• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Hard aaien

16 juli 2018 door Marc van Oostendorp 3 Reacties

Door Marc van Oostendorp

Soms moet een mens kracht uitoefenen en soms moet een mens het daarover hebben. Je kunt bijvoorbeeld iets of iemand slaan, of duwen of aaien. Over dat soort werkwoorden gaat het proefschrift waarop Anja Goldschmidt vorige maand in Utrecht promoveerde.

Je kunt die werkwoorden op verschillende manieren onderverdelen, zegt Goldschmidt. Er zijn bijvoorbeeld acties waarvoor langdurig contact nodig is (zoals duwen en trekken) en acties die in een oogwenk kunnen gebeuren (zoals slaan). Maar het interessantst is de onderverdeling in werkwoorden die meer of minder kracht vereisen. Persen veronderstelt bijvoorbeeld meer kracht dan duwen: je lippen samenpersen geeft meer kramp dan je lippen samenduwen. 

Nu kun je de kracht die een werkwoord uitdrukt ook nog nader bepalen met een bijwoord zoals hard of zacht:

  • Hij slaat hard op zijn duim.
  • Hij slaat zacht op zijn duim.

Sterker nog, je kunt dat ook doen met bijwoorden die op het eerste gezicht helemaal niet zoveel met krachten hebben uit te staan:

  • Hij slaat zijn broer speels op de schouder.

Die zin betekent normaliter dat ‘hij’ zijn broer niet erg hard slaat. Speels slaan betekent niet iemand helemaal tot moes slaan. Dat dit zo is, kun je ook concluderen uit een zin als de volgende:

  • Hij slaat zijn broer speels maar hard op de schouder.

Het woord maar betekent een tegenstelling, die hier kennelijk gevoeld wordt. Mensen zeggen niet zo gemakkelijk ‘hij slaat zijn broer speels maar zacht op de schouder’. Tegelijkertijd drukt maar altijd een soort schijnbare tegenstelling uit, een tegenstelling die kennelijk ook kan bestaan. Echt tegengestelde begrippen verbind je weer niet door maar, je zegt immers niet:

  • Hij slaat zijn broer zacht maar hard op de schouder. [gek]

Een eigenaardig effect ontstaat als je werkwoorden met een zekere intensiteit combineert met bijwoorden met een andere intensiteit:

  • Hij perste zijn lippen hard op elkaar.
  • Hij perste zijn lippen zacht op elkaar.
  • Hij aaide zacht over haar hand.
  • Hij aaide hard over haar hand.

Persen heeft een grote kracht en gaat daardoor gemakkelijk samen met hard. Toch vond Goldschmidt in de grote tekstverzameling die ze onderzocht wel voorbeelden met zacht (die verzameling was wel in het Duits, dus het gaat om sanft pressen). Maar werkwoorden die een zachte kracht uitdrukken, zoals aaien, worden nooit gecombineerd met bijwoorden zoals hard. Er is vooralsnog geen verklaring voor die asymmetrie.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: beweging, bijwoorden, semantiek, werkwoorden

Lees Interacties

Reacties

  1. Marcel Plaatsman zegt

    16 juli 2018 om 09:31

    Bij “aaien” kan ik me, zoals op Twitter net al voorbijkwam, “hard” juist goed voorstellen, in de context van het stevig, met druk, aaien van een kat (dat vinden sommige katten aangenaam). Vergelijk “hard wrijven”. “Hard strelen” gaat dan weer niet en als in dit onderzoek het Duitse “streicheln” is bedoeld, kan ik het er wel mee eens zijn, “streicheln” wordt dan beter als “strelen” vertaald.

    Het is inderdaad bijzonder dat onze talen wel verkleiningen van iets groots toestaan, maar moeizaam vergrotingen van iets kleins. Er zijn wel verkleinwoorden, maar geen vergrootwoorden. De -el- in woorden als “streicheln” heeft natuurlijk ook een verkleinende betekenis (of frequentatief, in deze betekenis kan dat allebei). Maar is dat universeel? Hoe zit dat bijvoorbeeld in het Italiaans, een taal die wel vergrotende achtervoegsels toestaat?

    Beantwoorden
  2. Wouter van der Land zegt

    16 juli 2018 om 10:57

    Met Google vind je gemakkelijk voorbeelden van ‘hard geaaid’ en ‘harder aaien’.
    Wat misschien speelt is dat ‘zacht’ niet alleen voor ‘met weinig kracht’ kan staan, maar ook voor ‘voorzichtig’. Je kunt niet met weinig kracht persen, maar wel voorzichtig. Bij ‘smashen’ kan beide niet en ‘zacht smashen’ zul je dus denk ik ook niet in de ‘grote tekstverzameling vinden.

    Dan speelt klanksymboliek misschien nog een rol.Het medeklinkerloze ‘aaien’ kun je geen kracht bijzetten, terwijl je bij ‘persen’ meer of minder kracht met je lippen kunt zetten.

    Beantwoorden
  3. Bas Jongenelen zegt

    17 juli 2018 om 10:47

    Besteedt het proefschrift ook aandacht aan powerstrelen? https://www.youtube.com/watch?v=752YThqSpf4

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Marcel PlaatsmanReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Drs. P • Partijtje ongeregeld

Daar zat ze, met een fles goedkope sherry naast haar heup
Ze kende noch moraal noch werkwoordsvormen als ze zeup

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

Er ligt veel vuur en lamplicht tussen sinter-
klaas en de dagen voor en na nieuwjaar.
’k Heb mijn verdriet verloren in de winter,
ik loop gehaast mijn zichtbre adem na.

Bron: datering: 1948-1955; Tijdrovertje, postuum gepubliceerd, 1992

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

10 december 2025

➔ Lees meer
30 januari 2026: Symposium Hof van Friesland ‘Schrobbers en schelmen!’

30 januari 2026: Symposium Hof van Friesland ‘Schrobbers en schelmen!’

8 december 2025

➔ Lees meer
30 januari 2026: Poëzie in Cyberspace

30 januari 2026: Poëzie in Cyberspace

7 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1803 Antoine Changuion
1888 Jan Greshoff
1914 Hendrik Landheer
sterfdag
2016 Karel Bostoen
2022 Frank van Gestel
➔ Neerlandicikalender

Media

Plein Publiek: Jutta Chorus

Plein Publiek: Jutta Chorus

14 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Emile Verhaeren: Pauvres vieilles cités

Emile Verhaeren: Pauvres vieilles cités

14 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Olga van Marion en Jampie van Ginneken over 17e eeuwse Leidse liedjes

Olga van Marion en Jampie van Ginneken over 17e eeuwse Leidse liedjes

13 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d