In samenwerking met de Vereniging voor Internationale Neerlandistiek wordt een vakspecialistisch boek voorbereid in de reeks Lage Landen Studies (Y. T’Sjoen & R. Foster (eds.), Academia Press, Gent 2015). Het boek presenteert gevalstudies met aandacht voor vertalingen, beschouwingen over en de kritische receptie van moderne Nederlandstalige literatuur in Zuid-Afrika. De aanwezigheid van Nederlandse schrijvers en teksten in het kritische repertoire van Zuid-Afrikaanse auteurs wordt bestudeerd en de manier waarop Nederlandse schrijvers als (strategische) mentions fungeren in receptieteksten over Afrikaanstalige auteurs in Zuid-Afrika.
In het nieuwe boek bestuderen letterkundige, taalkundige en vertaalwetenschappelijke onderzoekers de aanwezigheid van Nederlandse literatuur in Zuid-Afrika. Poëzie van Nederlandse schrijvers onder wie Komrij, Kopland, K. Michel, Rawie, Van Toorn en Schaffer en (fictioneel) proza van Van Dis, Van Woerden, Wieringa en anderen worden, naast werk van Vlaamse auteurs (De Coninck, Holvoet-Hanssen, Lanoye, Nolens, Van hee, Van Reybrouck), naar het Afrikaans vertaald. Onderzoeksvragen zijn in hoeverre deze en andere Nederlandstalige actoren present zijn in het Afrikaanstalige literaire landschap. Welke beelden van (een selectie uit) hun oeuvre worden geconstrueerd? Hoe functioneren Nederlandse schrijvers in de loop van de voorbije eeuw en vandaag in Zuid-Afrika? Niet alleen de wijze waarop teksten worden gepercipieerd staat centraal. Ook de deelname van Nederlandse en Vlaamse schrijvers aan literaire evenementen zoals Woordfees in Stellenbosch, internationale netwerken en gezamenlijke projecten waarin Nederlandstalige en Zuid-Afrikaanse schrijvers participeren (het periodiek Standpunte, het multimediale project E-POS II, de literaire weblog Versindaba etc.) krijgen aandacht. Welke beelden van de moderne Nederlandse literatuur worden aan universiteiten, in cursussen en colleges aan Zuid-Afrikaanse studenten gepresenteerd? Hoe worden beelden van de Nederlandse literatuur in de literaire historiografie geconstrueerd? In welke mate figureert de Nederlandse literatuur in het discours van en over de Afrikaanstalige letteren? Enzovoort. De Nederlandse literatuur is op uiteenlopende manieren aanwezig in Zuid-Afrika en maakt vandaag net zoals de voorbije decennia deel uit van het literaire systeem van het Afrikaans.
Olf Praamstra en Eep Francken hebben in 2008 met de bloemlezing Heerengracht, Zuid-Afrika een selectief overzicht gepresenteerd van de Nederlandse literatuur in Zuid-Afrika. Het boek biedt een staalkaart van Nederlandse literatuur die in en over Zuid-Afrika tot stand is gekomen. Het voorstel dat hier wordt toegelicht, vertrekt vanuit een andere onderzoeksvraag en heeft een andere opzet: hoe circuleert en functioneert de Nederlandse literatuur van de Lage Landen gisteren en vandaag in Zuid-Afrika? Deze interactie tussen Nederlandse en Zuid-Afrikaanse literatuur is nauwelijks diepgaand bestudeerd. Voorliggend project wil met aandacht voor twintigste- en vroegeenentwintigste-eeuwse literatuur wetenschappelijk onderbouwde onderzoeksbevindingen presenteren waarin gepeild wordt naar institutionele mechanismen, poëticale overwegingen en esthetische of politiek-ideologische strategieën die hebben bijgedragen tot de aanwezigheid van Nederlandse schrijvers en teksten in het gesprek over literatuur in Zuid-Afrika.
Wie een relevant onderzoekstopic heeft of interesse voor het project, kan contact opnemen met de redacteurs van het boek: Ronel Foster (rf@sun.ac.za) en Yves T’Sjoen (Yves.TSjoen@UGent.be). Het boekproject maakt deel uit van de onderzoekssamenwerking tussen het departement Afrikaans en Nederlands (Universiteit Stellenbosch), de Vakgroep Letterkunde/Afdeling Nederlands van de Universiteit Gent.
De boekpublicatie maakt deel uit van het onderzoeksprogramma van het Gentse Centrum voor het Afrikaans en de studie van Zuid-Afrika van de Universiteit Gent: http://www.afrikaans.ugent.be/.
Laat een reactie achter