of". Ik denk dat je "als" en "of" als varianten van hetzelfde woord moet zien. Ik meen te weten dat mijn vader (Frans Debrabandere) hier eens een artikel over geschreven heeft, maar waar dat was, weet ik niet meer.
Felix van de Laar zegt
Frans, je uitleg is interessant, maar los van de vraag hoe aannemelijk die is, je conclusie deel ik niet. De hedendaagse taalgebruikers in het Vlaamse taalgebied zullen in "of" geen "als" meer herkennen, en beide woorden dus als twee verschillende woorden zien. Want dadelijk komt er iemand die eenzelfde verhaal vertelt over de manier waarop "dan" tot "als" heeft geleid of andersom. Op die manier zijn shockeren en choqueren ook hetzelfde woord als schokken, is mannequin hetzelfde woord als manneke, etc. Dat is vast niet de manier waarop de meeste mensen woorden tellen.
Peter Debrabandere zegt
Dag Felix,
Ik ben niet Frans, maar zoon Peter. Het is natuurlijk juist wat je zegt. "Of" is synchroon bekeken een ander woord dan "als", maar diachroon bekeken is het volgens de theorie van mijn vader een variant van "als". Maar dan moet je misschien ook zo consequent zijn om "as" (uitspraakvariant van "als") ook als een ander woord te beschouwen. In elk geval wilde ik alleen maar een nuancering aanbrengen in de discussie hierover. Meer niet.
Ondertussen heb ik het artikel gevonden waarin mijn vader voor het eerst hierover schreef: "Westvlaams en algemeen Nederlands", in Taal en Tongval, 1971, 23e jaargang, nr. 2-3, pp. 88-93. Ook in zijn West-Vlaams etymologisch woordenboek (L.J. Veen, 2002, pp 265-266) schetst hij de ontwikkeling van "of" uit "os" uit "ols" (= als).
Ferdy & Helen zegt
Er zijn een paar verschillen tussen hoe wij gezocht hebben en hoe Jan Stroop gezocht heeft naar de betreffende comparatieven in het CGN. 1. Wij hebben de componenten A t/m H bekeken, Jan de componenten A t/m D. 2. Wij hebben naar een afstand 0-3 (aantal woorden tussen comparatief en als/dan) genomen, Jan de afstand 0-1 (dan/als volgt direct op comparatief). 3. Wij hebben naar constructies van het type Adj 10 (groter/kleiner), Adj 7 (anders) en VNW 26 (meer/minder) en VNW 24 (meer/minder, prenominaal) gekeken, Jan alleen naar het eerste type (Adj 10). 4. Wij hebben in tweede instantie ‘dan’ gecodeerd als bijwoord buiten beschouwing gelaten; Jan heeft die wel meegenomen, want hij heeft de codering van als/dan niet bij zijn zoektocht betrokken.
Zoals Ronny Boogaart al aangeeft, hebben wij onze dataset voor ons onderzoek vervolgens gehalveerd, waarbij we de verhouding van de componenten A t/m H constant hebben gehouden en ook de verhouding Nederlands/Vlaams, maar dus niet de verhouding van de verschillende regio’s en ook niet de verhouding van de opleidingsniveaus.
De uitkomsten van ons onderzoek waren op basis van deze gehalveerde dataset voor de drie zuidelijke provincies apart: Zeeland 60% ‘dan’/40% ‘als’ (maar heel weinig data); Noord-Brabant 50% ‘dan’/50% ‘als’; Limburg 75% ‘dan’/25% ‘als’.
We zijn n.a.v. dit stukje van Jan opnieuw in onze data gedoken en hebben nu onze volledige dataset bekeken, dus alle data in plaats van de helft. De percentages veranderen dan wel: Zeeland 80% ‘dan’/ 20% ‘als’; Noord-Brabant 60% dan/40% als; Limburg 75% dan/25% als. De verhouding voor de drie zuidelijke provincies samen is dan 65% dan tegenover 35% als en daarmee blijft het verschil bestaan met de rest van Nederland en België (op basis van de volledige dataset in plaats van de helft): Noord-Nederland: 85% ‘dan’ tegenover 15% ‘als’; Midden-Nederland: 85% ‘dan’ tegenover 15% ‘als’ en Noord-België: 85% ‘dan’ tegenover 15% ‘als’. We hebben voor de zekerheid ook nog even de factor educatie, die het belangrijkste was voor ons verhaal, bekeken in de volledige dataset en daar blijven de percentages na verdubbeling precies gelijk.
Jan Stroop zegt
Uit mijn opmerking hierboven: "Ik heb alle hits stuk voor stuk bekeken op hun relevantie en geëlimineerd wat niet relevant was, dus wat geen voegwoord van vergelijking was", is te concluderen dat ook ik gevallen met 'dan' als bijwoord eruit gegooid heb.
Jullie hebben dat gedaan op basis van de codering van 't CGN.
Ik heb nu zelf nog 'n test gedaan in 't Noord-Brabantse deel (comp A-D):
'ANDERS' 0-3 + DAN : N. 61, 80%
'ANDERS' 0-3 + ALS : N. 16, 20%
Het is ook vreemd dat jullie onderzoek op basis van de componenten A-H meer ALS oplevert dan 't mijne. Die extra componenten E-H bevatten immers relatief formelere spraak dan A-D. Je zou bij jullie dus juist minder ALS verwachten.
Wat jullie met:
VNW 26 (meer/minder) en VNW 24 (meer/minder, prenominaal)
bedoelen, begrijp ik niet.
Ik verneem dat er binnen afzienbare tijd een veel groter corpus beschikbaar komt dan 't CGN. Gaan we alles nog eens over doen.OK?