De uitkomsten van een experiment met Lucebert zijn bekend! Zestig jaar geleden onderwierp de jonge neerlandicus P.P.J. van Caspel in het Fonetisch Laboratorium van de Universiteit van Amsterdam een aantal jonge dichters – waaronder Lucebert, Jan Elburg, Bert Schierbeek en Remco Campert – aan allerlei experimenten. Hij snoerde bijvoorbeeld ze in een korset om hun ademhaling te meten, maar hij maakte ook opnamen van als ze gedichten voorlazen.
De geluidsopnamen van die sessies hebben decennia lang stof vergaard in de archieven van het Amsterdams laboratorium. Maar onlangs zijn die archieven geheel en al overgegaan naar het Meertens Instituut, en hier gedigitaliseerd. En zo zijn ook die opnamen weer opgedoken. Bijvoorbeeld, deze, van Lucebert:
Het eerste stukje van de opname komt uit een experiment waarin Van Caspel de deelnemers – zowel de dichters als een controlegroep die bestond uit studenten – vroeg binnen een minuut spontaan de woorden op te zeggen die in hen opkwamen.
Hij deed dit onder andere om een ‘originaliteitsindex’ op te stellen: welk percentage woorden dat je noemde werd door niemand anders in het experiment genoemd? De studenten scoorden ongeveer 50%, de dichters iets meer dan 80%, en Lucebert het hoogst van iedereen: 94%. Slechts één woord was ook door iemand anders genoemd: licht (door Campert).
Over die lijst van Lucebert is nog het een en ander te doen geweest. De Lucebert-kenner Peter Hofman heeft in 2006 in het tijdschrift Parmentier laten zien dat de dichter het experiment saboteerde. Hij had mogelijk al van andere deelnemers gehoord wat de bedoeling was, en zich voorbereid. De woorden in de lijst samen (‘rabarber, zout, hemelrijk, koevoet, lucht, patroon, ijs, muis, dirk, kabel, spel, licht, Grotewohl, tinctuur, marmer, balk‘) zijn helemaal niet zo willekeurig, maar vormen een allusie op de door Lucebert bewonderde psychotherapeut Georg Groddeck. (Anders dan bij de andere deelnemers hoort deze lijst daarmee ook bij het ‘oeuvre’ van de spreker, zou ik zeggen.)
Maar dat het allemaal ook opgenomen was en dat we Lucebert dus doodernstig het wetenschappelijk onderzoek kunnen horen saboteren, dat wist ik niet. Hier is de opname, ook nog gevolgd door het gedicht ‘ik, een classic’.
Jaap van den Born zegt
Uiteraard vinden we dit experiment in De Encyclopedie van de Domheid van Matthijs van Boxsel en ook in mijn eigen bundel over vaderlandse pseudowetenschappers en andere malloten 'Dank zij de kittelaar' staat het vermeld met het volgende gedicht:
Een gezonde geest in een gezond lichaam
De dichter is zijn lichaam niet de baas
Wanneer hij zucht en steunt of als hij hijgt
Heeft dat zijn weerslag op het verspatroon
Ook dat de spanning in zijn spieren stijgt
Of dat hij bang is, merk je aan zijn toon
Het dichterslijf bepaalt de scheppingsdaad
De adem en het vers gaan strak synchroon
Het eindproduct weerspiegelt het gelaat:
Zo had de dichter Kloos last van zijn blaas
Vandaar dat hij in klotsende refreinen
Zijn ziel steeds in het water zag weerschijnen
Marc van Oostendorp zegt
Mooi, dank je wel!